Begroting van 18 miljoen vereist kritische blik

Nijmegen is op zoek naar een visie over cultuur. Daarvoor is een platform in het leven geroepen waar burgers mee kunnen denken. Ook culturele autoriteiten laten hun licht schijnen op de culturele identiteit van de Keizerstad. Ditmaal Bas Broeder, zakelijk leider van de Popronde, projectleider van Festival De Oversteek en bestuurslid bij poëziefestival Onbederf'lijk Vers en Oranjepop Nijmegen. Het gaat in Nijmegen zeker niet slecht met de podiumkunsten. Wat opvalt in Nederland is dat het lokaal beleid van de gemeentes en provincies fors verschilt, voornamelijk in de wijze van toetsing. Er zijn ambtenaren die beslissen, er zijn commissies podiumkunsten die oordelen en soms is het volkomen ondoorzichtig hoe een lokaal cultuurbeleid vorm krijgt. De gemeente Nijmegen is tamelijk transparant en benaderbaar. Er is in Nijmegen veel aanbod voor een breed publiek en de opkomst bij vooral festivals en evenementen is over het algemeen goed. Onze stad huisvest een gretig publiek dat zich graag laat verrassen en voor veel openstaat. Het is een voorrecht dat iedereen die enigszins geïnteresseerd is het hele jaar door ergens terecht kan. Het siert de gemeente dat ze de ambitie heeft het beleid nader te beschouwen en aan te scherpen. Verandering hoeft echter niet per definitie verbetering in te houden. Nijmegen heeft een forse begroting voor Kunst en Cultuur en in een cultuurvisie hoort een kritische blik op de besteding van deze 18 miljoen euro. The Big Five Meer dan de helft van het huidige budget wordt vergeven aan The Big Five, bestaande uit LUX, Doornroosje, De Vereeniging, de bibliotheek en de Lindenberg. Door hen wordt een breed publiek bediend door het gezamenlijke aanbod. Getoetst mag worden of dit voldoende kwalitatief, onderscheidend en veelzijdig is in relatie tot hetgeen zij nu ontvangen aan subsidie. Is het aanbod wel voor iedereen toegankelijk? Wordt er door de betreffende instellingen voldoende inspanning geleverd om het toegankelijk te maken? Wie gaat er op toezien dat het niet alleen bij mooie woorden over 'toegankelijkheid en samenwerking' blijft? Hoe verhoudt de huidige subsidie zich tot het aanbod en de prestatie van vergelijkbare instellingen in andere steden? En hoe hebben de Nijmeegse instellingen de afgelopen jaren gefunctioneerd? Bakstenen en Bureaustoelen Voor individuele makers en gezelschappen wordt het lastig overleven door de nationale bezuinigingen, de systematiek van het kunstenplan 2013-2016 en het wegvallen van de productiehuizen. Een terechte vraag is daarom of het subsidiebudget in voldoende mate bij de artiesten, kunstenaars en auteurs terecht komt. Zeker nu is het niet te verantwoorden om onevenredig veel subsidie aan bakstenen of bureaustoelen te besteden. Aanvullende inkomsten Gemeentelijke gelden zullen altijd een belangrijke basis moeten vormen voor het mogelijk maken van cultuur. De andere kant wordt echter vaak vergeten. In hoeverre is een organisatie afhankelijk van lokale gelden en doet ze ook inspanningen om fondsen of gelden uit de markt te genereren? Als een instelling na verloop van tijd voldoende eigen middelen blijkt te kunnen genereren uit haar activiteiten dan zal de rol van de gemeente naast participerend en voorwaardenscheppend ook kritisch mogen zijn. Wellicht ligt er ook een taak bij de gemeente in de lobby van aansprekende lokale initiatieven met bovenregionale uitstraling naar de landelijke publieke fondsen. Trots op Nijmegen Menig festival en evenement met landelijke allure is ontstaan in Nijmegen. De projecten of festivals die op termijn de moeite waard blijken ontstaan hier bottum up, vanuit de bevlogenheid, de innerlijke en onafhankelijke drijfveren van individuen die de noodzaak van het project inzien. Niet zelden worden Nijmeegse initiatieven landelijk geëxporteerd, met landelijke bekendheid en reikwijdte tot gevolg. Blijkbaar is de Nijmeegse bodem vruchtbaar. De gemeente zou dit meer als Nijmeegse verdienste uit moeten venten in haar communicatie. De relatief kleinschalige maar artistiek hoogwaardige, onderscheidende en spannende producties vormen het DNA van de Keizerstad. Koester en steun de nieuwe kansrijke, onderscheidende initiatieven, juist ook die van nieuwe, frisse makers en producenten. De uiteindelijke doelstelling van een cultuurvisie is het behoud van een basisinfrastructuur waarin de rol van de grote instellingen en podia belangrijk is. Toegankelijkheid van kunst en cultuur voor alle inkomens en leeftijden moet een aandachtspunt blijven. Kies voor een veelzijdig en kwalitatief aanbod van alle kunstvormen. Een altijd toegankelijk breed aanbod past bij Nijmegen.

 

Lees meer

Festivals zetten Nijmegen op de kaart

Nijmegen is op zoek naar een visie over cultuur. Daarvoor is een platform in het leven geroepen waar burgers mee kunnen denken. Ook culturele autoriteiten laten hun licht schijnen op de culturele identiteit van de Keizerstad. Ditmaal Anke Koenraadt, die een scriptie schreef over hoe festivals een stad op de kaart kunnen zetten. In het onderzoek, getiteldEen festival is een vruchtbare manier om een stad op de kaart te zetten toetste ze theoretische concepten aan het beleid van de gemeente Nijmegen. Festivals schieten overal rondom ons als paddenstoelen uit de grond en vermenigvuldigen zich steeds sneller. Deze populariteit is niet zonder reden: de toegevoegde waarde van festivals is groot. Ze lijken te passen in onze tijd en bij de huidige generatie, voldoen aan veel behoeftes van de huidige cultuurconsument en daarnaast zijn ze zeer waardevol voor de cultuursector. Maar meer dan dit alles is een festival geschikt om een stad op de kaart te zetten, te profileren, nieuwe bezoekers aan te trekken en toerisme aan te zwengelen. Festivals maken een stad aantrekkelijk en een aantrekkelijke stad trekt een creatieve klasse aan, die vervolgens bedrijvigheid en werkgelegenheid verzorgt. Voor Nijmegen is dit potentieel er duidelijk met zo’n 33 evenementen per jaar. Er schort echter nog wel wat aan het beleid dat gevoerd wordt, waardoor het potentieel niet ten volle wordt benut. Zoals blijkt uit het onderzoek dat ik gedaan heb, wordt het belang van de aantrekkelijke stad en festivals erkend door de gemeente Nijmegen. Het beleid dat gevoerd wordt ontbeert het echter aan een meerjarige visie. Ik ben verzand in een berg aan notities, nota's en coalitieakkoorden. Het is stuitend dat zovele werkgroepen, instituten en organen zich hiermee bezig houden. Samenwerking of een overkoepelende visie lijken hierbij te ontbreken. Hemeltergend, omdat juist op dit beleidsterrein een goed gestuurd beleid zeer veel kan opbrengen. Cultuur mag überhaupt een belangrijkere rol opeisen in de citymarketing. Tot op heden is er nauwelijks samenwerking tussen deze twee afdelingen, terwijl samenwerking bijzonder veel voordelen kan hebben. Mijn onderzoek toont immers aan dat een festival een vruchtbare manier is om een stad op de kaart te zetten. Samenwerking tussen citymarketing en cultuurbeleid is daarbij van groot belang. Daarnaast is het van belang dat Nijmegen durft te kiezen voor een helder cultuurprofiel, waardoor citymarketing en cultuurbeleid de handen ineen kunnen slaan om Nijmegen door middel van festivals op een bepaald aspect te profileren en excelleren. Daarom is het zonde dat Henk Beerten, wethouder van Cultuur, de speerpunten in het Nijmeegs cultuurbeleid wil loslaten. Natuurlijk moet er een basis zijn van alle disciplines, maar in het profileren van de stad is het raadzamer om te kiezen voor het culturele profiel van Nijmegen. De potentie is er zeker om Nijmegen, door middel van festivals, als aantrekkelijke, culturele stad op de kaart te zetten. Maar dan moeten er wel keuzes gemaakt worden en een overkoepelende visie die verschillende beleidsterreinen samenbrengt ontstaan.

 

Lees meer