Wil je met me brouwen?

Welke student wil niet zijn eigen biermenu? Tegenwoordig worden sommige studentenkamers omgetoverd tot een persoonlijke brouwerij, vol met vaten, ketels en slangen. ‘Als je thuis begint met een vat naast je bed, is je bier als een pasgeboren kindje.’

Tekst:Tom Plaum en Saskia Verheijden
Illustratie:
Eva Bernsen

Dit artikel verscheen eerder in de maart-ANS

In het studentenleven is een biertje niet weg te denken. Hoewel een pilsje het vaakst achterover wordt getikt, zijn de speciaalbieren in opkomst. Veel liefhebbers van deze goudgele heerlijkheid nemen het heft in eigen hand en gaan zelf op zoek naar de perfecte smaak. In Nederland ligt het aantal hobbybrouwers op twaalfduizend en dit getal blijft groeien. In mei wordt zelfs een heuse biercompetitie gehouden voor het lekkerste hobbybiertje van de Lage Landen, waar ook studenten in de prijzen kunnen vallen in een aparte categorie. Waarom gaan hobbyisten de uitdaging aan van het doe-het-zelf bierbrouwen? En hoe brouw je op je kamer je eigen perfecte biertje?

Masterbrouwer
‘Ik ben een enorme bierliefhebber en houd ervan om in de keuken te experimenteren’, zegt Ruben Kause, masterstudent Scheikunde. ‘Door mijn ervaringen en interesse in de analytische chemie, lijkt het me leuk om zelf bier te brouwen.’ Hij wil samen met een vriend beginnen en is erg enthousiast over zijn plannen. Oprichter en eigenaar van Stadsbrouwerij De Hemel in Nijmegen, Herm Hegger, is op veertienjarige leeftijd ook begonnen als hobbybrouwer. Hij was de eerste in Nederland die een eigen witbier en lentebok brouwde en op de markt bracht. Daarna is zijn passie uitgegroeid tot een professionele brouwerij. Hegger verklaart de interesse in hobbybierbrouwen: ‘Steeds meer mensen krijgen een aversie tegen grootschalige, ingewikkelde producten en hebben een behoefte aan eenvoudige en eerlijke brouwsels. In de afgelopen tien jaar zijn er tweehonderd brouwerijen in Nederland bijgekomen, die het resultaat zijn van een uit de hand gelopen hobby.’ Bierstappenplan

Knoeien met hop
‘Bierbrouwen is helemaal niet moeilijk. Gemalen mout wordt gemengd met water, waardoor het zetmeel uit dit graan oplost als suikers. Aan het ontstane suikerwater, genaamd wort, worden vervolgens hop en gist toegevoegd. Zonder hop mag het brouwsel geen bier worden genoemd en krijg je iets dat lijkt op appelcider. De gist zorgt ervoor dat koolzuur en alcohol ontstaan, de hop geeft het bier zijn typische, bittere smaak’, aldus Hegger. De essentie van een lekker biertje ligt volgens deze fanatieke brouwer aan de juiste balans tussen de ingrediënten. Als brouwer heb je zelf de smaak en het alcoholpercentage in de hand; toevoegen van meer mout maakt het bier zwaarder.

Door het gebruik van verschillende soorten mout en hop kun je de smaak van je bier naar je eigen wensen aanpassen. Door andere ingrediënten toe te voegen, zoals fruit, noten of kruiden, krijgt het biertje een persoonlijke twist. Nog een verklaring voor de populariteit van het bierbrouwen zijn wellicht de kosten. Volgens Hegger hoeft zelf brouwen niet zo duur te zijn. Met twee oude mayonaise-emmers als gistketels en wat slangen kom je al een heel eind. Degene die professioneler wil beginnen, kan op internet een starterspakket kopen voor slechts 40 euro. Voor de luie student is er zelfs kant-en-klare wort te koop. Studentenbrouwer Kause kiest voor de professionele aanpak en is van plan een investering te doen van driehonderd euro, zonder nog maar een enkel biertje te hebben gebrouwen. De scheikundige is ambitieus over zijn plannen: ‘Ik zou het niet erg vinden om later een eigen brouwerij te hebben, maar ik zou het zonde vinden van mijn academische achtergrond.’

Commissie Bier
Vincent Gerritsen, student Natuur- en Sterrenkunde, heeft zijn bierhobby te danken aan zijn studie. ‘Ik had plannen om met vrienden bier te brouwen, maar we hadden daar geen geld voor. Toen in 2009 wat geld overbleef bij onze studievereniging Marie Curie, grepen we onze kans en begonnen een brouwcommissie. Met Mattias Terpstra, die ook in de commissie zat, begon ik steeds meer thuis te experimenteren. We wilden grotere hoeveelheden kunnen maken, dus startten we in Matthias’ keuken onze eigen brouwerij.’ Vanuit deze uit de hand gelopen hobby is uiteindelijk het professionele Katjelam ontstaan.

De brouwerij is gevestigd in een klein hok in het Honigcomplex dat niet groter is dan de gemiddelde studentenkamer, vol met plastic vaten. De essentie van het bierbrouwen is volgens Gerritsen en Terpstra reinheid en geduld. Door alles steeds goed schoon te maken, voorkom je dat er bacteriën in je brouwsels komen. ‘Toen we nog thuis brouwden hebben we een keer een infectie in ons bier gehad, waardoor het echt ranzig werd’, zegt Terpstra. Voor het duo duurde het maar liefst een halfjaar, ongeveer zeven brouwrondes, voordat zij de smaak te pakken hadden en het eerste biertje naar hun wens hadden gebrouwen. Gerritsen: ‘Als je thuis begint, is je bier net als een pasgeboren kindje. Het begint vaak met een vat van twintig liter naast je bed. Dan is de vreugde groot wanneer na drie helse dagen dweilen en een plakkende kamer je eindelijk je eerste goede wort hebt geproduceerd. Vervolgens kan je niet meer slapen van het geplop van het waterslot op het vat door de CO2 die ontstaat.’ Voor Kause moet het avontuur nog beginnen. ‘Ik kijk er naar uit om mijn eerste eigen biertje te drinken, al weet ik niet of het me zal lukken. Die onwetendheid maakt het brouwen juist spannend.’

Klik hier voor de overige artikelen uit de maart-ANS.

 

Lees meer