INGEZONDEN: 'De studie werd geleidelijk onstudeerbaar'

Drie studenten Natuurwetenschappen uitten gisteren forse kritiek op de naamswijziging van de studie Natuurwetenschappen. Decaan Stan Gielen van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica vindt de termen die de studenten gebruiken 'volstrekt ongepast'.

In het voorjaar 2011 is het curriculum van de opleiding Natuurwetenschappen herzien. Deze herziening was nodig omdat de studie-eisen in de voorafgaande jaren waren verzwaard, waardoor de studeerbaarheid ernstig in het geding was gekomen. Feitelijk paste het curriculum niet bij de doelgroep waarvoor de opleiding was opgezet: studenten met een brede interesse in bètavakken, die een opleiding willen op het overlap gebied van verschillende disciplines en studenten, die na afronding van hun studie met een brede bètaopleiding de maatschappij in gaan. De zwaarte van het programma leidde ertoe dat 40 procent van de studenten die jaarlijks instroomde in het eerste jaar uitviel. Bovendien was het bachelor rendement (het percentage van de studenten dat overblijft na een jaar en dat het bachelordiploma, waar drie jaar voor staat, in vier jaar behaalt) slechts 35 procent. De studie werd zo geleidelijk onstudeerbaar. Van de twintig studenten, die jaarlijks begonnen, bleven er na het eerste jaar slechts twaalf over, en daarvan behaalde er slechts vier het bachelordiploma in vier jaar. Indien een middelbare school met deze resultaten zou komen, zou dit direct tot ingrijpen van de onderwijsinspectie leiden. Het is maatschappelijk niet te verantwoorden een dergelijke opleiding te blijven aanbieden. Niet vanwege het maatschappelijk leed dat ontstaat omdat studenten uitvallen, studievertraging oplopen en extra studiekosten moeten maken en ook niet vanuit financieel oogpunt.

De vraag naar studenten met een brede bètaopleiding is echter groot en alle studenten, die afstuderen, konden snel een goede baan vinden. Daarom is besloten om het curriculum gedeeltelijk aan te passen en beter af te stemmen op de doelgroep van de studenten. In de nieuwe opleiding krijgen de studenten nog steeds de kernvakken van de Biologie, Scheikunde, Natuurkunde, Informatica en de benodigde wiskundevakken. Nieuw zijn de cursussen waarin de studenten leren om de verschillende disciplinaire onderdelen te integreren om belangrijke maatschappelijke problemen aan te pakken, zoals het energieprobleem, opwarming van de atmosfeer en forensisch onderzoek. Daarmee leren zij hun kennis toe te passen in een brede context. Tevens zijn cursussen ontwikkeld om de studenten goed voor te bereiden op de beroepspraktijk. Daarmee wordt tegemoet gekomen aan de opmerkingen in de enquête onder alumni, waarin zij aangeven dat zij vinden dat zij onvoldoende zijn voorbereid op de beroepspraktijk. De ingevoerde maatregelen blijken succesvol: de instroom is verdubbeld en de opleiding blijkt nu ook studeerbaar.

Door de tijdsdruk om deze aanpassingen door te voeren, is de communicatie daarover naar de zittende studenten begin 2011 niet altijd goed geweest en dat betreur ik zeer. Dit heeft om begrijpelijke redenen tot onvrede geleid bij de zittende studenten. Het belangrijkste pijnpunt daarbij is dat de naam van de opleiding is gewijzigd van Natuurwetenschappen naar Science. De reden daarvoor was dat de opleiding verbreed is naar Informatica en Wiskunde, die niet onder de natuurwetenschappen vallen. Om daarom te spreken van ‘willekeur’, ‘loterij’ en ‘INHOLLAND’-situaties is volstrekt ongepast en doet ook geen recht aan het frequent overleg dat ik in het afgelopen jaar heb gevoerd met studenten en afgevaardigden van de studenten om hen te informeren.