Instellingsaccreditatie niet per se makkelijker

Vorige week steunde de European Students' Union een resolutie om Nederland op het hart te drukken dat de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) niet alleen de hogeschool of universiteit in zijn geheel te beoordelen, maar per studie. Hierdoor zouden de administratieve kosten lager worden, maar uit onderzoek blijkt dat ze helemaal niet weten of dat ook echt zo is. Op verzoek van minister Bussemaker van Onderwijs namenonderzoekers van het Twentse Center for Higher Education Policies (CHEPS) de beoordeling van het onderwijs in vier andere landen onder de loep. In deze vier landen wordt de instelling geaccrediteerd en niet de losse opleidingen. In Noorwegen en Oostenrijk mogen goedgekeurde hogescholen en universiteiten zelf hun eigen opleidingen beoordelen. Omdat de instellingen in het nieuwe stelsel zelf moeten bepalen of het onderwijs goed genoeg is, krijgen de instellingen extra taken. Of dit meer of minder tijd kost, weten de onderzoekers niet. Betrouwbare studies hierover ontbreken in de onderzochte landen en het is ook niet bekend of je als instelling zelf je hogeschool of universiteit efficiƫnter kan keuren. Door de onzekerheid rondom de stelsels van de onderzochte landen, is CHEPS voorzichtig met aanbevelingen. Nederland kan de lasten verminderen door het onderwijs minder vaak te toetsen, dat gebeurt nu eens in de zes jaar terwijl Oostenrijk eens in de twaalf jaar aanhoudt. De conclusie van dit alles is dat er niet zoveel bekend is over hoe je de onderwijskwaliteit het beste kan testen. Volgend jaar licht Bussemaker haar plannen voor het accreditatiestelsel toe in een beloofd rapport.

 

Lees meer