AIVD ronselt studenten

Vertrouw jij je vrienden nog wel? Misschien zijn ze wel informant van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD). De geheime dienst ronselt namelijk studenten om informant te spelen, blijkt uit onderzoek van het AD. De studenten werden benaderd door een ambtenaar van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en kregen onder andere vragen over studentenprotesten en een Utrechtse studentenvereniging. De Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) vindt dit buitenproportioneel en wat de SP betreft moet het worden verboden. Tussen 2009 en 2011 werden verschillende studenten in Utrecht en Amsterdam al benaderd om inlichtingen te geven over de verschillende studentenprotesten. Nu blijkt dat er op grotere schaal wordt geworven dan gedacht. De studenten die in contact kwamen met de AIVD werd ook om informatie van andere landen gevraagd, zoals China en Egypte. De LSVb hoopt dat er Kamervragen over worden gesteld en wil zelf het ministerie om opheldering vragen. Vice-voorzitter Eduard Schmidt: 'Onze protesten zijn altijd vreedzaam en geweldloos.'

 

Lees meer

Uit de Oude Doos: Contraspionage

Iedere twee weken rakelt ANS herinneringen op door een artikel uit de archieven te plukken. Deze week in de nostalgische rubriek: contraspionage.

Deze week werd duidelijk dat de AIVD studenten ronselt. De veiligheidsdienst gebruikt studenten als informant, voor bijvoorbeeld studentenprotesten. In 1991 stond er een artikel in de ANS over student 'Eddie'. Hij had een sterk vermoeden dat zijn docent informatie over studenten doorspeelde aan de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Toen hij toch op het politiebureau was voor een aangifte vroeg hij naar een medewerker van de Politie Inlichtingendienst Nijmegen (PID).

Impulsief besloot Eddie zich aan te melden als infiltrant. Schimmige afspraakjes op het station volgden en hij ontving steeds meer opdrachten. Zo kreeg hij de taak zich aan te melden bij AKKU om daar de boel in de gaten te houden. Wie denkt dat infiltratie alleen voorkomt in spannende jongensboeken uit de Koude Oorlog heeft het mis. Deze week is weer eens duidelijk geworden dat de veiligheidsdiensten niet alleen massaal afluisteren maar ook nog steeds de student gebruiken.

Lees hier het artikel uit de februari-ANS van 1991:

Contraspionage Tekst: Jan Maurits Schouten en Leon Steyns

Op 15 november 1990 bood een student, we noemen hem Eddie, zich als informant aan bij de PID Nijmegen. 'Ik had me al geruime tijd lopen opwinden over de handelswijze van de Binnenlandse Veiligheidsdienst. Via via had ik daar verhalen over gehoord en gelezen. Ik vind het een griezelige gedachte dat ze overal hun mannetjes hebben die snuffelen en wroeten in andermans privézaken. Het begrip privacy kennen ze niet. Daar kwam nog bij dat er sterke vermoedens waren dat een docent van mijn opleiding informatie over studenten doorspeelde aan de BVD. Maar niemand kon dat bewijzen. Toen is het idee bij mijzelf opgekomen om mezelf als informant aan te bieden. Op die manier hoopte ik wat meer te weten te komen over die docent'
De directe aanleiding om zich aan te bieden bij de PID-Nijmegen kwam toen 'de tragiek' verscheen. 'Ik heb dat boek toen meteen gekocht en besloten om op heel korte termijn naar de PID te stappen. Juist omdat er zoveel over te doen was, wisten een heleboel verschillende mensen van het bestaan van de PID af. Dus besloot ik om me als ‘gezagsgetrouwe idealist’ voor infiltratiewerk aan te melden. Op die manier hoopte ik zoveel mogelijk uit te vissen zodat ik dat daarna in de openbaarheid zou kunnen brengen’.

Reorganisatie
Op een dag was Eddie op het hoofdbureau van politie om aangifte te doen van een verloren brommerplaatje. ‘Toen dat was afgehandeld, vroeg ik of ik iemand van de PID kon spreken. Dat ging aanvankelijk niet zo soepel. Tot ik ze vertelde dat ik student was. Koos Barten van de inlichtingendienst kwam naar de balie en nam me mee naar een klein kamertje. We hadden een lang gesprek. Daarin deed ik me voor als iemand die zijn steentje bij wilde dragen aan het terugdringen van geweld in de samenleving. Ik zei dat ik informatie door wilde geven om radicale acties te stoppen. Koos zei dat hij dat met zijn afdeling moest overleggen. Mijn naam, adres, telefoonnummer en geboortedatum wilde hij wel hebben. Er werd afgesproken dat hij me zou bellen om te vertellen of de PID al dan niet wilde ingaan op mijn aanbod’. Op 22 november 1990 werd Eddie gebeld. Hij moest de dag erna naar het bureau komen. Daar kreeg hij van Koos Barten te horen dat de PID wel in hem geïnteresseerd was. De PID zou echter pas in het voorjaar van 1991, na een intensieve reorganisatie, weer in staat zijn om goed te draaien. Hij zou dus gedurende die periode op non-actief gesteld worden. Dat er behoefte was aan nieuwe informanten blijkt uit het feit dat Eddie een andere mogelijkheid aangeboden kreeg.
‘Ik zou wel direct aan de slag kunnen, maar de contacten zouden dan via de BVD lopen. Vanwege mijn eigen veiligheid was het beter om via iemand in Den Haag informatie door te geven. Ik zei dat ik het wel met de BVD wilde proberen.’ Eddie kreeg de opdracht om op 6 december naar het station in Boxmeer te gaan. Daar werd hij afgehaald door Kees Boskamp, een BVD-agent uit Den Haag. Samen reden ze naar het AC restaurant even buiten Boxmeer. ‘Het gesprek ging in het begin alleen over mijn studie, interesses en dergelijke. Hij was overdreven vriendelijk. De hele tijd complimentjes, en zo. Toen kreeg ik een soort stoomcursus BVD. De agent begon te vertellen hoe de maatschappij zich had afgekeerd van geweld en dat de groep mensen die actie voerde steeds kleiner en radicaler werd. Daarna werd hij wat concreter over wat ik zou moeten doen. Zo zou ik mijn uiterlijk moeten aanpassen aan dat van de mensen die ik in de gaten moest houden. Ook moest ik me abonneeren op links-radicale bladen zoals NN en Lekker Fris. Dat was om mezelf te oriënteren en te informeren.’ Dit gesprek duurde een paar uur. Daar werd Eddie door Kees afgezet op het station in Nijmegen. Voor het vierde gesprek, op 13 december, moest Eddie naar het station in Cuyk. Van daar reed hij met Kees naar een wegrestaurant in Malden. Deze keer kreeg Eddie de opdracht lid te worden van de AKKU en contacten op te bouwen met Radio Rataplan. ‘Ik moest ook een postbusnummer nemen om mijn post te ontvangen. Verder moest ik een lijstje maken van de actiegroepen in Nijmegen waar ik bij zat of mensen van kende. Ik zou ‘langzaam binnen moeten komen’ zoals Kees het noemde. Het kwam er op neer dat ik eerst gezichtheidsbekendheid op moest bouwen door naar vergaderingen en bijeenkomsten te gaan. Hij zei dat ik niet op eigen houtje dingen moest ondernemen en dat ik gewoon alles door moest geven zoals ik het gehoord of gezien had, niets erbij en niets eraf. De volgende afspraak zou op 17 januari zijn, op het station van Cuyck.’ Ook dit gesprek duurde enkele uren. En evenals de vorige keer werd Eddie bij het station in Nijmegen afgezet.

Vitale informatie
Op 14 januari besloot Eddie om er mee op te houden. Hij geeft daarvoor een aantal redenen. ‘In de eerste plaats kreeg ik de indruk dat de BVD informatie aan het verzamelen was om mij onder druk te zetten. Ik begon de indruk te krijgen dat de politie mijn ouders benaderd had. Verder kreeg ik het vermoeden dat er brieven onderschept waren. Ik had namelijk al in december een brief naar het BVD-onderzoeksbureau ‘Jansen en Janssen’ geschreven. Daarin vroeg ik hen om ondersteuning. Toen ik ze in januari eindelijk te spreken kreeg vroegen ze heel verbaasd: ‘Heb je onze brief dan niet gekregen?’ Ik houd het er nu maar op dat die is weggeraakt in de kerstpost. Dat lijkt me wel zo goed voor mijn gemoedsrust. ‘Ten derde was er geen enkele manier waarop ik iets te weten zou komen waaruit duidelijk werd of de docent inderdaad voor de PID werkte. Tot slot was ik bang dat, als ik door zou gaan, daadwerkelijk informatie zou moeten geven. Toen ik voor het eerst van een actie op de hoogte was, merkte ik hoe moeilijk het is om het vertrouwen van de PID te behouden en ondertussen geen vitale informatie door te geven. Ik kan me voorstellend dat mensen denken dat ik het voor de kick gedaan heb, maar dat is beslist niet zo. Vanuit een idealistisch oogpunt ben ik, achteraf gezien, onbesuisd te werk gegaan. 
Ik heb er geen spijt van, maar eigenlijk moet je er niets mee te maken hebben.’

 

Lees meer