Cultuur op de Campus | Felix Schlarmann Group

De Felix Schlarmann Group, dat zijn vijf jonge honden die met hun heldere melodieën en energieke solo’s opzwepende jazz maken. De leden van het quintet, onder leiding van drummer Felix Schlarmann, hebben furore gemaakt in bands als Room Eleven en Pete Philly and Perquisite. Ze zijn graag geziene gasten op internationale festivals als North Sea Jazz. Om met Utrecht Jazz Fest te spreken: ‘Wie een concert van Felix Schlarmanns band bezoekt, wacht weinig minder dan een sensatie.’ 20.00-20.45u, CultuurCafé, Mercatorpad 1, entree gratis,www.myspace.com/felixschlarmann

 

Lees meer

Jazz op de Campus | Jeroen van Vliet i.s.m. JINjazz

Pianist Jeroen van Vliet behoort tot de top van de Nederlandse jazzwereld. Hij sleepte diverse prestigieuze jazzprijzen in de wacht en leverde sinds de jaren tachtig bijdragen aan zo’n vijftig albums. Vanavond staat Van Vliet bij JINjazz op het podium met Gatecrash, de band van Eric Vloeimans. Maar niet voordat hij de Rode Laars heeft aangedaan! In woord en klank laat Van Vliet horen wat het plezier van jazz en improvisatie is. Wat maakt jazz zo bijzonder? Hoor het van de meester! Entree gratis De Rode Laars, E2.64, tweede verdieping Erasmusgebouw (zijvleugel achter De Refter), Erasmusplein 1 www.jeroenvanvliet.com

 

Lees meer

Kleinkunstenaar

Hij schreef een opera voor de emir van Qatar, tekende contracten met legendarische labels en verwierf een internationale status. Nu wil jazzpianist Michiel Borstlap het klein houden: ‘Als het mij niet beroert, hoe moet het dan een ander beroeren?’Tekst: Erik van Rein Foto's: Diana Heijman Al Gore, Mick Jagger en Stevie Wonder. De foto’s in de woonkamer van Michiel Borstlap (46) bewijzen de ontmoetingen met de groten der aarde. Het illustreert de internationale status van Borstlap, Neerlands bekendste jazzpianist. In de week dat het interview plaatsvindt wisselt hij optredens in Almelo en Amsterdam af met een concert in Istanbul. Borstlaps huis, een deel van een enorm kasteel in het Utrechtse gehucht Nigtevecht, is de uitvalsbasis van zijn onderneming. Zijn eigen platenlabel Gramercy Park Music is daar gevestigd en het is tevens de plek waar hij concerten geeft. ‘The Velvet Room’, zoals Borstlap het noemt, is een piepklein kamertje waar plaats is voor achttien bioscoopstoelen en een vleugel. Daar speelt hij twee keer in de maand voor een select gezelschap. ‘Als je het klein houdt, dan voelen mensen zich hier thuis en hoor ik overal gesnik, dat is ongelofelijk mooi. Trouwens, willen jullie espresso?’ Klein is de beste typering voor de nieuwe weg die Borstlap als muzikant is ingeslagen. Waar de pianist voorheen optrad met verscheidene gezelschappen en artiesten als drummer Bill Bruford en zanger Gino Vannelli, staan er tijdens zijn huidige theatertour Blue hooguit drie man op het podium. ‘Ik tap uit een heel ander vaatje, een soort tweede carrière. Hartstikke leuk en dit gaat veel dieper.’ Waarom ging je niet eerder op solotournee? 'Ik wist nooit wat ‘Michiel Borstlap’ precies was en je moet iets doen wat van jezelf is. Nu heb ik een voorbeeld aan Ludovico Einaudi, een Italiaanse pianist en componist. Hij maakte onder andere de filmmuziek voor Intouchables. Plots fluisterend: ‘Die man speelt in zijn eentje heel ingetogen in bomvolle arena’s. Heel rustig, heel mooi, bijna een soort meditatie. Bovendien herkende niemand mij toen ik een concert van hem bezocht, dus er was een groot pianopubliek in Nederland dat ik nog niet had bereikt.' Naast getalenteerd pianist is Borstlap een uitmuntend componist. In 1992 studeerde hij cum laude af aan het conservatorium en werd hij op de Europe Jazz Contest in Brussel uitgeroepen tot beste solist. Vier jaar later won hij de prestigieuze Thelonious Monk Composers Award voor zijn compositie Memory of Enchantment. Jazzgiganten Herbie Hancock en Wayne Shorter namen de muziek over op hun album 1+1. Dit leverde Borstlap een contract op bij het legendarische jazzlabel Verve. Je speelt en componeert. Wat heeft je voorkeur? ‘Het is bijna hetzelfde, dus even leuk. Het enige verschil is de tijd. Als ik speel, ook live, dan improviseer ik bijna altijd. Improvisatie is componeren in een heel korte tijd, over een compositie kun je jaren doen. ‘Je moet wel precies weten wat je speelt. Een goede kok heeft allerlei kruiden en heeft ze allemaal eens geproefd. Vervolgens verzint hij iets en weet hij precies hoeveel van elk kruid nodig is. Dat is precies wat ik doe op het podium.’ Loopt dat kookproces op het podium weleens vast? Na een lange stilte: ‘Vroeger veel meer dan nu.’ Hoe komt dat? ‘Nu is het spelen meer relaxed. Er komen genoeg mensen kijken en als de sound goed is, vliegt de avond voorbij. Totaal geen effectbejag, gewoon muziek maken. Tijdens mijn periode aan het conservatorium en de daarop volgende jaren moest ik per se presteren. Ik moest goede noten en akkoorden spelen, ik moest een net jasje aan en mijn tanden poetsen voor een optreden.’ Dus je haalde alles uit de kast. ‘Ja, pff, wat ik allemaal op plaat heb gezet joh, tjonge jonge. Vroeger speelde ik heel veel noten, want daar was ik goed in. Op een gegeven moment vroeg ik me af waarom ik me zo moest bewijzen.’ Driftig kloppend op zijn borst: ‘Dit is waar het nu om draait, het gevoel is het enige dat me nog interesseert. Als het mij niet beroert, hoe moet het dan een ander beroeren?’ Borstlap wil muziek maken en spelen waar hij kan. Succes is voor hem niet meer dan het binnenhalen van nieuwe opdrachten. ‘Ik weet nog dat ik een Gouden Kalf won voor de filmmuziek van Tiramisu. Het feit dat je zo’n prijs wint is leuk, maar op dat moment dacht ik: te gek, dan gaat zometeen de telefoon en mag ik meer filmmuziek maken.’ Een van die opdrachten bracht Borstlap in Caïro, waar hij in een recordtijd van drie weken een opera voor de emir van Qatar schreef. ‘Ik ken de producent van de opera en die had een Qatarese hofcomponist in dienst. Op een gegeven moment kreeg die producent twijfels over de kwaliteiten van de componist en vroeg hij me of ik eens een kijkje wilde nemen in Caïro, waar het hele productieteam zat. In Rotterdam stond een privévliegtuig voor me klaar en vier uur later was ik in Egypte.’ Wat trof je daar aan? ‘Toen ik binnenkwam bij de componist lag de vloer bezaaid met papieren en liep die man daar een beetje balaghelele te zingen: hij kon er eigenlijk niet zoveel van. Vervolgens werd ik gevraagd of ik de opera wilde componeren. Toen bleek dat de opera in drie weken af moest. Dan komt er een immense druk op je te staan. ‘Ja, normaal gesproken heb ik geen koudwatervrees, maar tijdens die periode heb ik ook niet goed kunnen slapen. De opera werd live op Al-Jazeera uitgezonden. Het was zo’n heftige periode dat ik er later een boek over heb geschreven.’ Zo zijn er meer commerciële zaken die Borstlap bezig houden. Hij weet zichzelf uitermate goed te verkopen en dat leverde hem sponsorcontracten op bij bekende merken: van vliegtuigmaatschappij United Airlines tot de exclusieve Zwitserse horloges van IWC Schaffhausen. Borstlap is er open en nuchter over: ‘Ik zit niet in de subsidiewereld, want ik wil niet afhankelijk zijn.’ Met zo’n sponsorcontract ben je dat toch wel? ‘Het is minder streng dan het lijkt. Ik speel bijvoorbeeld ergens en dan komt er een man naar me toe met de vraag wat ik rijd. “Een oude Jaguar”, zeg ik, waarop hij vraagt of ik een nieuwe Cadillac wil rijden als er een logo’tje op de cd mag. Het bleek de directeur te zijn. Nou, toen had ik een auto voor niks.’ Je kunt ook kiezen om het niet te doen. Glimlachend: ‘Ja, maar het is niet erg om te krijgen. Er is niemand van Cadillac die tegen me zegt dat ik een bepaald nummer moet gaan spelen. Als ze dat doen is het over. Het heeft niets met muzikale impact te maken.’ Dus dan lonkt alleen het geld? ‘Nou, ik dek de kosten liever zo. Er zijn ook jazzgroepjes die heel veel subsidie krijgen. Als je negen ton krijgt en er komt twaalf man kijken, kun je je afvragen of dat subsidiestelsel goed werkt.’ Ben je dan tegen subsidies in de muziekwereld? ‘Nee, ze worden verkeerd gepositioneerd. Talenten die gouden dingen maken moeten de eerste vijf jaar subsidie krijgen. En veel. Dan kun je zeggen: we steunen de komende vijf jaar ondernemerschap. Je moet je weg vinden, daar is een subsidie voor bedoeld.’ Jij hebt het niet nodig. ‘Nee, ik wil geen subsidie en heb er bewust voor gekozen om een andere weg in te slaan. Nadat ik van het conservatorium kwam heb ik twee maanden mijn hand opgehouden bij de WW-balie en dat vond ik verschrikkelijk. ‘Ik ben toen drie maanden postbode geweest tot ik die Europese prijs won en een cd kon maken, maar er was ook een kans dat dit niet gebeurde. Ik heb echt geluk gehad.’ Ben je een zondagskind? Twijfelend: ‘Een beetje wel ja, maar ik werk er wel hard voor. Hoewel ik ook besef dat er mensen zijn die er even hard voor werken en minder geluk hebben.’ Je won internationale prijzen, speelde voor en met wereldsterren, hebt je eigen label en alles gaat voor de wind. Wat wil je nog bereiken, een top-40 hit? ‘Lachend: Nee joh, daar moet je veel jonger voor zijn. Ik wil gewoon mensen raken, iedere avond weer. Dat is het enige wat telt.’ Bekijk hier alle andere artikelen uit de november-ANS 2012.

 

Lees meer