[UPDATE] Manifest van Morgen

Wellicht heb je al een uitnodiging ontvangen via Facebook om deel te nemen. Het studentennetwerk voor een betere toekomst, Morgen, heeft een evenement aangemaakt waarmee ze studenten oproepen te tekenen voor duurzaam hoger onderwijs. Dit Manifest gebiedt besturen van hogescholen en universiteiten om binnen vier jaar voor een duurzame samenleving te zorgen. Door middel van tien aanbevelingen voor de integratie van duurzaamheid in het curriculum hopen ze dit te verwezenlijken. Morgen om 10:00 is het Manifest van Morgen te vinden op de site en wordt er naar verluidt actief getwitterd (#manifestvanmorgen) om zoveel mogelijk mensen te overtuigen van de noodzaak van duurzaamheid. Op 10 oktober, de dag van de duurzaamheid, zal het Manifest aan de Colleges van Bestuur (CvB) worden overhandigd. Tot die tijd is het aan de studenten om hun stem te laten horen. De organisatie van Morgen is helaas nog niet bereikbaar. In de loop van de dag zal extra toelichting uit deze hoek volgen. Update: Caglar Akbulut, penningmeester bij Morgen, licht het Manifest toe: 'Het initiatief is gekomen vanuit de studenten zelf. Het bedrijfsleven is namelijk actief duurzaam en in de winkels zijn producten met duurzame keurmerken te vinden. Dat is allemaal leuk, maar in het onderwijs wordt er veel te weinig mee gedaan. Wij proberen de universiteiten daarop te attenderen. 'Het streven is om de besturen van universiteiten en hogescholen te alarmeren. Dit doen we door zoveel mogelijk studenten mee te krijgen, ook alle CvB's en hoge piefen van het hoger onderwijs zijn uitgenodigd om deel te nemen. Wanneer de universiteiten ervoor kiezen mee te doen en de tien aanbevelingen opvolgen, geven ze gehoor aan de oproep van hun studenten. De vraag blijft natuurlijk of de instellingen zich kunnen vinden in de aanbevelingen. 'Ik kan wel zeggen dat we blij verrast zijn over het aantal aanmeldingen. Toch is het nog even afwachten, bij een Facebookevenement heb je altijd mensen die aangeven aanwezig te zijn, maar vervolgens niet komen opdagen.'

 

Lees meer

Grenzen aan groen (1)

Deze week is het Groene Week op de universiteit en wordt aandacht gevraagd voor een duurzame wereld en universiteit. ANS kijkt hoe het is gesteld met de duurzaamheid op de RU. In dit eerste deel van de leadstory kijken we naar de huidige stand van zaken wat betreft de duurzaamheid op de campus. Met de Groene Week willen het Universitair Milieuplatform (UMP), Cultuur op de Campus en de Charitatieve en Culturele Koepel (CHECK) duidelijk maken dat duurzaamheid geen saai thema hoeft te zijn. Zo kun je fietsen om een band te laten spelen of een cactus omtoveren tot lamp. Naast deze ludieke activiteiten staan er ook meer serieuzere zaken op de agenda. Met een workshop is studenten de mogelijkheid geboden om mee te denken aan het nieuwe duurzaamheidsbeleid van de RU. Het opstellen van een duurzaamheidsbeleid is geen overbodige luxe voor de universiteit. De RU gebruikt volgens de laatste cijfers jaarlijks 180 duizend kubieke meter drinkwater en elk jaar tikt de energiemeter een stand aan van ruim 34 miljoen kilowattuur. Sinds 1993 worden daarom milieubeleidsplannen opgesteld waarin de universiteit haar duurzaamheidsdoelen voor de komende drie jaar uit de doeken doet. Een aantal jaar geleden werd in de papieren ANS de aanpak en het ambitieniveau op het gebied van duurzaamheid door verschillende betrokkenen bekritiseerd. De RU zou te weinig vooruitstrevend zijn en vooral mooie sier willen maken met duurzaamheidsinitiatieven die eigenlijk weinig effectief waren. Ook bij het meest recente milieubeleidsplan kunnen vraagtekens worden gezet bij het ambitieniveau van de universiteit. Als missiewordt gesteld dat de RU tenminste moet voldoen aan de wet- en regelgeving. Dat daarbij wordt gestreefd naar een ruime invulling van deze verplichtingen, is voor meerdere interpretaties vatbaar en onmogelijk te toetsen. Om de ambities wat op te schroeven is er nu een workshop georganiseerd die tot creatieve ideeën moet leiden waardoor de RU over tien jaar echt duurzaam is. 'Voorheen vroegen we onszelf af waar we over drie jaar wilden staan en daardoor borduurde we voort op het bestaande beleid. Nu willen we meer dromen over de toekomst en vervolgens vaststellen wat daar morgen voor moet gebeuren', aldus Carlo Buise, medewerker bij de bij de Arbo- en Milieudienst. Het is echter wel afwachten of de out-of-the-box gedachten ook daadwerkelijk omgezet worden in nieuw beleid gezien de financiële mogelijkheden en prioriteiten die het College van Bestuur heeft. Toch doet de RU het in vergelijking met de andere Nederlandse universiteiten helemaal niet slecht op het gebied van duurzaamheid. Dat blijkt wel uit de tweede plaats die het krijgt in de Sustainabul-ranglijst van vorig jaar. Hierop worden alle universiteiten gerangschikt op de mate van duurzaamheid en transparantie. Hoewel dit een mooie prestatie mag worden genoemd, kan ook hier kanttekeningen bij worden geplaatst. De RU mag het dan wel bovengemiddeld doen, in absolute zin is er volgens het eindrapportnog veel ruimte voor verbetering, met name op het gebied van duurzaam inkopen en transparantie. Volgens Buise en ook Naomi Geelen, betrokken bij de Groene Week en het UMP, is het duurzaamheidsbeleid al op een aantal fundamentele punten verbeterd. Het over het voetlicht brengen van deze verbeteringen blijft volgens Buise een punt van zorg: 'Heel veel duurzaamheidsactiviteiten kun je niet zien, dus het is een continue strijd om het onder de aandacht te brengen.' Dat de RU inderdaad een aantal verbeteringen heeft doorgevoerd zal in het volgende deel aan bod komen.

 

Lees meer

Grenzen aan groen (2)

Deze week is het Groene Week op de universiteit en wordt aandacht gevraagd voor een duurzame wereld en universiteit. ANS kijkt hoe het is gesteld met de duurzaamheid op de RU. In dit tweede deel van de leadstory bekijken we welke verbeteringen de afgelopen tijd al zijn doorgevoerd. Gisteren werd in het eerste deel van deze lead story duidelijk dat het duurzaamheidsbeleid van de RU nog genoeg ruimte laat voor meer ambitie en verbeteringen. Toch is de afgelopen tijd op een aantal terreinen vooruitgang geboekt. Nadat er een jarenlang nauwelijks werd omgekeken naar het thema, wordt het nu weer belangrijker gevonden volgens Irene Dankelman, docent Duurzame Ontwikkeling aan de RU. 'De aandacht voor duurzaamheid binnen de universiteit loopt in fases en nu hebben we de wind weer een beetje mee. De vorige voorzitter van het College van Bestuur (CvB) had er weinig oog voor en de maatschappelijke taken van de universiteit zijn toen erg verwaarloosd.' Carlo Buise is als medewerker bij de Arbo- en Milieudienst nauw betrokken geweest bij een aantal beleidsaanpassingen en legt uit wat er is verbeterd: 'Sinds het laatste milieubeleidsplan hanteren we bij nieuwe investeringen een terugverdientijd die gelijk is aan de technische levensduur, voorheen was dat een periode van tien jaar. Juist door deze verandering zijn wij in staat geweest om zonnepanelen op het nieuwe Grotiusgebouw te laten plaatsen.' Een andere belangrijke energiebesparing moet gerealiseerd worden door het warmte-koudeopslagsysteem binnenkort naar meerdere gebouwen uit te breiden en beter in te laten spelen op de energiebehoefte. Met deze techniek wordt warmte in de zomer ondergronds opgeslagen om in koude tijden te gebruiken voor verwarming. De genoemde maatregelen moeten leiden tot het bereiken van een ambitieuzere doelstelling: 'In de afgelopen jaren streefden we twee procent efficiëntieverbetering van ons energieverbruik na, maar nu willen we ook in absolute cijfers twee procent minder energie aanwenden en dat vergt veel meer inspanningen.' Hoewel Buise de relatie niet een-op-een durft te leggen, komen deze aanpassingen de kritiek tegemoet die drie jaar geleden in het ANS-artikel werd geuit. Het ontbreken van duidelijke en meetbare doelstellingen en de keuze om enkel te investeren in technieken die zich snel terugverdienen werden toen gelaakt. Een probleem dat blijft is dat bijna niemand weet heeft van het duurzaamheidsbeleid en de verbeterde situatie. 'We hebben een hoop ondernomen om het onder de aandacht te brengen, ik ben nu ook een beetje uitgedacht', verzucht Dankelman. Projecten zoals 'Verborgen waarden' waarbij mensen via QR-codes informatie konden krijgen over duurzaamheidsinitiatieven hadden niet het gewenste effect. 'Een kleine groep weet je wel te bereiken, maar met de grote middengroep is het moeilijk communiceren. Je ziet eigenlijk altijd dezelfde gezichten bij nieuwe initiatieven', aldus Buise. Hoeveel waarde het CvB hecht aan duurzaamheid is volgens Dankelman een belangrijke factor in de bekendheid van het duurzaamheidsbeleid. Hoewel de bereidwilligheid toeneemt om dit thema op te pakken, is dit in haar ogen vooral te denken aan externe factoren.'Het is tegenwoordig bijna not-done om niets te doen met duurzaamheid en doordat ook andere universiteiten ermee bezig zijn ontstaat er ook concurrentiegedrag op dit gebied.' In het laatste deel van deze leadstory wordt gekeken naar de toekomst. Hoe reëel is het om de RU energieneutraal te maken?

 

Lees meer

Grenzen aan groen (3)

Deze week is het Groene Week op de universiteit en wordt aandacht gevraagd voor een duurzame wereld en universiteit. ANS kijkt hoe het is gesteld met de duurzaamheid op de RU. In dit laatste deel van de leadstory vragen we ons af hoe de toekomst op het gebied van duurzaamheid eruit ziet. Het huidige milieubeleidsplan loopt dit jaar af en daarom zijn de verantwoordelijke afdelingen op dit moment bezig om een nieuw programma op te stellen. In het eerste deel  werd al duidelijk dat hierbij een andere aanpak werd gehanteerd dan in het verleden. Het centraal stellen van het huidige beleid had volgens betrokkenen een remmende werking om nieuwe projecten te initiëren. Daarom wordt er nu eerst een ambitieuzere toekomstsituatie geschetst waaraan concrete doelen worden gekoppeld die tot de voorgestelde situatie moeten leiden. In de workshop van afgelopen dinsdag werd door de deelnemende studenten en medewerkers al een stortvloed aan nieuwe ideeën geponeerd. Een volledige onafhankelijke energievoorziening, een papierloze campus of het recyclen van al het afval passeerden onder meer de revue. Volgens het gezegde mag dromen altijd, maar hoe reëel dergelijke plannen zijn is een vraag die al snel opdoemt. Door  ervaringen uit het verleden is Irene Dankelman, docent Duurzame ontwikkeling, terughoudend: ‘De eenvoudige ideeën zullen wel opgepakt worden, maar als je een echt duurzame campus wilt dan moet je revolutionair durven zijn. Daarvoor moet je helemaal breken met het verleden en dat zie ik op de RU nu niet gebeuren.’ Volgens Dankelman wordt het realiseren van gewaagde doelstellingen door een aantal factoren bemoeilijkt.'De universiteit is een heel log instituut waarbinnen veel autonome eilandjes zijn die allemaal hun eigen toko willen onderhouden.' Ze stelt dat een sterk College van Bestuur (CvB) dit kan doorbreken.'Je moet vooral een top hebben die durft en de winst van duurzaamheid inziet. Dat was voorheen te weinig en ik durf nu nog niet te zeggen of dat op dit moment ook zo is.' Om studenten meer bij het duurzaamheidsbeleid te betrekken wordt door het Universitair Milieu Platform (UMP), een werkgroep van AKKU, al enige tijd gelobbyd voor een Green Office. Naomi Geelen legt uit: In een Green Office leiden studenten als medewerkers van de RU een duurzaamheidsproject en fungeren zij als een spin in het web die ervoor zorgt dat alle acties op elkaar worden afgestemd.' In het verleden ontbrak die afstemming nogal eens, waardoor concrete plannen onuitgevoerd bleven. Ondanks dat de Arbo- en milieudienst sympathiek tegenover het betrekken van studenten staat, bestaat er volgens de afdeling nog veel onduidelijkheid over het idee van een Green Office. Samen met het feit dat het CvB haar fiat moet geven voor de benodigde financiële middelen, is het dus nog hoogst onzeker of, en in welke vorm er een Green Office komt. Duidelijk is dat een echt groene universiteit op dit moment een droombeeld blijft. Duurzaamheid wordt gezien als een zaak voor de bedrijfsvoering en daardoor worden initiatieven en verbeteringen nauwelijks opgemerkt. Ondanks dat er een aantal medewerkers en studenten zijn die zich sterk inzetten voor duurzaamheid, valt het niet te verwachten dat er rigoureuze veranderingen plaatsvinden in de nabije toekomst. De groene ambities van de RU blijven daarmee behoorlijk begrensd.

 

Lees meer

Het is groen en je ziet het niet

Van duffe collegezalen tot aan de straatstenen onder je voeten, duurzaamheid is van groot belang op de campus. Studerend Nijmegen kan deze week zijn hart ophalen tijdens de Groene Week. Van workshops biologische bonbons maken tot aan verantwoord zuipen, er is voor ieder wat wils. Dinsdagavond was er een rondleiding om alle insen outsvan onze duurzame campus te leren kennen. ANS doet verslag. ‘In den beginne’, grapt milieukundige Carlo Buise over het ontstaan van de campus. Tijdens de presentatie die voorafgaand aan de rondleiding wordt gegeven, komen een hoop zwart-witplaatjes voorbij, met natuurlijk als eerste Landgoed Heyendaal. In het geschiedenislesje komen zowel algemene weetjes als een aantal interessante feitjes naar voren. Zo werd in het Kelkplan over de inrichting van de campus rekening gehouden met de katholieke sexdrift. ‘Katholieken weten wel hoe ze kinderen moeten maken’, grinnikt Buise. Hierna volgen indrukwekkende plaatjes van het nieuwe Grotiusgebouw. Rechtenstudenten kunnen zich alvast lekker maken voor onder andere driedubbel glas en ventilatie om de CO2-concentratie te verlagen. Wanneer de luchtkwaliteit achteruit gaat, springt de ventilatie aan. De RU zal volgens Buise een Harvard-achtige campus zijn met minder gebouwen dan nu en 20.000 vierkante meters meer ‘groen’. De RU timmert al flink aan de weg als het om duurzaamheid gaat. Zo wordt de temperatuur in gebouwen met behulp van grondwater – dit heet warmte- en koudeopslag – geregeld. Om de natuurlijke temperatuur in de grond te behouden, maakt de universiteit daarbij gebruik van restwarmte uit het magnetenlab. Verder is het ook leuk om te weten dat je het Gymnasion haast zelf uit elkaar kunt halen, want het gebouw is in elkaar geschroefd. Door de rondleiding sta je stil bij zaken die je normaal niet opvallen. Zo staan er op het Erasmusgebouw twee koeltorens, zijn op het Collegezalencomplex speciale CV-ketels te vinden en is de parkeerplaats achter het Gymnasion uitgerust met klinkers die regenwater kunnen filteren. Let in het bijzonder op de grote boom voor het Gymnasion aan de Heyendaalseweg, die schijnbaar voor 20.000 euro van 200 meter verderop, over de loopbrug daarheen is getild. Lekker duurzaam.

 

Lees meer

Het is groen en populair

Groene kledinglijnen, biologische biertjes en het aanleggen van je eigen moestuin. We worden tegenwoordig ondergedompeld in beloftes over duurzaamheid, maar hoeveel waarde moeten we hier nog aan hechten?

Tekst: Anne van Veen
Illustratie: Carmen Groenefelt

Dit artikel verscheen eerder in de april-ANS

Eind april is het weer tijd voor de jaarlijkse Groene Week op de campus. Deze week gaat vooraf aan de wereldwijde Earth Day, een dag waarop mensen worden aangespoord na te denken over hun consumentengedrag. De laatste jaren komt duurzaamheid steeds vaker naar voren. Waar vroeger het begrip werd gekoppeld aan tuinbroeken en geitenwollensokken, noemen tegenwoordig alle bedrijven hun producten duurzaam. Zo staat er op de website van Douwe Egberts dat het bedrijf zich wereldwijd inzet om de koffieproductie duurzamer te maken. Rank a Brand (RaB), een merkenvergelijkingssite, geeft het koffiemerk op dit gebied echter een slechte beoordeling. Wat kan de consument hieruit opmaken? Wat betekent het begrip duurzaamheid tegenwoordig en wat kunnen wereldverbeterende types doen om hieraan bij te dragen?

Wereldvrede
Bas Eickhout is europarlementariër voor GroenLinks en door Trouw uitgeroepen tot nummer 1 van een lijst van 400 mensen die hebben bijgedragen aan een duurzamer Nederland. Hij vertelt dat de betekenis van het begrip duurzaamheid door de tijd heen aanzienlijk is veranderd: ‘Waar het twintig jaar geleden nog echt sciencefiction was, is duurzaamheid nu minder een onderwerp om over te dagdromen.’ Hij noemt de huidige vorm een levensstijl: ‘Ik ben blij dat duurzaamheid in tegenstelling tot vroeger niet alleen maar voor tuinbroekdragers is weggelegd, maar dat ook studenten veel te maken krijgen met dit begrip.’ Jan Jonker, hoogleraar Duurzaam Ondernemen, vertelt dat duurzaamheid als vraagstuk wel hetzelfde is gebleven, maar dat het milieuaspect naar de achtergrond is verdwenen: ‘Mensen zijn een beetje milieumoe en langzamerhand is het vraagstuk opgeschoven naar de organisatievormen van duurzaamheid.’ Hiermee bedoelt Jonker dat er tegenwoordig meer wordt geworsteld met de vraag welke processen duurzaamheid bevorderen en hoe dit moet worden georganiseerd.
Een duidelijke kanttekening die Eickhout maakt bij de veranderingen in het duurzaamheidsthema, is dat het tegenwoordig net zoiets als wereldvrede dreigt te worden: ‘Niemand is er tegen, iedereen wil het zijn en iedereen zegt het ook te zijn. Zo is Shell, als je ze moet geloven, heel duurzaam, maar hiermee wordt het vraagstuk van de politieke agenda gehaald. Het is goed dat duurzaamheid veel breder is geworden dan het dragen van geitenwollensokken, maar politici moeten oppassen met de gedachtes dat alles groen is en dat we dansend in bloemetjesjurken door de wei gaan. Ze moeten vooral niet vergeten dat er bij al die bedrijven een keiharde belangenstrijd speelt en dat de bedrijven niet zo duurzaam zijn als ze zichzelf noemen. duurzaamheidGrolsch of Hertog Jan?
Wat zou je als student kunnen doen om bij te dragen aan de duurzaamheid? Het kopen van zuinigere, biologische of groene producten zijn welbekende oplossingen, maar welke slogan kun je nog vertrouwen en hoe word je wijzer uit de brij van wereldreddende beloftes? Volgens RaB kunnen studenten bijvoorbeeld beter voor Grolsch dan Hertog Jan kiezen omdat het eerstgenoemde merk meer dan twee kilo CO2 minder produceert per hectoliter bier. Alfabiertjes kun je volgens de organisatie overigens beter laten staan. Zij krijgen een slechte beoordeling, omdat er geen informatie over het milieu- en klimaatbeleid is te vinden op hun website. Harry Meens, directeur van de Alfa Brouwerij, denkt dat de organisatie RaB geen zuivere koffie is: ‘Andere merken roepen van alles, maar wij zijn de meest energiezuinige middelgrote brouwerij van Nederland en daar heb ik een rapport van. RaB stelt alleen eisen aan de manieren hoe het op onze website moet staan en daar doe ik niet aan mee.’ 
Inmiddels heeft Meens besloten de informatie online te zetten. Het is nu wachten op de beoordeling van RaB. De organisatie RaB baseert de beoordelingen op informatie die te vinden is op de websites van de merken. Ze maken gebruik van onafhankelijke keurmerken en controleren dit bij de desbetreffende organisaties. Eickhout is van mening dat RaB toch wel een duwtje in de goede richting kan geven. ‘Ondertussen bestaan er zoveel verschillende labels, dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Rank a Brand probeert hier helderheid aan te brengen en dient als leidraad voor de consumenten.’

Kort douchen is gepruts
Eickhout vindt dat studenten kunnen bijdragen aan duurzaamheid door het beeld over dit begrip te kantelen. De europarlementariër heeft zelf Milieukunde aan de RU gestudeerd en was altijd al geïnteresseerd in duurzaamheid, maar droeg hier destijds niet zozeer aan bij: ‘Studenten zijn vooral bezig met het omdraaien van hun centen en dat is hun grootste zorg, maar erover nadenken is al heel goed. Duurzaamheid moet de norm worden. Wij eten bijvoorbeeld echt teringveel vlees. Dat kan minder en dan heb je nog steeds prima eten.’ Jonker denkt dat veel studenten belangstelling hebben voor moderne duurzaamheid, dus vooral in de organisatorische kant waar ook de deeleconomie, een samenleving waarin mensen producten met elkaar delen, onder valt. ‘Studenten kunnen meedoen met de trend door een biologisch biertje te drinken, korter onder de douche te staan of wat vaker de fiets te pakken, maar dat is gepruts.‘ Volgens Jonker kunnen studenten moeilijk een significante bijdrage leveren. De enige opties waar hij mee komt, zijn het ontwikkelen van een bedrijf dat inspeelt op de nieuwe trend van duurzaamheid of een systeem bedenken dat de huidige problemen in de maatschappij kan oplossen. Het is voor de meeste studenten met duurzame idealen dan toch net wat makkelijker om de verwarming gewoon een graadje lager te zetten.

Klik hier voor de overige artikelen uit de april-ANS.

 

Lees meer

RU grijpt net naast 'Sustainabul'

Gisteren reikten Rank a Brand en Morgen de "Sustainabul" uit aan de Universiteit Maastricht. De Sustainabul is een prijs die jaarlijks wordt uitgereikt aan de universiteit met het meest transparante en duurzame beleid. De Radboud Universiteit bleek in het onderzoek bijna de beste en kwam op de tweede plek uit. Dat de RU over dit lijstje de loftrompet nog niet heeft opgestoken is niet verbazingwekkend. Uit het rapport blijkt namelijk dat, ondanks de hoge positie, het behaalde aantal punten blijft steken op 10 van de 24. Een rapportcijfer van een 4,2 dus, voor de minder snelle rekenaars. Vooral op 'Duurzaamheid & Fairtrade' en 'Nieuwbouw & Renovatie' wordt slecht gescoord, met respectievelijk nul en nul punten. Joep Karskens, algemeen bestuurslid Studentenvakbond AKKU en woordvoerder van het Universitair Milieu Platform (UMP), is blij dat de RU hoog eindigt, maar heeft zijn bedenkingen: 'Er is nog zo veel winst te behalen. We scoren relatief hoog, maar als zelfs wij slechts 10 van de 24 punten hebben moet er in heel Nederland nog veel gebeuren!' Uit het onderzoek blijkt dat duurzaamheid hoog op de agenda staat bij veel universiteiten. Op het deelgebied 'Management en Beleid' laat de RU met een score van 2 uit 3 zien dat ook zij duurzaamheid serieus neemt. 'Toch is met name de energieverspilling hier ons een doorn in het oog. Denk aan de computerschermen die overal dag en nacht aan staan', zegt Karskens. 'Daarnaast wordt er veel te weinig gedaan met de betrokkenheid van studenten en medewerkers. Zo is er een duurzaamheidspagina op de website van de RU, maar daar moet je hard naar zoeken. Zoiets moet op de voorpagina! Er is zoveel mogelijk, in samenwerking met de HAN zouden we met gemak de duurzaamste campus van Nederland kunnen zijn.'

 

Lees meer