Column: Verdomd Veel Vrijheid
Bij alles wat je doet, doe je duizend dingen niet. Met elke keuze die je maakt, sluit je honderd andere uit. Alles is mogelijk: reden tot een depressie of een feestje?
Twee dingen in het leven geven mij een uitermate apocalyptisch, ik-sta-aan-het-randje-van-de-afgrond-gevoel en dat zijn ziek zijn en oud en nieuw. Je zou denken dat ziek zijn uitkomst biedt bij mijn moeite met het maken van keuzes. Je kunt dan immers niets anders doen dan mandarijntjes eten en ijlen als je met 39,5 graden koorts op bed ligt. Jippie. Maar zo werkt het niet, anders had ik mezelf allang een ongeneeslijke ziekte aangemeten. Ik probeer juist alle opties open te houden, zodat ik, zodra ik een verkeerde keuze heb gemaakt, ook weer terug kan. En dat terwijl de hoeveelheid aan keuzes soms mijn strot dichtknijpt als ik eraan denk. Ziek hè?
Als ik ziek ben, wil ik het liefst naar mama, om daar onder een dekentje met een kop thee naar Junglebook te kijken. De jaarwisseling brengt mij in een zelfde soort stemming. Een nieuw jaar, dat betekent nieuwe kansen, nieuwe mogelijkheden, nieuwe ervaringen, maar op 1 januari lijkt alles toch weer verdacht veel op 31 december. En als er op 1 januari niets verandert, wanneer dan wel? Mijn bubbel van volwassenheid spat uit elkaar door de hulpeloosheid, de onmacht waarmee ik geconfronteerd word, wanneer bacillen mijn lichaam overnemen én wanneer het einde van Bohemian Rhapsody door de speakers knalt. Die zwakte is niet meer toegestaan als je binnenkort een arbeidsmarkt in crisis gaat betreden met een letterendiploma op zak. Stilstaan is niet meer toegestaan.
Dit jaar vielen de twee helse gebeurtenissen samen en ging ik 2014 in met een hoofd vol snot, hoestend als een zeehond, om om half één alweer rillend van de koorts in mijn bed te liggen. Gek genoeg was het niet eens verschrikkelijk. Dit jaar veranderde er namelijk wel iets op 1 januari. Ik kon weer door mijn neus ademen. En dat was meer dan ik had durven verwachten.