Enerzijds Anderzijds

De stelling van deze maand: De RU moet een cultuurcentrum op de campus realiseren Tekst: Eveline Knapen en Anne van Veen

Dit artikel verscheen eerder in de maart-ANS

In hoeverre moeten nevenactiviteiten op de campus worden gestimuleerd en wat is de rol van de universiteit hierin? De Radboud Universiteit zorgt er nu voor dat de sportverenigingen ruimte krijgen in het sportcentrum. Hebben culturele verenigingen ook recht op zo’n complex? Op initiatief van CHECK, de koepelorganisatie voor maatschappelijke en culturele verenigingen, werd samen met de Universitaire Studentenraad vorig jaar de werkgroep Hart voor Cultuur in het leven geroepen. Deze werkgroep buigt zich over de mogelijkheden voor een cultuurcentrum op de Nijmeegse campus. Dit zou een plek moeten worden waar studenten elkaar kunnen ontmoeten voor culturele activiteiten, zoals repeteren en workshops volgen. Rector magnificus Theo Engelen is een voorstander van het project omdat hij meent dat culturele bagage een onderdeel is van een academische opleiding. Tegenstanders vinden echter dat het niet de taak van de universiteit is om hierin te voorzien. Moet de universiteit een cultuurcentrum bewerkstelligen of is het een overbodige luxe?

Rosan Koolen, politiek commissaris bij CHECK ‘Ik vind dat er een cultuurcentrum op de campus moet komen. De universiteit kent veel culturele studentenverenigingen, waarvan de meeste een keer in de week de mogelijkheid krijgen om te repeteren. Deze repetities vinden vaak plaats in buurthuizen in Hatert of Dukenburg en zijn afhankelijk van de geplande activiteiten en vakantiedagen van deze wijkcentra. De organisaties hebben hierdoor niet altijd de faciliteiten om te doen wat ze graag willen doen. ‘Het gros van de studenten kent de grote culturele organisaties op de campus wel. Iedereen komt bijvoorbeeld wel eens in het Cultuurcafé, maar stiekem gebeurt er nog meer. Velen hebben hier echter geen weet van, omdat de activiteiten niet zichtbaar zijn. Met een opvallende ontmoetingsplaats voor culturele verenigingen, wordt de drempel om deel te nemen lager. Een cultuurcentrum kan van Nijmegen een nog mooiere en meer bruisende studentenstad maken. Het is zonde als aankomende studenten een andere stad boven Nijmegen verkiezen, omdat ze denken dat de Radboud Universiteit op het gebied van cultuur minder te bieden heeft.’ ‘Natuurlijk kunnen studenten van cultuur genieten of hieraan deelnemen door naar LUX of Doornroosje te gaan. Studenten hebben echter vaak een andere agenda en geven daarom de voorkeur aan activiteiten dichtbij de universiteit. Dit is te vergelijken met sportverenigingen. Zo heeft Nijmegen een eigen hockeyclub, maar hockeyen de meeste studenten toch bij de studentenvereniging Apeliotes. ‘De universiteit is in de eerste plaats een onderwijsinstelling, maar je komt hier ook om je academisch te ontwikkelen. Hiervoor is meer nodig dan alleen onderwijs. Nevenactiviteiten, zoals een bestuursjaar, worden niet voor niks gestimuleerd. Ook kunst en cultuur, zowel het beoefenen als het consumeren hiervan, leveren een bijdrage aan je academische vorming. Iedereen weet dat studeren meer is dan alleen in de boeken zitten. In dat geval kun je je net zo goed inschrijven bij de LOI en krijg je studiewerk thuis gestuurd.’

Caspar Safarlou, lid van de JOVD en regiocoördinator bij studentenpartij de Vrije Student ‘Ik ben tegen de bouw van een cultuurcentrum op de campus. Ruimtegebrek voor de culturele verenigingen zou een aanleiding zijn om een dergelijke plek te verwezenlijken. In plaats van het creëren van een nieuw centrum moet eerst worden gekeken naar de ruimten op de universiteit die ’s avonds niet in gebruik zijn, zoals het Collegezalencomplex. Kunnen de verenigingen daar geen gebruik van maken? Het is onnodig om een nieuw centrum te realiseren, terwijl er op de campus mogelijkerwijs al genoeg plekken zijn voor culturele organisaties om elkaar te ontmoeten. ‘Een cultuurcentrum wordt vaak vergeleken met het huidige sportcomplex, omdat het beide plekken zijn waar verenigingen bij elkaar komen. Zowel sport als cultuur bieden geen meerwaarde voor de academische vorming. Academische ontwikkeling betekent dat je kennis en kunde meekrijgt over je eigen vakgebied en dat je het vermogen hebt om zelf op onderzoek uit te gaan. Cultuur, maar ook sport, komen hier totaal niet in voor. Deze activiteiten hebben alleen te maken met ontspanning. Daarnaast zijn deze nevenactiviteiten helemaal niet vergelijkbaar. Bij sport speelt er een gezondheidscomponent mee, wat pleit voor een toepasselijk complex. Het gezondheidsaspect mist bij cultuur, waardoor het realiseren van een cultuurcentrum niet de taak van de universiteit is. ‘Het cultuurcentrum is een rookgordijn. De universiteit wil dat studenten veel gebruik maken van de campus en blijven hangen na hun colleges. Dat is een van de argumenten voor het realiseren van een cultuurcentrum. Nu wordt er top-down gekeken naar de mogelijkheden voor een nieuw complex en naar de wensen van de belangenorganisatie CHECK. In plaats daarvan zou er een onderzoek moeten komen naar wat studenten daadwerkelijk op de campus houdt. Het zou me niet verbazen als een loungecentrum met bijvoorbeeld hoekbanken, spelcomputers en bedden voor een middagdutje meer bij zou dragen aan de binding dan een atelier voor beeldende kunst.’

Klik hier voor de overige artikelen uit de maart-ANS.