Het issue: Basisloze bachelor

In deze rubriek staat iedere maand een ander issue centraal, waarover de meningen sterk zijn verdeeld. Deze maand: studiefinanciering op de schop

Tekst: Jip Mennen en Adrianne Tuk Illustratie: Erik Molkenboer

‘Studeren is leuk en vormend, maar het kost erg veel geld en in tijd van financiële krapte wordt van studenten ook een bijdrage gevraagd’, aldus staatssecretaris Halbe Zijlstra van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). In zijn veelbesproken wetsvoorstel ‘Studeren is investeren’ bepleit hij onder meer het afschaffen van de basisbeurs in de masterfase. Hoewel dat plan bij studenten en diverse politieke partijen op heftige weerstand stuit, zal het voorstel zo goed als zeker worden aangenomen door de Staten-Generaal. De basisbeurs werd in 1986 ingevoerd, maar al snel bleek dat dit systeem van studiefinanciering te duur was. In 1996 voltrok zich een eerste bezuiniging op de subsidie toen het recht op de beurs van vijf naar vier jaar ging. In 2007 pleitte Ronald Plasterk, toenmalig minister van OCW, al voor het afschaffen van de basisbeurs in de gehele studiefase om de begroting voor het hoger onderwijs sluitend te krijgen. De kans is groot dat het hoger onderwijs nogmaals de dupe wordt van een nieuwe, zware bezuinigingsronde. Diverse kranten meldden in december 2011 dat ambtenaren op de ministeries van Financiën en OCW werken aan een plan om de basisbeurs af te schaffen in de gehele studiefase. Is het schrappen van de basisbeurs een juiste oplossing of betekent het de doodsteek voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs?

DE STELLING VAN DEZE MAAND: DE BASISBEURS IN DE BACHELORFASE MOET WORDEN AFGESCHAFT.

Tanja Jadnanansing, Tweede Kamerlid en woordvoerder hoger onderwijs voor de PvdA ‘De PvdA is voorstander van het afschaffen van de basisbeurs in de gehele studie. Het geld moet ergens vandaan komen, overal moet worden bezuinigd. Wat er nu echter in het hoger onderwijs aan maatregelen ligt, is het resultaat van een waterig compromis tussen de VVD en het CDA, omdat zij het niet eens werden over een sociaal leenstelsel. Het is een opeenstapeling van bezuinigingen zonder visie. ‘Wij willen de langstudeerboete en basisbeurs afschaffen en pleiten voor een sociaal leenstelsel. De invoering van zo’n nieuw systeem mag geen bezuiniging op de kwaliteit van het onderwijs worden en moet absoluut sociaal zijn. Het bedrag dat studenten lenen tijdens hun studie betalen zij naar draagkracht terug als ze een baan hebben. Dit leenstelsel biedt een betere rente en langere terugbetaaltermijnen voor een studielening. ‘De voorwaarde van de invoering van zo’n systeem is dat het nooit ten koste mag gaan van de toegankelijkheid van het onderwijs. Ik verwacht niet dat studenten die willen gaan studeren zich laten beperken door een dergelijk sociaal leenstelsel. De toegankelijkheid wordt niet aangetast, studenten moeten alleen veel meer lenen dan nu. Wij vinden het eerlijk en rechtvaardig dat studenten zelf investeren in hun studie.’

Pascal ten Have, voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond ‘Nederland baseert haar economie op handel en kennis. Dat is het enige dat wij hebben, er zijn geen alternatieven. Als je dan gaat bezuinigen op een van die twee pilaren ben je erg dom bezig. Je haalt het fundament van de economie weg. Dat is niet alleen een probleem van de studenten, maar van de gehele maatschappij. ‘Tussen de 12 en 40 procent van de Nederlanders gaat niet of minder studeren als de beurs wordt afgeschaft. Een gevolg is dat mensen zich niet volledig kunnen ontplooien. Daarnaast kun je iemand van 17 jaar niet vragen zulke grote leningen aan te gaan. Het is al een hele verantwoordelijkheid om een goede studiekeuze te maken. Als daar dan ook nog een prijskaartje van tienduizenden euro’s aan wordt gehangen, wordt die keuze te zwaar voor iemand van die leeftijd. ‘Het hele systeem van studiefinanciering moet worden herzien, waarbij het Scandinavisch model als voorbeeld moet dienen. In Zweden bestaat geen collegegeld, maar betaal je zodra je werkt een paar procent extra belasting. Op die manier draagt de student indirect bij aan zijn opleiding zonder een schuld op te bouwen. Het is een veel gezonder stelsel dan het systeem dat we hier hebben.’

Jasper van Dijk, Tweede Kamerlid en woordvoerder hoger onderwijs voor de SP ‘Het is buitengewoon onverstandig om studenten de basisbeurs te ontnemen. Die beurs is bedoeld om studeren voor iedereen toegankelijk te maken. Wanneer deze wordt afgeschaft, werpt dat een hoge drempel op om te starten met een studie en zal een grote groep studenten uit gezinnen met lage inkomens afzien van een hogere opleiding. Het gevolg is dat Nederland minder hoogopgeleide mensen zal voortbrengen, waardoor de internationale concurrentiepositie en de kenniseconomie verslechtert. Daarnaast zullen de inkomsten voor de overheid teruglopen. Hoger opgeleiden hebben een hoger inkomen en leveren de overheid meer op. Als mensen een lagere opleiding genieten verdienen ze minder, wat weer leidt tot minder belastinginkomsten. ‘De economische crisis is veroorzaakt door de schulden die we gezamenlijk hebben gemaakt. Met het sociaal leenstelsel dat Zijlstra nu voorstelt worden studenten geconfronteerd met enorme schulden, terwijl die juist moeten worden vermeden. Een te hoge lening zal moeilijkheden veroorzaken in de toekomst. Banken verstrekken op dit moment immers al nauwelijks hypotheken aan afgestudeerden met een te hoge studieschuld. In de praktijk is het sociaal leenstelsel een asociaal schuldenstelsel.’

Boris van der Ham, Tweede Kamerlid en woordvoerder hoger onderwijs voor D66 ‘Het afschaffen van de basisbeurs in de bachelorfase is voor D66 bespreekbaar, maar dan wel tegen bepaalde voorwaarden. Het kabinet stapelt nu maatregel op maatregel zonder daar grote investeringen tegenover te stellen. Wij willen geen langstudeerboete of instellingscollegegeld voor een tweede studie, maar zijn wel voor een sociaal leenstelsel. Het geld dat het schrappen van de basisbeurs oplevert kan dan worden herinvesteerd in docenten, wetenschappelijk onderzoek en betere begeleiding van studenten. Wanneer het onderwijs van hogere kwaliteit is kun je als overheid meer geld vragen van studenten. ‘Een voordeel van een sociaal leenstelsel is dat studenten een doordachte studiekeuze maken. Ze doen dit nu niet omdat studeren toch bijna gratis is dankzij de tegemoetkomingen van de overheid. Wanneer ze zelf financieel verantwoordelijk zijn voor hun studie, zijn ze zich bewuster van de studiekosten. ‘Tegenstanders van een dergelijk leenstelsel beweren dat het ten koste gaat van de kenniseconomie. Dat argument klopt niet. Nederland is een van de weinige landen die een studiefinancieringsstelsel kent, terwijl er landen zijn met een betere kenniseconomie zonder studiefinanciering zoals wij die in Nederland kennen.’

Arrie Vis, voorzitter van het CDJA ‘Het is belangrijk dat studenten onbelemmerd aan een studie beginnen. De overheid moet een volledige eerste opleiding faciliteren, want het is haar plicht om mensen een goede start op de arbeidsmarkt te geven. Als je de basisbeurs afschaft en studenten dus dwingt om te gaan lenen, maken zij juist een valse start op die markt. ‘Een voordeel van afschaffing is dat het veel geld oplevert. Politieke partijen zeggen dat dit bedrag wordt herinvesteerd in het hoger onderwijs. In werkelijkheid gebeurt dit echter niet en betekent het een verschraling. ‘Het is niet eerlijk om voortdurend maatregelen te blijven doorvoeren bij dezelfde groep. Nu worden meermaals de voorwaarden voor studenten veranderd. Ik accepteer verdere bezuinigingen op het hoger onderwijs alleen als de AOW-leeftijd direct wordt verhoogd. ‘Studies zouden in drie categorieën moeten worden ingedeeld, met elk een apart collegegeldtarief. Studenten van een bètastudie of andere opleiding waarbij we een tekort verwachten op de arbeidsmarkt, betalen het laagste tarief. Alfastudenten betalen het reguliere collegegeld en voor studies waarbij een kleine baankans bestaat geldt een verhoogd tarief, aangezien die de maatschappij veel kosten. Deze studies zijn dan geen pretstudies meer en worden onaantrekkelijker. Studenten die wel tot zo’n studie besluiten, kiezen daar bewust voor.’

Jojanneke Vanderveen, voorzitter van DWARS ‘Iedereen zou ongeacht zijn afkomst en het loon van de ouders moeten kunnen studeren zonder daar grote schulden mee op te bouwen. Wanneer de basisbeurs wordt afgeschaft bevorder je de ongelijkheid tussen studenten omdat degenen zonder rijke ouders minder mogelijkheden hebben om een hoger opleidingsniveau te bereiken. Spreken van een “sociaal” leenstelsel is dus misleidend. ‘Ik ben een groot voorstander van het studieloon. De student krijgt een maandinkomen dat na afloop van de studie via een bepaald percentage bovenop de belasting naar draagkracht terug moet worden betaald. Zo dragen studenten bij aan het studieloon van een nieuwe generatie. Het is geen leenstelsel waarbij een grote psychologische drempel wordt opgeworpen voor studenten. Er zijn wel parallellen tussen deze twee systemen. Beide maken gebruik van het idee dat je, wanneer je rendement hebt van je studie, een bijdrage terug levert. ‘Ik ben realistisch genoeg om in te zien dat er hervormd moet worden om te zorgen dat het systeem van studiefinanciering houdbaar blijft. Het volledig afschaffen van een financiering voor studenten is echter een slechte zaak, zeker als daar niets goeds voor in de plaats komt, zoals een zogenaamd sociaal leenstelsel.’

Esther Ouwehand, Tweede Kamerlid en woordvoerder hoger onderwijs voor de Partij voor de Dieren ‘De Partij voor de Dieren is al faliekant tegen afschaffing van de basisbeurs in de masterfase en wanneer de basisbeurs in de bachelorfase wordt geschrapt zullen veel studenten niet eens meer beginnen aan een studie. Het gevaar bestaat dat studies zullen worden gekozen op hun verwachte arbeidsperspectief en salaris in plaats van de wetenschappelijke waarde. ‘Wanneer studenten geen beurs meer ontvangen worden ze afhankelijk van anderen, zoals hun ouders. Een lening zorgt er bovendien voor dat studenten met een aanzienlijke schuld aan hun loopbaan beginnen. ‘Naast de studenten wordt ook de kenniseconomie slachtoffer. Bezuinigen daarop is het domste dat we op dit moment kunnen doen. Nederland zal ver dalen op de ranglijst van landen met goed georganiseerd en toegankelijk hoger onderwijs. ‘Er moeten geen ondoordachte wijzigingen worden doorgevoerd binnen het systeem van studiefinanciering. Wij vinden bezuinigen op het hoger onderwijs een dwaas plan, het is het slachten van de kip met de gouden eieren.’

Kader: - Tot 1986 ontvingen ouders van studerende kinderen een toeslag op hun kinderbijslag. De basisbeurs werd geïntroduceerd zodat studenten hun studie konden bekostigen zonder een beroep te hoeven doen op hun ouders. - In 2011 kregen ongeveer 450.000 bachelorstudenten een basisbeurs. Thuiswonenden ontvingen 1147 euro per jaar, uitwonende studenten kregen 3195 euro. - Het Nationaal Instituut voor Budgedvoorlichting (NIBUD) berekende dat een Nederlandse student met een basisbeurs en een bijbaan van 5000 euro per jaar er in 2012 18 euro per maand op achteruit gaat. Dat is een koopkrachtdaling van 2,4 procent. - Het afschaffen van de basisbeurs in de bachelorfase levert de overheid naar verwachting 800 miljoen euro op in 2020.

Kijk hier voor de andere artikelen uit de april-ANS