Haastige spoed...

De Universiteit Leiden heeft een bindend studieadvies (BSA) in het tweede jaar ingevoerd. Studenten kunnen nu na het behalen van de propedeuse alsnog van hun studie worden gestuurd. Wordt deze maatregel een duwtje of een steek in de rug van de student? Tekst: Gijs Hablous en Lisanne Meinen Illustratie: Rens van Vliet Wie dit jaar een studie is begonnen aan de Universiteit Leiden moet zich een jaar langer bewijzen dan studenten elders in Nederland. Sinds het begin van dit collegejaar experimenteert de onderwijsinstelling met een bindend studieadvies in het tweede studiejaar. ‘Het is in het belang van de student om sneller af te studeren’, stelt Caroline van Overbeeke, woordvoerder van de universiteit. ‘De maatregel houdt studenten in een actieve houding en voorkomt financiële moeilijkheden.’ Behalve de Universiteit Leiden maken ook het University College Amsterdam en de Gerrit Rietveld Academie gebruik van de mogelijkheid tot experimenteren die onderwijsminister Jet Bussemaker biedt. Nieuwe voltijdstudenten dienen in hun eerste jaar 45 studiepunten (EC) te behalen. Binnen twee jaar moeten de propedeuse en een totaal van 90 EC binnen zijn. De nieuwe regeling zal ongetwijfeld haar doel bereiken en voor een hoger rendement zorgen, maar moet dat wel het uiteindelijke doel zijn? Is het aan een universiteit om voor haar studenten te bepalen hoe zij hun studie inrichten? Verschoolsing of ontplooiing Een ideale universitaire student zou kritisch, zelfstandig, verantwoordelijk, breed geïnteresseerd en intrinsiek gemotiveerd moeten zijn. Een universiteit zou de ontwikkeling van deze eigenschappen moeten faciliteren. Met haar experiment lijkt Bussemaker deze zelfstandigheid en verantwoordelijkheid echter niet serieus te nemen. Van de huidige student kan worden verwacht dat deze goed in staat is voor zichzelf te beslissen wat van belang is: studietempo of studieresultaten, financiën of extra activiteiten. De ingevoerde maatregelen lijken voor een verschoolsing te zorgen die studenten als op een lopende band door hun studie voert. Volgens Van Overbeeke is hier geen sprake van. ‘Het doel is niet om studenten met dikke brillen en hun neus in de boeken door hun studententijd heen te jagen.’ De woord- voerder meent dat er genoeg tijd is om naast het behalen van de vereiste studiepunten een nevenfunctie te onderne- men, ervan uitgaande dat in het eerste jaar de propedeuse is behaald. De wisselwerking tussen studie en een bestuursfunctie is lastig. Vaak is er sprake van overlappende roosters met verplichte colleges en belangrijke vergaderingen. Mohammed Mohandis, PvdA-kamerlid en tijdens zijn studententijd fervent bestuurder, benadrukt het belang van extracurriculaire activiteiten voor een betere positie op de arbeidsmarkt. Onderzoek van de Landelijke Kamer van Verenigingen (LKvV) bevestigt dit: ‘Sollicitanten met dergelijke ervaring zijn zelfbewuster over hun capaciteiten. Op deze manier kan de werkgever een duidelijk beeld van de sollicitant vormen.’ Studentbestuurders die bang zijn in tijdsnood te komen door de ingevoerde maatregelen kunnen worden vrijgesteld van deelname aan het experiment. Het is echter onduidelijk voor welke activiteiten dit mogelijk is en wat de minimale tijdsinvestering moet zijn om in aanmerking te komen voor een dergelijke vrijstelling. Door deze onduidelijkheden kan de regel erg breed worden geïnterpreteerd. Volgens student Bestuurskunde Marc Hogenhuis, tevens lid van de Universiteitsraad van Leiden, is deze uitzonderingsregeling mede het gevolg van felle discussies in de raad. Hij zegt toe te zullen zien op correcte implementatie van het plan. Mohandis benadrukt dat het hier gaat om een experiment: ‘We moeten zorgen dat het geen glijdende schaal wordt, er moet een eindpunt zijn. Daarnaast wil ik een goede en objectieve evaluatie van het hele project zien, voordat al dan niet wordt besloten tot algehele invoering.’ Unieke studies Wanneer studenten na twee jaar een negatief studieadvies ontvangen, hebben zij het recht een vergelijkbare studie aan een andere onderwijsinstelling te starten. Dat is echter niet mogelijk wanneer zij een studie doen die aan geen enkele universiteit op dezelfde manier wordt aangeboden. Mohandis diende onlangs een motie in waarmee deze zogenaamde unica worden uitgesloten van deelname en de betreffende studenten worden beschermd tegen het experiment. Na een bezoekje aan de website van de Leidse universiteit blijkt echter dat niet alle unieke studies zijn uitgesloten, Islamstudies is volgens de site bijvoorbeeld ‘uniek in Nederland en West-Europa: nergens anders is het mogelijk om alle stromingen van de islam binnen één universitaire opleiding te bestuderen.’ Zo worden meer studies trots aangeprezen, bovendien hebben ze unieke registratienummers in het officiële register van opleidingen (CROHO). Volgens Van Overbeeke bestaan er voor studenten die niet aan de BSA-eis voldoen wel degelijk alternatieven en voldoet Leiden daarom aan de voorwaarden die Bussemaker stelt. ‘Als dit toch niet het geval is, respecteert de instelling de Tweede Kamer niet’, aldus Mohandis. Onze toekomst De Nijmeegse student hoeft voorlopig niet te vrezen voor de regeling. Hier geldt pas sinds september 2011 een BSA in het eerste jaar van de bachelor. Dat is voor de RU genoeg reden om voorlopig de resultaten nog even af te wachten. ‘De Radboud Universiteit heeft geen concrete plannen om het BSA in te voeren in het tweede en derde studiejaar’, zegt Martijn Gerritsen, woordvoerder van de RU. ‘We vinden het wel een interessant experiment en volgen de ontwikkelingen bij andere universiteiten.’ Een pure rendementsmaatregel als deze past niet in het beeld van de ideale universiteit. Als financiële en politieke drijfveren wegvallen, verdwijnen tevens de belangrijkste redenen voor de proef; idealistische argumenten zijn er nauwelijks. Voor de Leidse proefkonijnen is het misschien te laat, maar laten we voor de rest van de studenten hopen dat het bij een experiment blijft. Bekijk hier de overige artikelen uit de oktober-ANS.

 

Lees meer

Wetenschap, benut uw student

Don Poldermans, Diederik Stapel en recent Mart Bax, fraude is een terugkerend thema in de academische wereld. De controle schiet tekort. Kunnen studenten een steentje bijdragen bij het ontmantelen van valse onderzoeken?

Tekst:Mirte ten Broek en Cecile Vermaas
Illustratie:
Rens van Vliet

Nederland was net bijgekomen van het bedrog door Diederik Stapel, toen er een nieuwe fraudeur werd ontmaskerd. Mart Bax, emeritushoogleraar Antropologie aan de Vrije Universiteit (VU), heeft 64 van zijn publicaties verzonnen en gegeven gastcolleges aan prominente Amerikaanse universiteiten uit zijn duim gezogen. Onderzoek wordt door collega’s besproken en door tijdschriften bekeken, maar desondanks zijn enkele onbetrouwbare onderzoeken toch nog gepubliceerd. Tegenwoordig is de controle bij tijdschriften al een stuk verbeterd ten opzichte van twintig jaar geleden, maar wellicht kunnen studenten en promovendi een handje helpen in het proces van wetenschappelijke controle.

Studenten met rode pen
Natuurlijk gaan de meeste onderzoeken volgens het boekje of worden er slechts slordigheidsfouten gemaakt. Controle op grotere schaal kan deze kleine probleemgevallen verminderen en verhoogt de kans op het uitfilteren van de rotte appels. SpeurderPeter Pels, lid van de onderzoekscommissie die de fraude van Bax onderzocht, vindt het een risicovolle onderneming om studenten naar het werk van onderzoekers te laten kijken. ‘Het enige wat ik me nog kan voorstellen, is dat studenten bijvoorbeeld tijdens een methodologiecollege de voetnoten nalopen. Dat is ook een onderdeel van wat ik in de commissie heb gedaan.’ Een andere mogelijkheid is om studenten een vergelijking te laten maken tussen de primaire data en de resultaten die uiteindelijk in het artikel staan. Misschien is het een goed idee om studenten op een andere manier in te schakelen, namelijk wanneer een artikel op de tafel van de uitgeverij belandt. Studenten kunnen naast wetenschappers als peer reviewers door een tijdschriftredactie worden ingeschakeld om deze onderzoeken te controleren voordat ze worden gepubliceerd. Studenten controleren immers ook het werk van medestudenten dat in (studie)tijdschriften verschijnt. Dat kan naar een hoger plan worden getild.

Wetenschappers van de toekomst
Naast het nut voor de wetenschappelijke wereld, kan het inzetten van studenten ook voor henzelf van grote waarde zijn. Door in contact te komen met het werk van onderzoekers en de methodes die bij het controleren daarvan werkelijk worden gebruikt, worden studenten voorbereid op een wetenschappelijke carrière. Ze leren de regels van integriteit kennen en toepassen. Er is nog een andere manier om studenten dit bij te brengen. Ze zouden namelijk meer betrokken kunnen worden bij het onderzoeksproces zelf door over de schouder van de hoogleraar mee te kijken hoe goed onderzoek hoort te gaan. Evert van der Zweerde, hoogleraar Politieke Filosofie, beaamt dit. ‘Je komt dan uit bij masterstudenten die onderzoek doen. Ik denk dat je studenten daar best serieuzer kunt nemen dan nu gebeurt.’

Op goed vertrouwen
Promovendi staan nog dichter bij dit onderzoek dan masterstudenten. Zij zijn immers standaard betrokken bij het werk van hun promotor. Het zijn pupillen van Stapel zelf geweest die zijn onderzoek destijds in twijfel hebben getrokken. Toch zullen veel promovendi niet zo snel in hun voetsporen treden. Het is namelijk een gevaarlijke onderneming: ‘Promovendi zijn afhankelijk van hun promotor en lopen een enorm risico als blijkt dat hun aanklacht onterecht is. Je moet wel zeker zijn van je zaak’, aldus Van der Zweerde. Het aanstellen van een onafhankelijk vertrouwenspersoon, waar alle studenten terecht kunnen, is hiervoor een oplossing. Op de RU, evenals bij andere universiteiten, is al een vertrouwenspersoon voor wetenschappelijke integriteit aanwezig. Deze persoon werkt onafhankelijk en laat klokkenluiders anoniem blijven. Zo kunnen studenten ook zonder sluitend bewijs hun verdenkingen uiten, als die serieus zijn. Het is belangrijk dat studenten en promovendi van deze mogelijkheid gebruikmaken. Op deze manier kunnen ze zonder risico’s te lopen, meehelpen aan integere wetenschap.

Kritische wetenschap
Om het probleem echt op te lossen is meer nodig. Volgens Van der Zweerde is het creëren van een sfeer van ‘critical friends’ voor collega’s onder elkaar van belang. ‘Je moet nooit op de persoon spelen, maar wel zijn werk kunnen bekritiseren zonder dat iemand zich meteen beledigd voelt.’ In het rapport van de commissie Bax wordt dit ook benadrukt. Tevens moeten promovendi zonder problemen naar hun promotor kunnen stappen om commentaar te leveren. Dit is echter nog geen realiteit, dus om dubieuze onderzoeken te helpen voorkomen, kunnen studenten nu alvast worden ingezet. Zowel Pels als Van der Zweerde denken dat als iemand kwaad wil, diegene daar toch wel een weg voor vindt. Pels: ‘Ik denk wel dat wetenschappers die slordig zijn misschien nog een extra keer naar hun resultaten kijken, als bekend wordt dat bepaald onderzoek ook nog door studenten wordt gecheckt in het college.’ Voor een eventuele wetenschappelijke carrière en een goed besef van de waarde van integriteit in onderzoek, moeten studenten al vroeg in aanraking komen met het onderzoeksproces. Studenten zijn de toekomst van de wetenschap, neem hen serieus.

 

Lees meer