Uit de Oude Doos: Studeren voor Dummies

Iedere twee weken rakelt ANS herinneringen op door een artikel uit de archieven te plukken. Deze week in de nostalgische rubriek: hoe overleef je als eerstejaars student?

De introductie is voorbij, het academische jaar is geopend en het studerende leventje begint weer. Waar ouderejaars studenten doorgaan waarmee ze in juli zijn gestopt, moeten eerstejaars leren wat het is om te studeren in Nijmegen. Waarschijnlijk zullen ze snel beseffen dat het slimmer is om de fiets te pakken in plaats van de bomvolle Heyendaalshuttle te nemen, dat een maaltijdsalade van de Appie beter te verteren is dan een Reftermaaltijd en dat het echt niet altijd nodig is om naar dat saaie hoorcollege om kwart voor 9 te gaan. In 2002 liet ANS de groentjes niet aan hun lot over, maar legde zij hen uit hoe ze zich konden redden op en rond de universiteit. Tweedejaars studenten vertelden over hun ervaringen met het nachtleven, colleges en ranzige keukens. Daarnaast werd de nieuwe aanwas puntsgewijs geadviseerd over diverse gebieden. Opvallend genoeg zijn vele tips nog steeds van toepassing.

Lees hieronder het artikel van de introductie-ANS 2002

Studeren voor Dummies

In de rubriek '...voor Dummies' wordt de onwetende Nijmeegse student wegwijs gemaakt in een ingewikkeld onderwerp. Deze maand: studeren. Hoe moet dat eigenlijk? 'Ik heb altijd geld om te stappen, desnoods eet ik een boterhammetje minder.'

Tekst: Luuk Willems

Alle vijftigjarigen in bezit van bul en midlifecrisis, vertellen je vol weemoed dat de studententijd de mooiste van je leven wordt. Voor een succesvolle carrière als student dienen echter heel wat stappen te worden genomen. Allereerst neem je afscheid van jaren vol zoemers, huiswerk en strafcorvee. Vera Verbakel (19), tweedejaars Bedrijfswetenschappen: 'Ik wilde nieuwe mensen, een nieuwe stad, een nieuw leven. Op school had ik het echt gezien.' Tijd om de statige collegezalen van de universiteit te betreden, waar erudiete professoren trachten de eeuwige dorst naar kennis van studenten te laven. Een illusie die wreed wordt verstoord tijdens het eerste college: reëler is het beeld van een rumoerig zaaltje, waar het brakke publiek slechts wakker blijft door rinkelende mobieltjes. Verbakel ziet voldoende punten ter verbetering: 'Literatuurbundels boeien niet, hoorcolleges zijn te passief en in werkgroepen trekt niemand zijn bek open.' Gelukkig leer je al snel dat studeren niet veel tijd kost. 'Voor het eerste tentamen was ik al vier weken van te voren in touw,' aldus Klaartje Willems (19), tweedejaars Pedagogische Wetenschappen en Onderwijskunde. 'Vervolgens bleek dat de docent veertig meerkeuzevraagjes voldoende vond om een stapel literatuur te toetsen. Sindsdien besteed ik niet meer dan vijftien uur per week aan mijn studie.' Volgens Willems zijn studenten verwend: 'Hier hoor ik iedereen klagen als ze het eerste uur aanwezig moeten zijn, maar om kwart voor zeven opstaan om in het donker naar school te fietsen was zwaarder.' Als je gaat studeren aan de bètafaculteit geldt helaas een ander verhaal. In de hoge, grijze gebouwen hangt niet alleen een Oostbloksfeer, ook de orde en tucht uit die contreien wordt er verlangd. Sander Bouwens (22), tweedejaars Biologie: 'Een studiepunt hoort te staan voor veertig uur werk, maar Biologie is een van de weinige studies waar dat echt wordt nagestreefd. Vroeg in de ochtend starten de colleges en laat in de middag eindigen de practica. Vervolgens is het nog maar afwachten of je je vakken haalt. Hiervoor deed ik de Pabo, dan blijft de theoretische lading beperkt tot hoofdrekenen en schrijven. Maar om dag in, dag uit druk met je studie bezig te zijn, is zwaar. Het jaar had niet langer moeten duren.'

Sommige studenten verlaten het ouderlijk nest vlak voor of aan het begin van de studie. Een grote groep wacht echter tot gebleken is dat het opdoen van "universitair werk- en denkniveau" in Nijmegen goed bevalt. Ben je onderdeel van deze kudde, dan heb je grote kans dat je samen met honderden anderen terechtkomt in de jongerejaarscomplexen van Stichting Studentenhuisvesting Nijmegen (SSHN). Er heersen talloze vooroordelen over het leven in een studentenflat. De wc is er viezer dan je eigen uitwerpselen, de douche altijd bezet en de keuken een nachtmerrie. 'Helemaal waar,' aldus Mathieu Raes (19), tweedejaars Rechten. 'Ik probeer me niet te ergeren aan de puinhoop, maar als de hele keuken volstaat met etensresten en afwas slaag ik daar echt niet in. De oven durf ik alleen op een heel hoge, bacteriedodende temperatuur te gebruiken.' Willems benadrukt de schoonheid van verval: 'De eerste keer dat ik m'n brood beschimmeld aantrof, gaf dat een enorme kick. Ik realiseerde me dat ik zelfstandig was; thuis had mijn moeder het allang opgeruimd.' Die onafhankelijkheid was voor haar de reden om op kamers te gaan, al wil dat niet zeggen dat er geen twijfels waren. 'Ik was stiekem bang dat alles mis zou gaan: dat ik niet kon koken, of dat het hier niet gezellig zou zijn,' geeft Willems toe. Voor Raes, die nog maar net op kamers zit, is het nog wennen. 'Wil je rust, dan ga je naar de bibliotheek. Wil je gezelligheid, dan moet je iets organiseren met vrienden. Thuis zat er iemand klaar met een pot thee zodra je uit school kwam en op je kamer was het stil.'

Op kamers gaan vormt voor sommige mensen een drempel. Voor de twijfelaars heeft Verbakel echter een duidelijke boodschap. 'Wie niet op kamers gaat, proeft nooit de sfeer van het échte Nijmegen. Dan maak je niet meer mee dan de universiteit zelf. Dat is geen studeren, dat is gewoon naar school gaan,' stelt ze resoluut. 'Ik moet er ook niet aan denken elke keer een slaapplaats te regelen als ik wil gaan stappen.' Juist dat stappen zou ze niet willen missen: 'Ik zorg dat ik altijd geld heb om uit te gaan, desnoods eet ik een boterhammetje minder. Op eten besparen is niet gezond, maar wel makkelijk.'

Voor studenten gaan in het nachtleven deuren open die zonder collegekaart gesloten blijven, zoals die van Diogenes (beter bekend als 'Dio'). Voor traditionele attracties als De Drie Gezusters haal je dan al snel je neus op. Raes: 'De uitsmijters zijn er agressief, de bediening is vervelend en van de muziek word je knetterdoof. Het enige leuke aan De Drie Gezusters is om vanuit een nabijgelegen kroeg te kijken hoe de opgemaakte delletjes er naar binnen marcheren.' Alleen als er georganiseerde studentenfeesten zijn, doet de locatie er niet zoveel toe. 'Iedereen is student. Op die manier onder je eigen mensen zijn geeft een leuke sfeer,' vindt Willems. Van agressie is dan ook zelden sprake. Zijn de camerabewaking, de mobiele steunpunten van de politie en de opgepompte uitsmijters bedoelt voor een ander deel van het uitgaanspubliek? Alleen op dispuutsfeestjes wil men nog wel eens met elkaar op de vuist gaan, maar daar is het onderdeel van de folkflore. Verbakel: 'Uitgaan als student is volwassener. Op school dacht iedereen in groepjes en moest je aan allerlei eisen voldoen om ergens bij te horen. Hier ouwehoert iedereen met elkaar. Dat maakt het een stuk leuker, dus ga je ook vaker.' Dat kan Raes beamen: 'Elke avond is er iets te doen. Zo kun je op maandagavond naar jazzbands luisteren in Odessa of op woensdag naar feesten als Puberpop in Dio gaan. Op donderdag is in elke kroeg wat te doen.'

Studeren, op kamers wonen en uitgaan: het zijn de ingrediënten van de studententijd. Maar wordt deze periode nu ook de tijd van je leven? 'Het zou wel triest zijn als dit het eenmalige hoogtepunt is waar je de rest van je jaren naar terugverlangt,' stelt Raes nuchter. 'Maar dit leven bevalt prima.' Ook Willems kijkt met tevredenheid terug. 'Ik heb het afgelopen jaar veel mensen leren kennen, veel gedaan en veel geleerd, zeker op het gebied van zelfstandigheid.' Verbakel: 'Het was een topjaar. Het mooie van het studentenleven is dat je alles zelf bepaalt, en overal verantwoordelijk voor bent. Iedereen moet zijn eigen weg zoeken en fouten maken. Juist daarvan leer je. Wat dat betreft moeten jullie in dit artikel eigenlijk geen tips geven.'

Studeren 1. Denk niet dat het moeilijk is. Studeren is makkelijk. 2. Ben je te laat met inschrijven en is alleen de werkgroep van vrijdagochtend kwart voor negen nog vrij? Schrijf je dan niet in, maar wend je na de sluitingsdatum naar de coördinator van het vak. Vervolgens mag je de tijd kiezen die jou het beste schikt. 3. Ga naar het eerste en het laatste college van een vak. De rest is minder belangrijk. 4. Wacht met het kopen van boeken. Als ze op zijn, kun je meestal goedkope kopieën aanschaffen. Vaak voldoet ook het bestuderen van samenvattingen. 5. Bij sommige computers verschijnt na enige tijd een screensaver met de tekst 'Deze computer is vrij'. Dit voorkom je door Mediaplayerop te starten bij vertrek. 6. Kom je in tijdnood, houd dan de grijzende docenten uit het typemachinetijdperk voor de gek met 'lege-e-mail-truc': op de dag van de deadline lever je niet je werkstuk in, maar alleen een mailtje met rare tekens. Later leg je uit dat een geniepig virus de magnifieke scriptie moet hebben aangetast. 7. Staar je niet dood op je studie. Zeker vijftig procent van de vaardigheden die belangrijk zijn voor je werk 'later', leer je dankzij de dingen die je naast je studie doet.

Op de campus 1. Op de zestiende verdieping van het Erasmusgebouw is de koffie erg goedkoop. Roken wordt gedoogd op de tweede. 2. Te weinig servies? De Refter heeft genoeg. Eventueel kan het worden geruild zodra het vies is. 3. Bij bovengenoemd restaurant is het eerste glas melk gratis, mits het wordt geconsumeerd voordat je bij de kassa bent. 4. Gratis printen doe je in de bibliotheek van de Faculteit der Medische Wetenschappen. 5. In het Spinozagebouw kun je tegen contante beloning deelnemen aan confronterende psychologische experimenten. 6. Wacht met de aanschaf van een sportkaart tot je zeker weet dat je hem ook zult gebruiken.

Wonen 1. Ga op kamers. Doe het nou maar gewoon. 2. Schrijf je meteen in bij SSHN en Woningstichting Entree. Hoe langer de tijd op de wachtlijst, des te groter de kans op een kamer. Verkies bij SSHN Hoogeveldt boven Vossenveld. Het laatste complex ligt zo ver van de stad dat je sociaal leven blokkeert. 3. Briefjes ophangen werkt. Bereid je wel voor op een vermoeiende reeks kijkavonden. Reken op vier (meisjes) tot tien (jongens) afwijzingen. Liegen en je schaamteloos aanpassen aan de gastheer helpt. 4. Neem dat kleine kamertje, maar bespreek meteen de optie tot intern doorschuiven. 5. Zoek contact met huisgenoten. Beter een goede huisgenoot dan een verre vriend. 6. Lege kratten verzamel je tot je er een auto mee kunt vullen. Dit is tevens een vernuftig spaarsysteem.

Uitgaan 1. Tijdens het uitgaan zul je worden geconfronteerd met het Dio-dilemma: maak je de avond stappen compleet door naar Diogenes te gaan, of kies je toch voor het ochtendcollege? Kies het eerste. 2. Ga niet voor elf uur ('s avonds!) de stad in. Voor die tijd hangt iedereen verveeld voor de buis, in de wetenschap dat in de stad nog niets te doen is. 3. Nachtelijk snacken doe je bij de cafetaria op het Keizer Karelplein. Ga niet naar Groenen in de Molenstraat, hoewel we geruchten over urine in het frituurvet aldaar niet willen bevestigen. 4. Condooms haal je gratis op de intromarkt tijdens de introductie. 5. De beste anti-katertip: drink na het wakker worden twee glazen water en neem een aspirientje. Ga snel terug naar bed, in de geruststellende wetenschap dat de kater bij ontwaken verdwenen is en de colleges voorbij.