Het issue: Veto tegen verandering

In deze rubriek staat iedere maand een ander issue centraal, waarover de meningen sterk zijn verdeeld. Deze maand: veto in de Veiligheidsraad

Tekst: Jasmijn Lobik en Inge Widdershoven Illustratie: TLG

Terwijl de kruitdampen van de Tweede Wereldoorlog optrekken, wordt in Moskou een organisatie op touw gezet die voor altijd de vrede moet bewaren. De vijf machtigste landen krijgen een vooraanstaande positie in de Veiligheidsraad: een uitvoerend orgaan binnen de Verenigde Naties (VN) met als hoofdtaak het beheersen van internationale conflicten. Deze raad bestaat sindsdien uit vertegenwoordigers van vijftien landen, waarvan China, Rusland, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk permanent zitting nemen. Deze prominente leden ontvangen tevens het vetorecht, waarmee zij besluiten kunnen blokkeren. Dit recht vertraagde in het verleden meermaals internationaal ingrijpen in schrijnende situaties als Rwanda en Srebrenica. Door het vetorecht en de permanente zitting hebben de destijds gekozen permanente leden altijd het laatste woord bij kwesties over internationale vrede en veiligheid. De wereld is echter niet meer zoals ze zeven decennia geleden was. Opkomende wereldmachten als Brazilië en India hebben een ongelijke positie en het vetorecht is meer dan ooit een manier geworden om eigen voorkeuren door te voeren. Zo gebruikten Rusland en China afgelopen februari hun vetorecht om de resolutie over de interventie in Syrië te dwarsbomen, een besluit dat internationaal sterk is bekritiseerd. Strookt het vetorecht van de permanente leden in de Veiligheidsraad wel met de huidige politieke machtsverhoudingen en is het doel om internationale vrede en veiligheid te behouden op deze manier nog haalbaar?

DE STELLING VAN DEZE MAAND: HET VETORECHT VAN DE VIJF PERMANENTE LEDEN IN DE VEILIGHEIDSRAAD MOET WORDEN AFGESCHAFT

Bertjan Verbeek, hoogleraar internationale Betrekkingen aan de RU ‘Met de herverdeling van de permanente plaatsen en het reduceren van het aantal vetohouders zouden de huidige, oneerlijke machtsverhoudingen binnen de Veiligheidsraad kunnen worden opgelost. Alleen Rusland, China en de VS mogen nog in het bezit zijn van het vetorecht. De Verenigde Naties boeten al jaren aan gezag in omdat sommige middelgrote landen menen dat hun visie op internationale kwesties niet structureel doorklinkt in de Veiligheidsraad. Dit probleem kan worden opgelost door landen te verplichten hun keuze voor het veto te motiveren in termen van hun vitale belangen. Op deze manier is een tegenstem alleen gerechtvaardigd wanneer het de internationale gemeenschap als geheel ten goede komt en niet slechts dat land. ‘Meer permanente leden zonder vetorecht toelaten tot de Veiligheidsraad biedt ook soelaas voor de huidige scheve verdelingen. Het permanente lidmaatschap wordt dan verdeeld tussen de continenten en toegewezen op grond van bepaalde criteria waardoor de belangrijkste landen onderscheiden worden van de rest. Dit kan door een classificatie op basis van economisch mondiaal aandeel, Bruto Nationaal Product en bevolkingsomvang. Ook het bezit van het vetorecht zou aan dergelijke criteria moeten worden gekoppeld. ‘Door voorwaarden te stellen aan permanente zitting in de Veiligheidsraad zullen enkel grootmachten of opkomende naties de touwtjes in handen hebben. ‘

Ko Colijn, directeur van instituut Clingendael, het Nederlands instituut voor internationale relaties ‘Ik ben tegen het afschaffen van het vetorecht, in de eerste plaats omdat het redelijk is dat er hiërarchie tussen landen bestaat. Neem nu de Verenigde Staten en Tuvalu, het verschil in rang tussen groot en klein mag best tot uitdrukking komen. In de tweede plaats is het in de arena van de internationale politiek onmogelijk iedereen tevreden te stellen, maar zonder de medewerking van belangrijke landen bereik je helemaal niets. ‘Het huidige stelsel dwingt ook tot knopen doorhakken. Door het vetorecht worden staten gedwongen dezelfde richting te kiezen op het gebied van ordehandhaving. Hiermee wordt het risico op escalerende conflicten kleiner dan wanneer alle landen zelfstandig ingrijpen. ‘Een nadeel is dat de huidige verdeling van het veto opkomende grootmachten, zoals India en Brazilië, tekort doet en het Duitsland en Japan niet op gelijke voet met Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk plaatst. Een continent als Afrika wordt bovendien compleet aan de kant geschoven. ‘Mijn oplossing is dat het aantal vetohouders wordt uitgebreid met de huidige machtige landen. Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk moeten hun stem inleveren zodat het veto toekomt aan de Europese Unie als geheel. Het vetorecht moet dus niet de deur uit, de verdeling moet op de schop.’

Uri Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken ‘Het vetorecht is onderdeel van de spelregels van de Verenigde Naties, zoals afgesproken na de Tweede Wereldoorlog. De grootmachten van toen streefden naar collectieve besluitvorming binnen een mondiale organisatie. Zij wilden tegelijkertijd hun essentiële belangen verzekeren. Dit leidde tot het systeem dat we nu kennen: vijf permanente leden met vetorecht, namelijk China, Frankrijk, de Russische Federatie, Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. ‘Nederland beziet het vetorecht in de bredere context van hervorming van de Veiligheidsraad. Wij zijn voorstander van een Veiligheidsraad die qua samenstelling recht doet aan de mondiale verhoudingen van de eenentwintigste eeuw. ‘Nederland voelt mee met landen die de ambitie hebben uitgesproken om permanent lid te worden. ‘Volledige afschaffing van het vetorecht is op dit moment, internationaal politiek gezien, simpelweg niet mogelijk. De permanente leden zullen hun voorrecht niet opgeven. Daarom bepleiten Nederland en andere landen dat de permanente leden hun veto beperkt gebruiken. ‘Indien hervorming van de Veiligheidsraad leidt tot nieuwe permanente leden, moeten deze volgens Nederland geen vetorecht toegekend krijgen.’

Arjan El Fassed, Tweede Kamerlid GroenLinks ‘Het vetorecht blokkeert niet alleen de besluitvaardigheid in de Veiligheidsraad maar ook de interne hervormingen. Daarnaast vertraagt het besluiten over VN-mandaten bij interventies. Om dit in de toekomst te voorkomen moeten de redenaties voor het veto transparanter worden waardoor het controleerbaar wordt. ‘Ik zou ook graag zien dat het concept bescherming van burgers en het voorkomen van ernstige schendingen van mensenrechten, samen the responsibility to protect, goed wordt uitgewerkt. Bijvoorbeeld met nog niet bestaande instrumenten waarmee de Veiligheidsraad in een vroeg stadium actief kan worden in situaties als in Syrië. Niet alleen Syrië is de dupe geworden van het slechte besluitvormingsproces, ook in de kwesties Darfur, Birma, het Israëlisch-Palestijns conflict en de apartheid in Zuid-Afrika heeft het vetorecht belemmerend gewerkt. ‘Alleen het vetorecht afschaffen is niet voldoende, ook de samenstelling van de Veiligheidsraad en haar permanente leden is toe aan verandering. Het permanent lidmaatschap moet worden uitgebreid, zodat de representativiteit wordt bevorderd. Nederland moet zich hard maken voor één Europese zetel in de Veiligheidsraad. Momenteel zit het debat op VN-niveau muurvast. Als de EU het voortouw neemt en besluit om de zetels van het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk om te vormen tot één zetel wordt het duidelijk dat Europa in ieder geval bereid is een start te maken met hervormingen.’

KADERTJE - Een permanent lid dat een bepaald besluit niet steunt, maar het anderzijds niet wil tegenhouden met een veto, kan zich onthouden van stemming waardoor resoluties alsnog kunnen doorgaan. - De laatste keer dat Nederland in de Veiligheidsraad plaatsnam, was in de periode 1999-2000. Peter van Walsum was de vertegenwoordiger. - Een werkgroep van de VN buigt zich al negentien jaar over een mogelijke hervorming van de Veiligheidsraad, onder meer met betrekking tot rechtvaardigere vertegenwoordiging en een uitbreiding van het aantal (permanente) leden.

Kijk hier voor de andere artikelen uit de mei-ANS