Voor een dubbeltje op de eerste rang

Wat als er aan het eind van je geld altijd nog een stuk maand overblijft? Een ANS-redacteur stak de portemonnee achter slot en grendel en probeerde een week lang royaal te leven van 10 euro. Tekst: Marit Willemsen Illustraties: Rens van Vliet Dit artikel verscheen eerder in de november-ANS ‘Kunt u iets kleins missen?’ Een dakloze man op straat kijkt vragend en steekt zijn hand uit. Deze week moeten smeekbedes, collectes, en dure kledingwinkels echter worden vermeden. Er zal bezuinigd worden en flink ook. Op de centen letten is niemands favoriete bezigheid. Desalniettemin moet menig student het aan het eind van de (stufi)maand bij wijze van spreken doen met oud brood en een bijna lege pot pindakaas. Dat moet toch beter kunnen. Hoe zorg je dat je met je laatste euro’s toch nog aangenaam kunt vertoeven? Ik nam de proef op de som en probeerde een week lang te leven van een minimaal bedrag. Het budget: 10 euro voor zeven dagen. Ervan uitgaande dat de studie en kamer al zijn betaald, moest deze som volstaan voor eten en leuke tijdsbesteding. Ik kreeg tips van een budgetcoach, struinde door de natuur om een kostje te verzamelen en leerde waar het goed toeven is in Nijmegen voor (bijna) nop. Plan je rot ‘Als ik vraag wat je vorige week hebt uitgegeven, weet je dat niet of wel?’ Budgetcoach Réne Koppelaar grijnst wanneer ik het antwoord inderdaad schuldig moet blijven. Als coach leert Koppelaar naar eigen zeggen ‘mensen om te gaan met wat ze hebben’, in dit geval dus een tientje. Veel vertrouwen in het plan heeft hij meteen al niet. ‘Dit is onrealistisch, je noemt een bedrag en je weet niet of het gaat werken’, aldus Koppelaar. Wil het experiment ook maar enige kans van slagen hebben, dan is goed plannen het devies. ‘Zoek eens op wat je per week uitgeeft. Dat kan een goede voorspeller voor volgende week zijn’, meent de coach. Wanneer ik mijn uitgaven onder de loep neem, liggen deze tot mijn schrik dichter bij 100 dan 10 euro per week. Mijn onbenul is niet heel uitzonderlijk, ruim 50 procent van de eerstejaarsstudenten heeft geen flauw idee wat ze per maand te besteden hebben, blijkt uit een peiling uitgevoerd door NJR het Bureau (het adviesbureau van de Nationale Jeugdraad) in opdracht van Stichting Weet Wat Je Besteedt (WWJB). ‘Niemand leert om te gaan met een budget’, meent Koppelaar. ‘Op veel scholen wordt bijvoorbeeld koken als vak gegeven, maar budgetteren krijgt vreemd genoeg geen aandacht.’ Aan de start van het experiment doe ik op aanraden van Koppelaar boodschappen voor de hele week bij de Aldi en de Albert Heijn. Met wekelijkse of – nog beter – maandelijkse geplande trips naar de supermarkt spaar je immers flink wat uit. Op aanraden van Koppelaar zit er alleen een tientje contant geld in mijn portemonnee, zo zie je de euro’s letterlijk door je vingers glippen. Het noodzakelijke en goedkoopste gaat in de mand: brood, yoghurt, eieren en een grote zak spekjes en tomaten voor een simpel pastagerecht, de rest schraap ik uit hoekjes van mijn voorraadkast. De hele week zal alleen eten taboe zijn, samen dineren levert immers schaalvoordelen op. Ook worden de ouderwets goedkope recepten als pannenkoeken en uiensoep uit de kast getrokken, deze bevatten het minimale aan ingrediënten die zelfs in de meeste studentenkeukens te vinden zijn. zwart witPuur natuur ‘Het is een goed jaar, vorig seizoen lag er veel minder.’ Natuurkundestudent Mattias Terpstra raapt uitgelaten nog wat kastanjes van de grond. Het bos van Beek-Ubbergen is een kwartiertje fietsen van het centrum van Nijmegen, en blijkt een rijke bron van voedsel voor de arme student. Eten is een grote kostenpost, ongeveer vier euro van het budget heb ik al besteed aan de boodschappen. Op dag twee wordt het daarom tijd voor een alternatieve voedselkeus. Terpstra kookt al langer met producten die groeien in een bos, de tuin of zelfs langs de berm en hij bakt bijvoorbeeld zijn eigen brood. Opvallend genoeg zijn we niet de enigen in het bos in verzamelmodus. Een hele cultuur van wildplukken blijkt te bestaan en op wildplukwijzer.nl is te lezen dat je in heel Nijmegen en zelfs rondom de universiteit - afhankelijk van het seizoen - kastanjes, beukennootjes, bramen en af en toe appels kunt vinden, gratis en voor niks. Enige kennis over planten – online verkrijgbaar – blijkt wel vereist, zo kun je van paddestoelen beter afblijven. ‘Je moet alleen de tamme kastanjes rapen, de wilde zijn heel giftig’, leert Terpstra me. De kunst van het bewaren ‘Studenten kunnen nog het meest besparen op wat ze weggooien’, vertelt Terpstra terwijl hij bij hem thuis een vulling van kastanjes, champignons en monchou in een bakblik met bladerdeeg giet. ‘Als je twintig procent weggooit, betaal je dit eigenlijk extra.’ Zelf bewaart hij alles, zelfs groenten en fruit door het in te maken of te fermenteren. ‘Dit doet tegenwoordig bijna niemand meer, zo zonde’, aldus de natuurkundestudent. Fermenteren blijkt niets meer dan je oude wortelen in een pot met water en zout stoppen, wat het na een tijd een zurig ‘augurkgehalte’ geeft. Het smaakt helemaal niet verkeerd. Ook de kastanjes zijn boven verwachting goed. Ik krijg een paddestoelen-kastanjetaart, zelfgebakken brood met auberginedip en een toetje van kastanjemousse voorgeschoteld voor slechts 1,50 euro per persoon. Het is verbazingwekkend hoe simpel natuur-voedsel eigenlijk te bereiden is. Een halve ochtend rapen levert bovendien genoeg kastanjes op om de hele winter mee door te komen. Eenmaal thuis zet ik smakelijke thee van zelfgeplukt bramenblad, dat scheelt toch weer een paar cent. Uit eten en alcohol Hoewel bedrieglijk eenvoudig en goedkoop, kost het verzamelen van je voedsel wel een hoop tijd. Niet iedereen wil op zijn knieën in het bos zitten op zoek naar noten. De combinatie van goedkoop, makkelijk en bovendien ook leuk moet toch ook ergens te vinden zijn? Elke tweede en vierde donderdag van de maand luncht homojongerenorganisatie Dito in de studentenkerk. De meegebrachte excuushomo blijkt niet eens nodig, iedereen is welkom. Voorwaarde is wel dat je samen luncht en een gezellig praatje aanknoopt, maar dat is helemaal niet erg. De studentenkerk is sowieso een goed alternatief voor de peperdure reftermaaltijd, voor 2,50 euro en een beetje afwassen werk je in groepsverband een gezonde avondmaaltijd naar binnen. Voor wie liever alleen eet biedt de HEMA in de stad voor dezelfde prijs een lekkere prak. Naast een snelle maaltijd is een studentenweek niet compleet zonder een avond waarin flink wordt gezopen. Een krat pils zit er echter niet in voor het resterende geld. Terpstra blijkt de redder in nood. ‘Zelf alcohol maken is ongelooflijk makkelijk’, vertelt hij tot grote vreugde over de telefoon. Met slechts Aldi-appelsap van 80 cent en wat gist blijk je anderhalve liter cider te kunnen produceren. Bij Terpstra thuis is het spul prima weg te drinken. Wanneer ik trots het zelfgebrouwen goedje meeneem naar vrienden, steekt het toch wat schraal af tegenover de luxe blikken Hertog-Jan die op tafel worden gezet. De cider is overigens niet zo goed gelukt als die van Terpstra en daarnaast is dronken worden een onmogelijke opgave – een glas bevat slechts een paar procent alcohol. kleurRobin Hood Het wordt halverwege de week pijnlijk duidelijk dat ik het weekend met mijn overige centen niet ga halen. Ik bezoek het soepcafé in De Klinker. De rij voor het café is enorm en niet voor niets. Linkse rakkers, krakers en een enkele zwerver, maar ook studenten verzamelen zich hier elke woensdag om zich te goed te doen aan veganistische soep, brood en salade voor een vrijwillige bijdrage. Ik ben slechts vijftig cent armer wanneer ik met een kop aanschuif bij een van de tafels. Naast de soep en goedkope drankjes wordt er een spelletjesavond georganiseerd, iedereen neemt lekker goedkoop zijn eigen spellen mee. Tijdens het eten vertelt een ex-filosofiestudent die zijn naam liever niet prijsgeeft, over zijn manier om aan gratis levensmiddelen te komen: dumpster diving of skippen ofwel het leeggraaien van containers met weggegooid voedsel en non -foodproducten bij supermarkten. Producten zoals speciaalbier of brood zijn ook na hun houdbaarheidsdatum nog prima te eten, maar moeten toch uit de schappen worden gehaald. ‘Laatst heb ik nog voor een halfjaar aan brood geskipt’, vertelt hij. De anonieme skipper leefde een jaar lang op straat en in de krakerswereld. ‘Zo leer je snel creatief te denken als het op geld aankomt.’ Het lijkt alsof ik de oplossing voor mijn prangende geldprobleem heb gevonden, maar erg legaal is het niet. ‘Hoewel het stelen is, vind ik het moreel wel juist’, meent de dumpster diver. ‘Eigenlijk ben ik een soort Robin Hood.’ Hij wil over de details niet veel kwijt en ik mag niet mee op strooptocht. Toch geeft ‘Meneer Hood’ me wat tips mee: ‘Denk buiten je geld om en gooi wat kapot is niet meteen weg. Heb je een nieuwe ketting nodig voor op je fiets? Kijk eens achter het pand van de fietsenmaker, misschien ligt er nog wel wat.’ Falen bij de finish Ondanks de goede voornemens gaat het op vrijdag mis. Het constant opletten op uitgaven en tellen van euro’s begint behoorlijk op de zenuwen te werken. Na een paar getrakteerde biertjes op een lege maag reken ik voordat ik het weet in de supermarkt wijn en kaas af. Niet zo heel gek, vindt Bill Burke, assistent professor Ontwikkelingspsychologie aan de Radboud Universiteit. ‘De motivatie voor de bezuinigingen ontbreekt in je “experiment” totaal, net zoals het bij veel studenten ontbreekt. Zelfs al...
Lees meer