Ontplofkip

Iedere maand loopt ANS een dag mee in een wonderlijke wereld. Deze maand: pluizige plofkuikens op de fabrieksband Dankzij de campagnes van Wakker Dier geniet de plofkip inmiddels nationale faam. Waar de massaal gekweekte vleesvogels vandaan komen is minder bekend. In de kuikenbroederij wordt pluimvee machinaal geproduceerd en geselecteerd of afgeserveerd. ‘Het klinkt misschien wat cru.’ Tekst: Mickey Steijaert Foto's: Mirte ten Broek Illustratie: Alex Kup Vanaf buiten is Probroed & Sloot niet te onderscheiden van de schuren in de buurt. Binnen gaan echter karrenvrachten aan kippetjes over de lopende band. Het is moeilijk voor te stellen dat in de rustieke omgeving van Groenlo dagelijks vrachtwagens met eieren en kuikens af en aan rijden. Hier worden wekelijks gemiddeld 1,5 miljoen vogeltjes klaargestoomd voor onder andere de plofkipindustrie. In het kantoor van het filiaal van een van Europa’s grootste kuikenbroederijen wordt de gesuggereerde landelijke idylle voorgoed om zeep geholpen. Een dubbel bezette receptie, ruime vergaderzalen en eivormige lampen aan het plafond kom je immers niet bij iedere achterhoekse boer tegen. Al even atypisch is de gelikte PowerPoint-presentatie die bezoekers wordt voorgeschoteld, met grafieken over het ‘optimale kuiken’ en de plaats van Probroed & Sloot in het plofkip-productieproces. Intussen vertelt Roel Koebrugge, voorman en assistent-teamleider, over de kernwaarden van het bedrijf. ‘Openheid is er daar een van. We organiseren onder andere open dagen voor de omwonenden, zodat ze een idee krijgen van wat hier gebeurt.’ In hoeverre wordt de slechte reputatie die de pluimveeindustrie heeft hier gerechtvaardigd? Appeltje eitje Koebrugge gaat voor naar een ruime hal achter het kantoor. Hier komen de karren met uit te broeden eieren binnen. Een enorme lading staat al klaar voor morgen: grote containers met kippenlegsels, allemaal afkomstig van zogenaamde ‘vermeerderaars’ in Nederland en Duitsland. Dat zijn bedrijven waar tienduizenden kippen miljoenen eieren uitpoepen. Een computer houdt nauwkeurig bij hoeveel er binnenkomt. De meest recente levering bestond uit tweehonderdduizend eieren. ‘Dat was wel een flinke lading’, merkt Koebrugge droog op. In een donker hoekje van de opslagloods staat een aantal containers afgezonderd van de rest. Hierin liggen de eieren die meteen zijn afgekeurd, de absolute losers van het stel. ‘De kwaliteit van het broedei is een belangrijk uitgangspunt’, vertelt Koebrugge. Hij werkt al sinds 1997 voor het bedrijf en heeft in die tijd heel wat gekke minkukels voorbij zien komen. ‘Het vreemdste wat ik heb gezien was een ei in een ei’, vertelt hij. ‘Die kip viel tijdens het leggen waarschijnlijk ergens tegenaan, waardoor het ei terugschoot in de kip en door een nieuw vlies werd omhuld.’ Ook bij de huidige lading zit weer een aantal rare creaties, zoals dubbeldooiers zo groot als een kleine handpalm. ‘De scholieren die hier komen werken, bakken hier wel eens een omelet van’, lacht Koebrugge. Uitkomst 7 Vanwege de hoge hygiënestandaard binnen het bedrijf mogen bezoekers de rest van de broederij enkel na een douche betreden. Hiervoor heeft Probroed & Sloot speciale douchehokjes ingericht, die toegang verschaffen tot de rest van het bedrijf. Elke medewerker en bezoeker moet aan de ene kant hun kleren achterlaten om zich aan de andere kant in een kek bedrijfspakje te hijsen. De Probroedmode blijkt zich te beperken tot wit en kuikengeel. Achter de douches houdt de loods op en begint de fabriek. Hallen gevuld met ronkende machines en lopende banden worden afgewisseld met ingewikkelde gangenstelsels, waar piepende containers volgepropt met gele diertjes doorheen worden gesjeesd. De eieren gaan achttien dagen in een tropisch broedlokaal, daarna volgt een machinale ‘schouw’. Hier wordt gekeken of de eieren bevrucht zijn of niet. Ieder uur zoeven tachtigduizend eieren door een huizenhoge constructie. De lichtere, kuikenloze exemplaren worden in een tank gekwakt om te dienen als grondstof voor onder andere veevoer. De rest verdwijnt in hokken met namen als ‘Uitkomst 7’, waar de kuikens drie dagen later het leven tegemoet pikken. De eieren zijn inmiddels overgeplaatst van de rekken naar kratten. Koebrugge: ‘Als je ze in het rek laat uitkomen, moet je de kuikens naderhand van de grond rapen. Dat wil je natuurlijk niet.’ Boffen of ploffen Het grootste gedeelte van de beestjes die uit hun schulp kruipen is een zogenaamd eendagskuiken. Deze blijven hooguit een enkele dag bij het bedrijf, daarna worden ze getransporteerd naar de plofkipstal. Eerst wacht echter nog een bikkelharde selectieprocedure in de sorteerruimte. In deze fabriekshal is het een lawaai van jewelste: hits van Jeroen van der Boom vermengd met machinaal gerommel en het gepiep van duizenden donzige diertjes. Een team van zes sorteerders heeft als taak de gezonde vleeskuikens te scheiden van de rest. Op het eerste gezicht zonder enige scrupules graaien ze in de voorbijschuivende kratten en smijten ze hun pluizige lading op een andere loopband. Misvormde, zieke, platgetrapte of nog niet helemaal uitgekomen kuikens die in de kratten blijven, worden op een andere manier plofkip. In de volgende ruimte slurpt een enorme stofzuiger ze op en al tollend worden ze naar een vacuüm tank geblazen. Door het drukverschil spatten de pechvogels uiteen. Een piep later resteert slechts een zielig hoopje bloed en veren. ‘Dat klinkt misschien wat cru’, geeft Koebrugge toe over deze weinig subtiele methode, ‘maar het is zo voorgeschreven en de diervriendelijkste manier. Als je ze bijvoorbeeld zou versnipperen, heb je wel eens dat een kuikentje nog tien seconden op de verhakselaar staat te stuiteren, terwijl ze al een pootje of vleugeltje kwijt zijn.’ Op internet circuleren verhalen over het structureel afmaken van alle haantjes, omdat die minder snel vlees zouden aankweken dan hennetjes. Dit verwijst Koebrugge naar het rijk der fabelen. ‘Alleen bij legkuikens worden de mannetjes afgemaakt. Bij ons gaat slechts 5 procent van de kuikens en eieren naar de afdeling destructie.’ Dat komt nog steeds neer op zo’n vijftienduizend stuks pluimvee en niet uitgekomen eieren per week. Hoewel de sorteerders geconcentreerd werken en in hoog tempo met gele beestjes gooien, blijkt er incidenteel een donsbal pech te hebben. Een op het oog gezond kuiken schuift langzaam richting zijn noodlot tot we een van de sorteerders vragen wat er mis is met dit exemplaar. ‘Oh, hier is inderdaad niks mis mee.’ Het vogeltje wordt bij zijn gezonde soortgenoten gegooid en een explosief einde bespaard. De kuikens die het eerste oordeel overleven vervolgen hun weg over de loopband. Eerst schuiven ze langzaam langs een definitieve controle door twee medewerkers, daarna worden ze door ijzeren schotten in drie rechte rijen geduwd. De diertjes vallen vervolgens op een snellere loopband die ze telt en als kanonsvogels in een krat keilt. Wanneer negentig angry birds op elkaar gepropt in een krat zitten, verplaatst deze zich over een soort achtbaan naar de volgende ruimte, waar ze weer in containers worden gezet en klaar zijn voor transport. Puur & Eerlijke kiloknallers Inmiddels is het twaalf uur geweest en tijd om te schaften. De medewerkers vormen een bont gezelschap: van dames die de kuikens sorteren tot scholieren die na schooltijd de machines schoonmaken. Sinds Wakker Dier gestart is met haar plofkipcampagne staat de kippenvleesindustrie onder druk. Voor Probroed & Sloot was dit echter geen reden om de deuren voor pottenkijkers te sluiten. Koebrugge: ‘Wij werken hier volgens de hoogste standaard van de Engelse supermarktketen Marks and Spencer. Zij controleren ons ieder jaar op onder andere welzijn.’ Hoewel het bedrijf tot de agrarische sector behoort, geeft Koebrugge toe dat hij zich niet echt boer kan noemen. ‘Alleen als je zo’n schattig kuikentje vast hebt merk je dat je wel degelijk met dieren aan het werk bent. Verder is het eigenlijk een fabriek.’ Dat lopendebandwerk is hard nodig, gezien de miljoenen kuikens die de vleesindustrie wekelijks vraagt. Dit zijn zowel toekomstige kiloknallers als AH Puur & Eerlijkfilets in spe. Probroed & Sloot is het enige bedrijf waar kuikens worden gebroed waarvan het vlees een Beter Leven-ster van de dierenbescherming krijgt. ‘De overheid wil toch voor betaalbaar vlees zorgen. Zolang de consument een prijskoper is, blijven het zulke massale aantallen.’ Toch levert Probroed & Sloot haar bijdrage aan het dierenwelzijn. ‘We moeten ook niet zien dat iemand tegen een kuiken aantrapt. Dan is het gelijk wegwezen.’ Kijk hier voor de overige artikelen uit de maart-ANS.

 

Lees meer