Maak universiteitsbladen weer van deze tijd

Universiteitsbladen

Op de opiniepagina van NRC.next is vandaag het artikel 'Universiteitsbladen zijn niet van deze tijd' verschenen. Het schrijfsel is van de hand van Edwin van Sas, voormalig voorzitter van de studentenraad van de VU en huidig beleidsadviseur aldaar. Hierin betoogt hij dat door de universiteit gefinancierde bladen geen functie meer hebben en niet meer zijn dan een overblijfsel uit de tijd dat een universiteit nog geen bedrijf was. De discussie over redactionele onafhankelijkheid moet volgens Van Sas worden voorkomen door instellingsbladen af te schaffen. Hoewel de aangedragen argumenten stof tot nadenken bieden, is de conclusie dat een universitair medium onnodig is te kort door de bocht.

Van Sas is kritisch op de bladen, wat legitiem is. Zo stelt hij dat veel hoger onderwijsbladen vooral interviews bevatten met wetenschappers die een persbericht hebben geschreven of een prijsje hebben gewonnen. Tevens zouden de redacties hebben gefaald bij het signaleren van problemen zoals diplomafraude. Dat journalisten die door de communicatieafdeling worden betaald weinig kritisch zijn en huiverig om misstanden aan te kaarten, is nauwelijks verrassend te noemen. Inderdaad, niemand heeft iets aan een kritiekloos medium dat voorbij gaat aan de belangrijkste ontwikkelingen op een universiteit.

Buiten dat de bladen hun kritische functie niet (kunnen) uitoefenen, staan de redacties volgens de beleidsadviseur onvoldoende met hun voeten in de klei. Studenten maken immers geen of nauwelijks deel uit van de kern van de redactie en mogen hooguit een column schrijven of reporter spelen. Hoewel Van Sas ook hier de vinger op de zere plek legt, is zijn conclusie te voorbarig. Dit probleem is gemakkelijk op te lossen door studenten een prominentere rol te geven binnen de redactie van een blad. Hiermee biedt de instelling tevens de mogelijkheid een leerschool te zijn voor studenten met journalistieke ambities.

Het argument dat hoger onderwijsbladen belangrijk zijn voor de meningsvorming, wordt door Van Sas te makkelijk opzij geschoven. Een universiteit is bij uitstek een plaats waar kritische mensen worden opgeleid, die hun eigen mening kunnen vormen. Sterker nog, dit is in beginsel de taak van een universiteit en wellicht ook van andere onderwijsinstellingen. Met de eenzijdige informatie die de universiteit verstrekt ter versterking van haar eigen imago is een onafhankelijke mening vormen niet mogelijk. Zoals Van Sas zelf ook aanstipt, is een universiteit gebaat bij studenten en medewerkers die de rotte appels zelf uit de mand durven te halen. Het faciliteren van een vrijplaats is de beste manier om dat mogelijk te maken. Natuurlijk komen echte misstanden vaak ook wel via blogs of sociale media naar buiten, maar het nadeel is dat die afhankelijk zijn van gepassioneerde mensen. Als er geen studenten of medewerkers zijn met de motivatie op kritische wijze naar buiten te treden, valt deze manier weg. De continuïteit die universiteitsbladen kunnen bieden, is noodzakelijk om de campus en haar omgeving van volledige informatie te voorzien.

Het is belangrijk de discussie over redactionele onafhankelijkheid juist wel aan te gaan en te reflecteren op de vorm en het nut van de huidige invulling van universitaire media, zeker voor redacties. Hier zie je vast een voorbeeld van hoe dat niet moet.