Cultuurtip november

Cultuur op de Campus geeft op ANS-Online maandelijks een aantal cultuurtips met toelichting. Om uit de bomvolle cultuuragenda’s iets leuks te pikken valt niet mee. In Nijmegen is er veel aanbod, maar weten studenten wel hun weg te vinden? Om ze een klein voorzetje te geven komen hier drie tips voor de maand november! Opening Expositie Chinese Whispers / Téléphone Arabe van Sarah Bijlsma Kunstenaarsinitiatief Paraplufabriek is al sinds de jaren tachtig een tentoonstellingsplek waar kunstenaars experimenteren met de interactie tussen beeldende kunst en andere disciplines. Van 1 tot en met 22 november is de tweede solo-expositie van Sarah Bijlsma, Chinese Whispers / Téléphone Arabe, hier te zien. Hoewel ze pas twee jaar is afgestudeerd heeft Sarah Bijlsma (Nijmegen, 1989) nu al een indrukwekkende lijst met exposities op haar naam staan. De expositie in Expoplu is een totaalervaring van objecten, bewegingen, personages en geluiden die samengebracht worden door een gevoel voor sfeer en kleur dat zo typerend is voor Bijlsma’s oeuvre. Op vrijdag 1 november wordt de expositie feestelijk geopend met een tekst- en geluidsperformance die kunstenaar Oscar Wyers voor de gelegenheid maakte. Datum: vrijdag 1 november 2013 Tijd: 20.00 uur Locatie: Paraplufabriek, Van Oldenbarneveltstraat 63 a Entree: gratis Meer informatie: www.expoplu.nl, www.sarahbijlsma.com

 Opening Onder Ons De eerste zaterdag van november opent de multidisciplinaire werkplek Onder Ons de deuren naast collega-onderneming Ondersteboven. Onder Ons is een expositieruimte voor jonge kunstenaars in het centrum van Nijmegen. Daarnaast zijn er open werkplekken voor studenten, culturele ondernemers en andere mobiele werkers. Er zullen lezingen, workshops en andere evenementen georganiseerd worden. Onder Ons is ingericht als huiskamer waar je niet alleen werk kunt bezichtigen en werk kunt verzetten, maar waar je ook terecht kunt voor koffie en een goed boek. De openingsexpositie bevat werk van Marina Tadic (tekeningen, schilderijen), Anan Striker (schilderijen, sculpturen) en Veerle Melis (foto’s). Verder is er live-muziek van ASUNA, all the way from Tokyo. Kom deze prachtstukjes bij de feestelijke opening bewonderen! Datum: zaterdag 2 november 2013 Tijd: 13.00-17.00 uur Locatie: Onder Ons, Priemstraat 1 Entree: gratis Meer informatie: www.facebook.com/events/444144675694959 Exit through the Gift Shop Vanavond draait de film Exit through the Gift Shop, maar het publiek komt niet alleen maar kijken! Is graffiti vandalisme of kunst? De laatste decennia zijn er steeds meer gewaardeerde graffitiartiesten opgekomen, waarvan Banksy de grootste naam is. In 2010 heeft de Britse Banksy een humoristische film uitgebracht over deze geheimzinnige scene waarin de Franse documentairemaker Thierry Guetta meerdere artiesten volgt bij het creëren van hun straatkunst. Maar is er hier sprake van een documentaire, of toch een mockumentary? Kom zelf kijken wat jij er van vindt. Voordat de film begint, breng je samen met graffitiartiest Fuuki en de andere bezoekers een gezamenlijk kunstwerk tot stand. Dus wees erbij en dompel je onder in de avontuurlijke wereld van de straatkunst! Datum: woensdag 20 november Tijd: 19.30 uur Locatie: CC3, Collegezalencomplex, Mercatorpad 1 Entree: 1,50 Meer informatie: www.ru.nl/cultuuropdecampus/agenda/agenda-0/agenda/@920805/exit-through-the

 

Lees meer

Cultuurtip november

Cultuur op de Campus geeft op ANS-Online maandelijks drie cultuurtips met toelichting. Om uit de bomvolle cultuuragenda’s iets leuks te pikken valt niet mee. In Nijmegen is er veel aanbod, maar weten studenten wel hun weg te vinden? Om ze een klein voorzetje te geven komen hier drie tips voor de maand oktober!1. Deelstaat = Extrapool + Common Room Kunstenaars uit Indonesië en Nederland komen samen in Extrapool. Het belooft een muzikale ontmoeting te worden waarin traditie en vernieuwing samengaan. De eerste publiekspresentatie vindt plaats op zaterdagavond 27 oktober, de eindpresentatie op zondag 4 november. Deelstaat = Common Room is het derde buitenlandse kunstenaarsinitiatief dat op uitnodiging van Extrapool naar Nederland komt voor het residentieproject Deelstaat =. De voorgangers zijn Oda Projesi uit Turkije en Sandarbh uit India. Common Room uit Bandung, Indonesië, is een platform voor verscheidene activiteiten: exposities, filmvertoningen, workshops, lezingen, discussies, kleinschalige concerten, culturele festivals en meer. Datum: zaterdag 27 oktober t/m zondag 4 november Locatie: Extrapool, Tweede Walstraat 5, Nijmegen Entree: gratis Meer informatie: Extrapool of Commonroom 2. Filmquizzz Altijd al willen testen hoeveel jij weet over film? Of wil je ontdekken of je vrienden écht wandelende filmencyclopedieën zijn? Doe dan mee aan de filmquiz in het CultuurCafé. Beleef een gezellige avond met een hapje en een drankje en maak kans op mooie prijzen met je medequizzers. Je kunt je inschrijven door een mail te sturen naar film@cultuuropdecampus.nl of door je op te geven op de avond zelf. We raden aan om je als groep in te schrijven met maximaal vijf personen. Om je een voorsprong op de quiz te geven, heeft quizmaster Bart van Oort alvast een vraag voor je: wat hebben Alicia Keys en Daniel Craig met elkaar gemeen? Datum: woensdag 14 november Tijd: inschrijven 20.00 uur, start 20.30 uur Locatie: CultuurCafé, Collegezalencomplex, Mercatorpad 1 Entree: €1,50 Meer informatie: mail naar film@cultuuropdecampus.nl 3. Wintertuinfestival Wim T. Schippers, Maxim Hartman, Spinvis, P.F. Thomése, Tonnus Oosterhoff, dj’s Torre en Jop (De Staat), Mauro Pawlowski (dEUS), Christiaan Weijts, Yori Swart, Onno Blom, Ivo Victoria, Dennis Gaens en nog zo’n 90 andere schrijvers, dichters, muzikanten, kunstenaars en wetenschappers treden op tijdens het Wintertuinfestival. Het grootste literatuurfestival van Nederland buigt zich over de ordening van het universum, ofwel de kunst van het verzamelen. Daarnaast toont Literair Productiehuis Wintertuin op dit veertiende Wintertuinfestival vele prachtige producties op het snijvlak van literatuur en andere kunsten. Datum: donderdag 22 november t/m zondag 25 november Tijd: variërend Locatie: Radboud Universiteit, Lindenberg Theater, Doornroosje en VillaLUX in Nijmegen Entree: variërend, CJP/studentenkorting Meer informatie: website Wintertuin

 

Lees meer

Literatuurtip november

De beste roman aller tijden, het meest gedurfde essay van de laatste jaren en een poëtische geheimtip. Medewerkers van Literair Productiehuis Wintertuin laten maandelijks op ANS-Online weten wat je echt niet mag missen. De literatuurtips van deze maand zijn van Wintertuins secretaresse, steun en toeverlaat Karin Tuinder.1. Jonathon Livingston zeemeeuw van Richard Bach Jonathan Livingston is anders dan de meeste meeuwen. Eten is voor hem niet zo belangrijk, Jonathan leeft voor het vliegen, hoger, sneller en eleganter. Hij wil van vliegen een kunst maken. 'Maar waarom toch Jonnie? vroeg zijn moeder. Waarom is het zo moeilijk om te doen zoals de anderen in de vlucht?' Een klein en inspirerend boekje over de zeemeeuw in ons. Prachtig geschreven, herkenbaar en je sluit Jonathan Livingston meteen in je hart. 2.De groene mijl van Steven King De groene mijl werd voor het eerst gepubliceerd in 1996 in zes paperbacks. Per maand een vervolgverhaal en zoals Steven King schreef: 'simpel gezegd trouwe lezer, je kunt niet achterin kijken om te zien hoe het afloopt.' Zelf heb ik de zes losse boekjes en ze zijn verslavend. King heeft gelijk: 'je hebt als auteur een overwicht op de lezer dat je anders nooit kunt hebben.' Stel je voor dat je inderdaad een maand moet wachten op het vervolg! Tegenwoordig is het verhal vooral te lezen in een boek. Neem een pauze na elk deel en ervaar. Leef mee met Paul Edgecombe die terugblikt op zijn leven als bewaker in de dodencellen van blok E. De weg naar de 'Old Sparky', John Coffey met zijn gave, Delacroix en Mr. Jingles. 3.Torenhoog en mijlenbreed van Tonke Dragt Een jeugdboek, kan dat wel? Tuurlijk, niks mis mee. Ga mee op reis met Edu, planeetonderzoeker Elf. Maan en Mars zijn normale bestemmingen voor planeetonderzoekers, maar Edu wil voor de tweede keer naar de gevaarlijke planeet Venus. Hij heeft een groot verlangen naar wouden. Op aarde zijn de bossen inmiddels verdwenen, op Venus niet. Verbaas je over de verre toekomst, de D.A.W. (Dienst van Algemeen Welzijn) en ga mee op avontuur in de wouden van Venus. Lees ook eens De brief voor de koning over de 16-jarige Tiuri die in een middeleeuwse wereld vol spanning een gevaarlijke opdracht moet vervullen. Een geweldige schrijfster! Meer Literatuurtips van Wintertuin lezen? Kijk dan hier.

 

Lees meer

Share verdwijnt anderhalve maand eerder

Voor de studenten die een forward hebben ingesteld, zal Share donderdag 11 september al worden overgezet naar Exchange. Dat is anderhalve maand eerder dan verwacht, vorig jaar werd gezegd dat dit in november zou gebeuren. Degene onder ons die nu al van programma wisselen, hebben hier een mail over gekregen met informatie. Niet alleen de accounts worden overgezet, maar ook de forward-instellingen worden voor je ingesteld. Tijdens de overgang blijf je gewoon e-mail ontvangen. Wat concreet verandert voor de student, is dat je naar een andere site moet om je mail te bewonderen. Ook wordt in het nieuwe systeem ru\s voor het S-nummer gezet. Tot eind 2014 zal de mail ook niet in de studentenportal te zien zijn, dit wordt pas overgezet nadat alle studenten voorzien zijn van Exchange.

 

Lees meer

Tussen droom en daad

Hoewel iedereen droomt, krijgt de wetenschap maar geen grip op dit natuurverschijnsel. Lucide dromers wel, zij zijn in staat nachtelijke fantasieën volledig naar eigen hand te zetten. Een kijkje in de wereld aan de binnenkant van de ogen.Tekst: Rik van Hulst en Laurie de Zwart Illustratie: Sanne Reckman Gemiddeld beleven we vijf dromen per nacht, maar hoe opwindend of meeslepend ook, eenmaal ontwaakt zijn we ze al snel vergeten. Al sinds Aristoteles houdt de wetenschap zich bezig met het ontrafelen van het dromen, maar het is lastig om bevindingen te staven en consensus te bereiken. Toch zijn er belangrijke ontdekkingen gedaan, want hoewel Marco Borsato ons al bijna twee decennia lang wijsmaakt dat de meeste dromen bedrog zijn, ligt dit in realiteit anders. Hoewel het gros van de slapers de nachtelijke fantasieën lijdzaam ondergaat, beweert een enkeling de regie in handen te hebben en de droom naar believen aan te kunnen passen. Dit is het zogeheten lucide dromen. Noêma (25), derdejaars studente Algemene Cultuurwetenschappen, vertelt: ‘Je slaapt ongeveer eenderde van je leven, het is toch zonde om deze tijd volledig passief te ondergaan?’ ANS neemt de droomwereld in ogenschouw en bekijkt de mogelijkheden van deze nachtelijke bezigheid. Droomwetenschap Ton Coenen, hoogleraar Biologische Psychologie aan de RU, doet al zo’n veertig jaar onderzoek naar slapen en dromen. ‘Aan het begin van mijn carrière dacht ik het wel even op te lossen. Het zou een kleine moeite zijn en over vijf jaar zouden we het allemaal weten. De middelen om alles te meten in het brein waren immers beschikbaar.’ Na tien jaar onderzoek konden er echter nog steeds geen waarheden worden vastgesteld, de kwestie is simpelweg te ambigu. ‘We bestuderen datgene wat iemand zegt te hebben waargenomen. Dat is subjectief en we weten niet of dit overeenkomt met de droom die werkelijk plaatsvond.’ Toch denkt Coenen te weten hoe het proces deels in zijn werk gaat. De slaapprofessor veronderstelt dat je droomt tijdens de remslaap, waarin ‘rem’ een acroniem is van Rapid Eye Movement. ‘Tijdens dit slaapstadium is het lichaam grotendeels verlamd, dit heeft te maken met de aansturing van de spieren. Grote spieren zijn meer ontspannen dan kleine waardoor de pupillen vluchtig bewegen.’ Coenen vertelt dat ‘echte’ wetenschappers zich niet bezighouden met dromen. Dat hij hier zelf een uitzondering op is, wordt hem niet altijd in dank afgenomen. ‘Droomwetenschap is beperkt tot ongestaafde beweringen en tegen alles wat ik zeg, valt ook weer iets in te brengen.’ Tussen slaapgeleerden is een debat gaande waarin het ene kamp speculeert dat dromen relevant is voor de verwerking van informatie terwijl aan de andere kant de gedachte heerst dat de droom nutteloos is. Coenen neemt een tussenpositie in. ‘Ik denk dat een droom op zichzelf niets voorstelt, maar dat vooral de terugkerende onderwerpen aangeven wat voor jou relevant is.’ Graven in je brein ‘Dromen zijn van belang voor zover je er waarde aan hecht’, stelt Jan Derksen, hoogleraar Psychologie aan de RU. Van huis uit is Derksen psychoanalyticus en gebruikt hij droommateriaal bij de behandeling van patiënten. In tegenstelling tot Coenen, die zich niet voelt aangesproken door de psychoanalytische benadering, spreken de opvattingen van Sigmund Freud Derksen wel aan: ‘De Freudiaanse droomtheorie focust op onderdrukte driften en verlangens van het onbewustzijn. Ik vind dat zijn gedachtegoed meer invloed zou moeten hebben dan die op dit moment heeft. Niet dat je vijf keer per week op de divan moet liggen om dromen te analyseren, maar besteed aandacht aan je onbewuste.’ Derksen illustreert dat dit bij kan dragen aan iets als traumaverwerking: ‘De droom kan helpen bij het verwerken van een psychisch conflict, maar dan moet je hem een plek geven. Het is te vergelijken met een e-mail die binnenkomt maar niet wordt geopend. Als je de droom aandacht geeft en de e-mail leest, heeft hij effect.’ Nachtelijke creativiteit Studente Noêma (25) is al sinds haar puberteit gefascineerd door de manier waarop ze haar eigen dromen kan beïnvloeden. ‘Ik begon met het bijhouden van een droomdagboek, waardoor ik na verloop van tijd patronen ontdekte. Een tijdlang vond ik een jongen leuk, maar ik wist dat het niet zou werken en dat knaagde. In een van mijn dromen waarschuwde hij dat ik hem niet moest vertrouwen.’ Overdag ontweek ze hem liever, maar ’s nachts kon Noêma haar fantasie beleven. ‘In een van mijn dromen reden we samen, op weg naar een romantisch avontuur, de duinen in. Opeens waren er overal bombardementen en ik kreeg door dat ik droomde. Omdat ik me van de surrealiteit bewust werd, haalde ik hem over de datum op zijn mobiel te veranderen zodat we naar een moment gingen zonder de beschietingen.’ Het bewustzijn tijdens de slaap noemen we lucide dromen. ‘Dit verschijnsel komt bij mensen natuurlijkerwijs voor tijdens de slaap, maar slechts weinigen zijn bekend met de mogelijkheden’, zo legt Tim Post, onderwijspsycholoog aan de Universiteit Twente en droomtrainer, uit. ‘Je kunt in de droom voorwerpen, mensen en situaties creëren en transformeren. Als je de vertrouwde wakkere wereld als maatstaf neemt, is tijdens de lucide droom het onmogelijke mogelijk. Daar kan geen boek of film tegenop.’ Post is van mening dat we dit nachtelijk bewustzijn kunnen gebruiken voor het plezier, maar ook om het dagelijks leven te verbeteren. ‘Misschien heb je een hitsige nacht met de partner van je dromen of durf je ineens de confrontatie aan te gaan met iemand die je al je hele leven uit de weg gaat.’ Ondanks dat Talitha (21), tweedejaars studente Biomedische Wetenschappen, zich niet heeft verdiept in de bewuste droom, kan ook zij ’s nachts de touwtjes in handen nemen. Bij Talitha heeft het echter weinig effect op haar dagelijks leven en blijft het bij een pleziertje. ‘Vroeger droomde ik regelmatig dat ik over een eindeloos lange brug rende, omringd door een grote vuurzee. Op een gegeven moment wist ik dat ik weer in die angstdroom zat en zorgde dat het stopte. Vanaf toen kon ik nachtmerries naar mijn eigen hand zetten en veranderen in aangename dromen. Sindsdien heb ik nooit meer een nachtmerrie gehad.’ De schone slaapster doet in haar dromen regelmatig mee aan spelprogramma’s als Fort Boyard: ‘Hier en daar kan ik wat sjoemelen met de opdrachten. Zo kom ik iedere droom als winnaar uit de bus.’ Lesje lucide Het lijkt erop dat nachtelijke bewustwording iets is wat we kunnen ontwikkelen. Alysa Braceau, tevens bekend als Dreamshield, geeft workshops waarin ze onwetende slaapkoppen leert bewust met hun nachtelijke illusies om te gaan. ‘Schrijf de dromen op zodra je wakker wordt, hoe betekenisloos ze soms ook lijken. Waardeer wat je ontvangt. Een goede oefening is om voor het slapen een willekeurige steen tot in detail te bestuderen: elk lijntje, elk putje en elk tekeningetje. Probeer de steen vervolgens voor de geest te halen en beoog hem in je droom te vinden. Het is belangrijk bewust te worden van het moment vlak voordat je in slaap valt. Als je wakker wordt, probeer dan de gebeurtenissen voor de geest te halen. Zo ontwikkel je de oplettendheid en kan een compleet nieuwe wereld zich voor je openen.’ ‘Lucide dromen is een soort denksport. Je zult je opmerkzaamheid moeten ontwikkelen om te weten wanneer je droomt’, verklaart droomtrainer Tim Post. ‘Nieuwelingen zullen versteld staan van de levensechtheid van hun dromen wanneer zij voor de eerste keer lucide worden. Dit is op zichzelf al een hele ervaring, maar wordt nog verwonderlijker wanneer je het kunt toepassen om de meest wilde droomavonturen te beleven.’

 

Lees meer

Uit de Oude Doos: Straatslapers

Iedere twee weken rakelt ANS herinneringen op door een artikel uit de archieven te plukken. Deze week in de nostalgische rubriek: 24 uur dakloos.

Het is een idee dat menig redactie mateloos boeit, omdat het zo ver van de gemiddelde mens afstaat: leven als een dakloze. Helaas is het door onze voorgangers al een keer gedaan. In november 2002 gingen twee redacteuren de straat op om te spreken met de mannen die wij alleen maar in het voorbijgaan zien. Ze doken volledig onder in het straatleven, sliepen op straat, aten een boterham bij de dagopvang en verkochten de straatkant bij hun eigen Albert Heijn. Het is alweer bijna tien jaar geleden, maar het onderwerp blijft actueel. Al was het maar omdat het buiten weer langzaam kouder wordt.

Lees hieronder het artikel van november 2002

Keerzijde van de Keizerstad

Tekst: Luuk Willems en Matthijs van den Broek

Woensdagochtend, 11:00 uur. In een muffe kleedkamer ontdoet Eddy zich haastig van zijn kapotgelopen sokken en vuile kleren. Ondertussen speurt hij naar de sportkleding van de dagopvang. ‘Deze wedstrijd gaan we makkelijk winnen. Op straat bouw je weerstand op, een bepaalheid taaiheid. Bij het voetbal buiten we dat uit.’ Onder zijn wilde krullen gaat een mager en scherp afgetekend gezicht schuil, dat een hard leven verraadt. Eddy voetbalt al een tijd in het team van de dagopvang. Monter veert hij op, klaar om de arena te betreden. ‘Voor mij is dit het hoogetpunt van de week,’ vertrouwt hij ons toe. Gezien het enthousiasme waarmee in de zaal wordt gevoetbald, moet dat gelden voor de meeste spelers. Wedstrijdvoetbal was niet het eerste dat bij ons opkwam bij het woord ‘dakloos’. Maar toen we de uitdaging aangingen 24 uur op straat te leven, wisten we sowieso niet wat we moesten verwachten. Hoe zouden de echte daklozen reageren op onze aanwezigheid? Nu we teruglopen naar de dagopvang voor daklozen, genaamd ‘Het Kasteel’, is die vraag al achterhaald. Vanochtend zijn we open en enthousiast ontvangen. De dagopvang is gevestigd in een oud stadspand aan de Bijleveldsingel. Iedereen is er welkom voor een praatje of een bak koffie, maar ook voor pastorale, maatschappelijke of medische hulp. In een soort huiskamer kijken mensen tv, lezen de krant, of praten wat. Anderen kijken apathisch voor zich uit: een stille verwijzing naar de psychische problemen waar veel dak- en thuislozen mee kampen. Schulden, familieproblemen en drugsgebruik zijn andere belangrijke oorzaken van dakloosheid. Vaak volgt het ene probleem op het andere, zoals bij Paul (34), vader van twee kinderen. Na een echtscheiding in 1988 raakte hij verslaafd aan harddrugs. Twee jaar geleden werd hij op eigen kracht clean. De hardste klap kwam toen zijn nieuwe vriendin hem een half jaar geleden op straat zette. Naast een woning kostte hem dit ook zijn werk. ‘Als je buiten slaapt, kun je de volgende dag niet fris op je werk verschijnen.’ Het aanbod om in te trekken bij zijn ouders sloeg hij af: ‘Op mijn achttiende ging ik het huis uit. Die beslissing zal ik nooit terugdraaien.’ Paul en zijn vriend Thomas (34) bieden aan om met hen de straat op te gaan. Lopend door de stad proeven we van het ‘echte’ daklozenbestaan. Paul formuleert rustig, kijkt bedachtzaam om zich heen en draait voortdurend shaggies. Thomas is de tegenpool van Paul. De goedlachse Molukker compenseert zijn kleine gestalte met een grote bek. Druk gebarend legt hij uit hoe de dag van een dakloze er uitziet: ‘Degene die in de nachtopvang verblijven, worden er om acht uur uitgeknikkerd. Veel mensen lopen dan naar de dagopvang voor een bak koffie. De gebruikers zullen ’s ochtends proberen te scoren. ’s Middags ga je naar het park of naar de coffeeshop, tenzij je geld nodig hebt.’ Aangezien ik noch mijn collega een cent op zak hebben, is ontspannen er voor ons niet bij. De opties zijn beperkt tot stelen, bedelen, het slijten van de daklozenkrant of het verkopen van parkeerkaartjes. We kiezen voor het laatste en lopen naar de Wedren.

Woensdagmiddag, 14:00 uur. ‘Het parkeersysteem in Nijmegen is ons gunstig gezind,’ stelt Thomas op plechtige toon. Niet volledig verbruikte dagkaarten worden door daklozen doorverkocht aan nieuwe parkeerders. Het lijkt makkelijk geld verdienen, maar Paul wijst ons op de addertjes onder het gras. Allereerst blijkt er een parkeer-godfather te zijn, die het werk al acht jaar doet. ‘Alleen van hem gedoogt de gemeente dat hij kaartjes verkoopt, dus hij bepaalt wie mag helpen.’ Een ander gevaar schuilt in de listige medewerkers van de Sociale Dienst. ‘Die maken foto’s van je, op basis waarvan ze proberen je uitkering stop te zetten.’ Veel daklozen ontvangen maandelijks zeshonderd euro doordat ze als postadres de dagopvang op mogen geven. Thomas: ‘Maar met dat geld heb je nog geen werk, en ook geen woning. Uitzendbureaus willen vaak niet bemiddelen voor daklozen; via de woningstichting onderdak vinden duurt jaren.’ Zelf staat hij nog maar drie maanden op straat, na uit de hand gelopen familieproblemen. Thomas drukt ons een brief onder de neus waarin hij zichzelf voorstelt en om werk vraagt. ‘Deze brief ga ik afgeven bij bedrijven in Nijmegen. Als ik hier geen werk kan vinden, ga ik misschien wel naar Italië. Het schijnt dat de baantjes daar voor het oprapen liggen.’

Woensdagmiddag, 16:00 uur. Met het geld dat we zojuist hebben verdiend, kopen we grote blikken lauw Aldi-bier. Genietend van het herfstzonnetje drinken we ze op in het Valkhof. Paul zit hier elke dag. ‘Dit is beter dan breedbeeldtelevisie, dit is live,’ lacht hij. Passanten groeten vriendelijk of maken een praatje. ‘Iedereen kent me hier. Als ik er een paar dagen niet ben, merk ik dat ze me gemist hebben.’ Als we stilzwijgend de conclusie trekken dat het daklozenbestaan zo kwaad nog niet is, lijkt het alsof Paul onze gedachtes raadt. Hij wijst naar het bankje naast ons. ‘Op dat bankje zal ik nooit gaan zitten,’ zegt hij zacht. ‘Daar is een vriend van me overleden. Wilde niet meer eten, drinken, niets. Hij lag daar te vervuilen, tot hij stierf aan een hartstilstand.’ En zo wijst het bankje ons op het feit dat er niet voor iedereen hulp is, dat we vandaag alleen het topje van de ijsberg zien. De zwarte kant van het daklozenbestaan komt met het naderen van de winter steeds dichterbij. Paul blijft positief: ‘Ik ben een doorzetter. Mijn vader knokte zich er na drie hersenbloedingen ook bovenop. Daar kan ik nog een voorbeeld aan nemen.’ Hij vindt zelfs de kracht anderen te helpen vanuit stichting Straatmensen voor Straatmensen. Deze stichting verstrekt elke woensdag gratis warm eten bij het oude gebouw van de Sociale Dienst, naast Lux. Om zeven uur voegen we ons met flinke honger in de rij. Twintig daklozen wachten geduldig tot er een spekpanneenkoek op hun bord ligt. Dit zijn de mensen die echt op straat leven, in tegenstelling tot de grote groep die een (semi-)vaste plek in de nachtopvang heeft. Het merendeel van hen heeft te kampen met ernstige vormen van verslaving. Matthijs (23) is één van de mensen die op straat leeft. Op mijn vraag waar hij vannacht slaapt, blijft het antwoord vaag. Als hij mijn door de avondkou ingegeven zorgelijke blik ziet, probeert hij me gerust te stellen. ‘Als ik de capuchon over m’n hoofd doe en de rits goed dicht zit, dan heb ik het niet koud hoor.’ Ik opper dat hij een van de dekens kan lenen die wij van Straatmensen voor Straatmensen hebben gekregen, omdat ook wij vannacht buiten slapen. Ik krijg slechts een zure glimlach retour. ‘Regel één van het straatleven: zorg eerst voor jezelf. Het is ieder voor zich.’

Woensdagavond, 21:30 uur. Met de wijze woorden van Matthijs in ons achterhoofd nemen we afscheid. Paul wijst ons een beschutte plaats, ergens in de struiken van het Valkhof, waar hij zelf ook een paar maanden verbleef. De schuilplaats is niet zichtbaar vanaf de weg. Zo lopen we minder kans om slachtoffer te worden van criminelen. Ook de politie zal ons hier niet verjagen, wat in de binnenstad wel regelmatig voorkomt. Verzekerd van een veilige slaapplaats, besluiten we nog even door de stad te wandelen. Met moegelopen voeten en een onbevredigbre behoefte aan warmte en rust, beginnen we ons echt dakloos te velen. We twijfelen of we onze laatste euro’s toch maar zullen spenderen in een gezellige kreog. Maar als we om kwart over elf een studentenkroeg in stappen, deelt de barman ons doodleuk mee dat de laatste ronde al is geweest. Schijnbaar is de grote Aldi-tas met bier, gecombineerd met ons inmiddels onfrisse uiterlijk, voldoende om de alarmbellen te doen rinkelen. We voelen ons uitgescheten, smerig en moe. In het park kruipen we onder onze vuile dekens, na uitgebreid te hebben gecontroleerd of we niet zijn gevolgd. ‘De nacht is koud en eenzaam – als een maatschappij’, zong De Dijk ooit. Ik weet niet of Huub van der Lubbe ook in parken bivakkeerde, maar zijn beschrijving is niet verkeerd. Elk geluid wijst op een mogelijke bedreiging: het geritsel van de struiken, stem, een harde knap, piepende autobanden in het park. Paranoïde turen we door de struiken. De opluchting is groot wanneer het langzaam licht wordt. Als we op willen staan vliegt een grommende hond ons bijna aan. Het baasje sleurt het dier mee en werpt ons een bedenkelijke blik toe. Donderdagochtend, 9:00 uur. De dagopvang heeft de rolluiken nog maar net open, of we zitten al binnen voor een kop koffie en een boterham. ‘Hebben jullie buiten geslapen?

...
Lees meer