Studententrip

Drugs zijn goed voor hele nachten feesten, bizarre hallucinaties en ultieme ontspanning. Hoe vaak laat de Nijmeegse student zich verleiden tot het poppen van een pilletje of hijsen aan een joint? ANS ondervroeg achthonderd studenten op zoek naar het antwoord.

Tekst: Kiki Kolman en Marit Willemsen
Illustraties:
Josse Blase

Dit artikel verscheen ook in de juni-ANS.

Pillen, poppers en paddo’s: als we de cijfers moeten geloven, zijn studenten niet vies van experimenteren met verdovende middelen. Kennisinstituut Trimbos stelde in december dat 60 procent van de jongeren het afgelo- pen jaar minstens een xtc-pil had geslikt. Folia Magazine concludeerde na een online enquête dat tweederde van de Amsterdamse studenten ooit heeft gesnoept van deze pretpil, 30 procent weleens coke snoof en een even groot deel hard ging op speed. Ook in Rotterdam blijken studenten niet wars van een pilletje of poedertje op zijn tijd. Credo Magazine ondervond dat een derde van de studenten ervaring heeft met harddrugs. Hoe zit het met de Nijmeegse student? ANS ging op onderzoek uit en vroeg 800 RU-studenten naar hun drugservaringen. Zo ontdekten we hoeveel Radboudianen zich weleens aan verdovende middelen wagen, op welke vreemde plekken ze dat het liefste doen, aan welke faculteit de grootste gebruikers zitten en welke negatieve uitwerking de drugservaring soms tot een hel maakte. ‘Ik werd extreem geil. Helaas was ik wel alleen.’

Softies met harddrugs
De Nijmeegse studenten blijken de drugstrend te door- breken: slechts 45 procent heeft ooit drugs gebruikt en een schamele 13 procent nam ooit harddrugs. Cannabis is de drug die door de meeste personen wordt gebruikt. 42 procent nuttigde deze plant weleens als genotsmiddel. 30 procent van de cannabisgebruikers hield het na een keer voor gezien, de rest werd meerdere keren high of stoned. In totaal genieten 24 respondenten wekelijks van een blowtje en zes personen nemen zelfs dagelijks een dosis. Voor deze veelgebruikers gaf een respondent nog een handige tip: doe ook eens wat wiet in je pannenkoek. Het inhaleren van lachgas blijkt ook een drukbeoefende bezigheid, aangezien 19,5 procent van de studenten weleens een ballonnetje aan de mond zette. Andere po- pulaire softdrugs zijn truffels en paddo’s: 8 respectievelijk 3,5 procent van de studenten aten deze schimmels. Hoe zit het dan met het in andere studentensteden zo geliefde XTC? Dit blijkt ook in Nijmegen de populairste harddrug. Het percentage gebruikers van het pilletje ligt aan de RU op 12,5 procent. ‘Toen ik voor het eerst XTC gebruikte, was het net alsof ik over alle mensen vloog en meeging op de golven van de muziek’, aldus een derde- jaars Rechtenstudent. Wellicht dat daarom de meerder- heid het niet bij één keer liet. 32 ondervraagden slikten eenmalig het pilletje, 55 doen dit een aantal keer per jaar en acht personen maandelijks. Een enkeling gaat iedere week los op de happy pill. Naast XTC wordt speed (4,5 procent), cocaïne (3,5 procent), GHB (2,5 procent), 2C-B (2,5 procent) pure MDMA (2 procent) en LSD (2 procent) een aantal keer genoemd. Twee respondenten waagden zich zelfs eenmalig aan heroïne.

Verschil moet er zijn
Het drugsgebruik is niet gelijk verspreid over de hele campus. Op welke faculteit gaan studenten het vaakst wappie? Met 55 procent studenten met drugservaring en 20 procent harddrugsproevers spannen de managementstudenten de kroon. Studenten aan de medische faculteit lijken daarente- gen huiveriger voor het nemen van verdovende middeltjes en ook de gemiddelde rechtenstudent wil zijn smetteloze blazoen niet bevlekken. Met 32 respectievelijk 37 procent van de studenten die ooit drugs probeerden, scoren deze faculteiten ruim onder het gemiddelde. Ook tussen de geslachten bestaan verschillen op drugsgebied. Bij de heren gaf 57 procent aan ooit drugs te hebben gebruikt, tegenover een magere 39,5 procent bij de dames. Op het gebied van harddrugs is slechts 10 procent van de vrouwen ervaringsdeskundige, terwijl dit aandeel bij de mannen tweemaal zo groot is. Dit is een trend die in vrijwel alle drugsonderzoeken terug wordt gezien.

Drugsdrijfveer
‘Wegens een blaasontsteking mocht ik niet drinken, dus haalden we wiet bij de lokale coffeeshop’, aldus een masterstudent Geschiedenis. Dit is zomaar een van de redenen voor RU-studenten om naar de drugs te grijpen. Drijfveren achter drugsgebruik zijn afhankelijk van het soort roesmiddel. Nieuwsgierigheid is door de meeste cannabisgebruikers (58,5 procent) genoemd als een van de redenen om deze drug tot zich te nemen, gevolgd door ‘het hebben van een leuke avond’ (52,5 procent). Ontspanning blijkt voor 39,5 procent een motief. Een eerstejaars politicoloog schetst zijn ideale avond. ‘Een paar joints roken met een vriend, drie pizza’s per persoon eten, Desperado’s achterover slaan en Dr. Phil kijken.’ Daarnaast blijkt cannabis een goed alternatief als de alcoholvoorraad op is (12,5 procent) of wanneer stierlijke verveling optreedt (11 procent). Bovendien zwichten sommigen voor groepsdruk, ‘omdat vrienden het doen’ is voor 15,5 procent van de stoners een reden. Het is dus geen wonder dat 88,5 procent samen met vrienden bij iemand thuis geniet van zijn grammetjes wiet of hasj. Vooroordelen over laaggeschoolde hangjeugd worden bovendien ontkracht, maar liefst 60,5 procent van de can- nabisconsumenten aan de RU rookt op straat of in het park. Ook bij partydrugs speelt nieuwsgierigheid een belangrijke rol (68 procent). Verder worden deze drugs, zoals de naam al doet vermoeden, gebruikt om los te kunnen gaan op muziek (59 procent), een toffe avond te hebben (76,5 procent) en langer te kunnen feesten (54,5 procent). XTC, pure MDMA, GHB, cocaïne of speed worden dan ook door 91 procent van de studenten die dit gebruiken, genomen op feestjes en festivals. Dat dit het feest helemaal compleet kan maken, bewijst een derdejaars rechtenstudent. ‘Op een festival moest ik zo hard lachen, dat ik de mensen om mij heen aanstak. Uiteindelijk nam de DJ ons gebulder op om het te gebruiken in zijn set.’ Niet iedereen gaat echter het huis uit voor een energieke trip: 49 procent neemt thuis met zijn vrienden weleens een dergelijk middeltje en 12 procent doet dit lekker binnenkamers in zijn eentje. Drie respondenten slikken of snuiven bovendien een pepmiddeltje om beter te kunnen studeren. Een avondje trippen op truffels, paddo’s of LSD wordt gedaan voor de spirituele ervaring (37 procent), om te relaxen (19 procent), uit nieuwsgierigheid (81 procent) om creativiteit op te wekken (14,5 procent), voor een vermakelijke avond (64,5 procent) of uit verveling (11 procent). De eerste keer in hogere sferen heeft op velen een diepe indruk gemaakt. ‘Ik was nog nooit zo gelukkig’, pent een tweedejaars Scheikunde neer. Alsof een hallucinatie op zichzelf al geen ervaring genoeg is, worden psychedelische drugs op de meest vreemde plaatsen verorberd. Tussen de genoemde antwoorden sprongen de kermis, de kinderboerderij en een waterfiets in Praag er het meeste uit. Ook de natuur wordt veel genoemd als het om hallucinerende middelen gaat. Een tweedejaars geschiedenisstudent nam zelfs LSD tijdens een schoolkamp om daarna lekker ‘te chillen met de docenten’.

Grafiek faculteiten kopieTiptop trippen De Nijmeegse drugsgebruiker is absurde plaatsen so- wieso niet vreemd. De wc in Museum het Valkhof, de trein, de skilift, de werkvloer, de kerk, de sauna, de bioscoop en een bruiloft passeerden de revue. Ook het bed blijkt een goede plek, een aantal respondenten geven aan dat seks hun leukste ervaring onder invloed was. Een student Pedagogische Wetenschappen werd misschien iets te liefdevol. ‘Ik knuffelde de deur van mijn leuke huisgenoot en snoof eraan om zijn geur te ruiken.’ Het euforische gevoel dat drugs kunnen opwekken, leidt tot mooie avonturen. ‘Ik rende door de geluidsbarrière heen’, meende een eerstejaars Pedagogische Wetenschappenstudent. Ook bij een derdejaars Politicologie sloeg de fantasie op hol. ‘Toen ik alleen door het bos naar huis fietste, dacht ik dat er een soort harig ruimtewezen op mijn bagagedrager zat. Toen ben ik maar gaan lopen.’ 31 van de ondervraagde studenten waren weleens onder invloed op de campus. Dit was voornamelijk door toedoen van cannabis, niet alleen tijdens een feestje op het univer- siteitsterrein, maar ook ‘om het college door te komen’. Enkelen waren ook onder invloed van ketamine – ‘omdat het kon’ –, speed – ‘nasleep van de afgelopen nacht’ – en truffels. Een geneeskundestudent gebruikte bovendien in het ziekenhuislab. Overigens zoeken niet alleen studenten soms afleiding van het harde werk: een Filosofiestudent deelde ooit een joint met een hoogleraar.

Handelsroutes
Van je vrienden moet je het hebben: 73,5 procent van de drugsgebruikende RU-studenten krijgt zijn stuff via zijn kameraden. 54 procent betrad een of meerdere keren de coffee- of smartshop en 11 procent haalt zijn drugs direct bij een dealer. Voor drie respondenten blijkt het internet ook een drugsbron: een geeft aan klant te zijn bij Silk Road, de illegale Marktplaats.nl voor drugs. Ook Blokker en Sligro worden genoemd, lachgas kan daar uit de schappen worden getrokken. 32 respondenten geven aan zelf weleens drugs te hebben verkocht, zeventien van hen handelden zelfs in illegaal waar.

Bad trip
Drugsgebruik leidt niet alleen tot het zien van roze olifanten, lachkicks en uren feesten. Bij 38,5 procent van de gebruikende studenten hadden drugs een ongewenste uitwerking. In de meeste gevallen ging het om duizelig- heid, misselijkheid en ordinaire kotsbuien. Oververmoeidheid, paranoia en het verliezen van de controle over het eigen lichaam werd in mindere mate aangegeven. Een masterstudent Geneeskunde raakte flink van de kaart door 2C-B. ‘Ik wist niet meer of ik leefde en zag mensen achteruit lopen. Ik dacht dat iedereen me achter zou laten en de beveiliging me zou komen halen.’ Een tweedejaars Biologie maalde zijn kaken na het slikken van XTC iets te hard. ‘Ik heb een stukje van mijn tand eraf gekauwd.’ Een ander terugkomend probleem is het nemen van onverstandige beslissingen. 7 procent van de gebruikers deed onder invloed iets waar hij of zij later spijt van had. Een masterstudent Bedrijfskunde jatte een fiets, meerdere mensen maakten een slippertje en een student Moleculaire Levenswetenschappen viel onder invloed van wiet herhaaldelijk over een rolstoeler heen. Veertien respondenten hebben ooit het gevoel gehad afhankelijk te zijn van drugs. In de meeste gevallen gaat het hier om cannabis, maar ook coke (driemaal) en XTC (tweemaal) blijken goed te zijn voor een junkstatus.

Waarom niet?
Hoe zit het met de 55 procent die beweert nooit waus te zijn geweest? 88,5 procent van deze geheelonthouders zegt simpelweg ‘geen behoefte’ te hebben aan verdovende middelen. 16,5 procent vindt het te eng, 34,5 procent te gevaarlijk. Ook geloof (3,5 procent) en de mening van de ouders (9,5 procent) is voor sommige mensen bepalend. Verslavingsgevallen in de naaste omgeving spelen bij enkelen een rol. Bij 21 procent is het er simpelweg nooit van gekomen. 22,5 procent van de onervaren studenten wil zich in de toekomst nog wel laten verleiden. Een aantal van hen heeft ook al bedacht welke middelen ze willen uitproberen: cannabis staat op één, gevolgd door lachgas en een klein deel wil zich ooit aan XTC wagen.

Stedelijke scheiding
De Nijmeegse studenten lijken een braaf volkje vergeleken met hun Rotterdamse en Amsterdamse verwanten. Het zou natuurlijk kunnen dat de Radboudiaan genoeg heeft aan een biertje op zijn tijd, maar waarschijnlijk zijn er ook andere verklaringen voor de enorme discrepantie. De ANS-enquête werd niet alleen tweehonderd keer online ingevuld, maar is daarnaast zo’n zeshonderd keer op papier ingevuld in de collegebanken. Dit in tegenstelling tot de vragenlijsten van Folia en Credo Magazine, die enkel op het internet beschikbaar waren. ANS duwde ook de niet-gebruikers een enquête onder de neus, ook al gaven zij aan het gevoel te hebben niet relevant te zijn voor een drugsonderzoek. Dezelfde respondenten zouden online dus minder snel tot invullen zijn overgegaan, wat de hoge cijfers bij de andere onderzoeken mogelijk verklaart. Daan van der Gouwe, wetenschappelijk medewerker bij Trimbos, stelt dat de verschillen ook door een gevoel van anonimiteit kunnen worden veroorzaakt. ‘Op het internet zijn mensen ofwel geneigd eerlijker te antwoorden, of juist verhalen uit hun duim te zuigen.’ Over drugsgebruik on- der studenten in het algemeen valt dus weinig te zeggen. ‘Daarvoor zou eerst landelijk onderzoek moeten worden gedaan, dat is er nu nog niet.’

Bekijk hier de overige artikelen uit de juni-ANS.