'Niet iedereen is een Walter Lewin'

Walter Lewin is een internetgoeroe met een doctoraat. Hij maakt furore met zijn eigenzinnige colleges die over de hele wereld een daverend websucces zijn. ‘Als jij een droogkloot bent, lukt je dat nooit.’ Een interview over de eigenaardigheden van een internetprofessor.Tekst: Rik van Hulst Foto's: Elise Talsma ‘Je moet die zaal zo in de hand hebben – en dat had ik vandaag – dat ze lachen als jij dat wilt, huilen als jij dat wilt en zelfs in hun broek plassen als jij dat wilt. Om dat te kunnen heb je persoonlijkheid nodig.’ Walter Lewin (77), emeritus hoogleraar Natuurkunde aan het prestigieuze Massachusetts Institute of Technology (MIT), vertrok op zijn dertigste naar de Verenigde Staten waar hij vorig jaar werd verkozen tot een van de beste professoren. Daarnaast bestempelde The New York Times hem als ‘Web Star’ omdat zijn colleges wereldwijd miljoenen keren werden bekeken. Het bètafenomeen haalt de meest memorabele capriolen uit om zijn publiek de schoonheid van de natuurkunde te laten zien en de normaal zo pittige wetenschap – zelfs voor de leek – verstaanbaar te maken. In De Wereld Draait Door liet Lewin zich absoluut niet door Matthijs van Nieuwkerk in de rede vallen en maakte hij Diederik Jekel, de huisnatuurkundige van het programma, uit voor ‘schijtzak’ nadat deze een van Lewin’s wereldberoemde proeven niet juist nabootste. Mede hierdoor oogt Lewin wat aanmatigend en pathetisch. Zijn laatste woorden tijdens het gesprek zijn tekenend: ‘Het maakt niet uit dat jullie in het interview zeggen dat ik arrogant overkom, zolang het maar een objectieve weergave van het gesprek is.’ In de twee uur daarvoor bleek hij vooral een charmante professor die simpelweg zijn bevlogenheid niet kan onderdrukken. ‘Je moet bedenken dat het meeste wat je vandaag hebt gezien spontaan uit mijn buik komt. Dat is mijn excentriciteit!’ Bent u tegenwoordig meer een showman dan wetenschapper? ‘Ik ben wetenschapper in hart en nieren, geen showman. Ik was 35 jaar pionier in röntgenastromonie. Mijn colleges werden echter zo beroemd dat het zwaartepunt langzaam naar het onderwijzen is verschoven. Vandaag de dag is het voor mij belangrijker om zeven miljard mensen in de wereld te onderwijzen dan alleen die elitegroep op MIT, waarvan au fond slechts duizend studenten eerstejaars zijn.’ Is het met Natuurkunde wel mogelijk zeven miljard man te bereiken? ‘Dat hangt er vanaf wie het doceert. Er zijn een heleboel goede natuurkundigen, maar de meesten hebben geen liefde voor hun vak of brengen het op een manier waarvan je moet braken. Het klassieke voorbeeld is dat de leraar slechts de vergelijking uit het boek op zijn PowerPoint zet en verder niet uitlegt. Dat betekent niets voor die kinderen. Leraren die dat doen zijn criminelen en dat mag je best in de krant zetten. Criminelen! ‘In mijn colleges laat ik ieder aspect uit de vergelijking tot leven komen. Wanneer ik aantoon dat de slingertijd van een pendulum onafhankelijk is van de massa die er aanhangt, ga ik niet eerst 15 kilogram laten slingeren en deze vervolgens vervangen voor 30 kilogram. Nee, dan ga ik er zelf aanhangen! Dat is niet makkelijk, want als ik zomaar op die kogel ga zitten, breng ik het zwaartepunt naar boven en is de lengte, die wel voorkomt in die vergelijking, effectief korter geworden. Met andere woorden, ik moet mijn hele lichaam uitstrekken. Dergelijke voorbeelden maken mijn colleges krachtig.’ Drama is dus noodzakelijk. Luidkeels: ‘Dat is dé manier. Ik bouw een enorme spanning op bij mijn studenten wanneer ik 45 seconden aan die kogel heen en weer slinger. De klas is aan het tellen, waarbij iedere tel 4,5 seconden duurt: een, twee, drie. Ze horen me hijgen en kreunen, want het doet pijn aan mijn ballen, dat houd je niet voor mogelijk. Ik speel dat niet. Daarna krijg ik een staande ovatie. Ze vergeten misschien die vergelijking of kunnen hem nooit meer afleiden, maar ze weten voor de rest van hun leven dat de periode van een slinger onafhankelijk is van de massa die eraan hangt.’ Waarom hangt niet iedere hoogleraar aan zo’n kogel? ‘Stel dat jij een kunstenaar bent en ik zeg tegen jou dat je een Picasso moet worden. Wat zeg jij dan?’ Dat is onmogelijk. ‘Precies. Iedere natuurkundedocent die mijn colleges ziet gaat anders lesgeven, maar wordt daarmee nog geen Walter Lewin. Dat enthousiasme moet onderdeel zijn van je persoonlijkheid. Zoiets moet je uitstralen. Als jij een droogkloot bent, lukt dat je nooit.’ Had u deze mate van roem ook bereikt als u in Nederland was gebleven? ‘Zeker niet. Het is me hier te benauwd en te conservatief. En die spruitjeslucht! Desondanks is Nederland het enige land waar ik nooit een honorarium vraag voor mijn gastcolleges. Dit land gaat me aan het hart, hier ben ik werkelijk gemaakt.’ Grijnzend: ‘Maar ik eis wel dat ik businessclass vlieg.’ In 1985 werd Walter Lewin gevraagd eerstejaars MIT-studenten hulp te bieden bij de wekelijkse probleemstellingen. Het resultaat was een reeks video’s als aanvulling op zijn colleges Fysica, zogenoemde help sessions. Deze werden ieder uur van de dag op het interne kanaal van de universiteit uitgezonden. ‘Ik heb het vijftien jaar gedaan en het was een enorm succes! Er waren zelfs studenten die de cursus al hadden afgerond, maar toch op vrijdag met een krat bier naar mijn help sessions gingen kijken.’ University Washington Television in Seattle wilde Lewin’s materiaal ook uitzenden. ‘Daar was ik aanvankelijk niet voor, omdat ik de opnamekwaliteit van die sessies niet goed genoeg vond om aan 4 miljoen mensen te laten zien. Uiteindelijk heb ik toch toegezegd.’ Vervolgens stelde een collega van Lewin voor om naast zijn reeks help sessions ook zijn colleges vast te leggen. De techniek om de opnames online te zetten bestond echter nog niet, totdat MIT besloot met OpenCourseWare colleges online te gaan zetten. ‘In het begin waren het video’s waar geen hoogleraar op was te zien, maar slechts slides en problemsets. Het was voor MIT ideaal dat ik al 71 kant-en-klare videotapes had liggen. Die zijn in 2003 als een van de eerste het internet op gegaan.’ Zo groeide Lewin uit tot een van de eerste internetprofessoren en werden zijn colleges een wereldwijde hit. Wat is de toekomst van het volgen van colleges via het internet? ‘We gaan een heel nieuwe richting op. It goes viral. Het is een epidemie die ervoor zorgt dat je, mits je een laptop hebt, wereldwijd certificaten van de topuniversiteiten kunt behalen. De colleges zijn in Nepal of Tibet niet alleen te bekijken, maar studenten moeten ook wekelijks problemen oplossen. Na vier maanden is het mogelijk examen te doen waarbij de computer beslist of je dit succesvol hebt afgerond of niet. Euforisch: ‘Stel je eens voor dat je in Tibet woont en het ondenkbaar is dat je ooit naar een universiteit zal gaan. Dan is het toch fantastisch wanneer je bij een sollicitatie een certificaat kunt laten zien waarop staat dat je onder andere succesvol de colleges Newtonian Mechanics van professor Lewin hebt gevolgd?’ Hoe moet die jongen in Tibet dat betalen? ‘Het inschrijven zal hoe dan ook gratis blijven. Er is wel een discussie gaande of er voor het certificaat een bepaald bedrag zal worden gerekend. Ik ben daar absoluut tegen, want wanneer aan de armsten geld wordt gevraagd, kunnen zij zich het onderwijs niet meer veroorloven. Het is wel mogelijk dat er een variabele prijs komt. Dat betekent dat je bijvoorbeeld duizend dollar betaalt als je in Californië woont en je niets betaalt wanneer je een certificaat in Bangladesh wilt behalen. Daar zijn we echter nog niet over uit.’ Wat voor waarde heeft zo’n certificaat? ‘Het is op het niveau van MIT. Het enige wat we niet kunnen controleren is of degene die het certificaat op zijn naam krijgt het ook daadwerkelijk heeft gemaakt. Op dit moment hebben we ervoor gekozen dat te accepteren, omdat je veel meer wint dan verliest. Voor miljoenen mensen zal de wereld veranderen en misschien is er tien procent die de zaak bezwendelt, maar zij vallen vroeg of laat toch wel door de mand.’ De webcolleges van Lewin behandelen niet enkel de Fysica. Verrassend genoeg is de professor ook te zien met Looking at the 20th Century Art through the Eyes of a Physicist, waarin hij kunst uit het eerste kwart van de twintigste eeuw op zijn karakteristieke manier bespreekt. Zijn liefde voor kunst komt niet uit de lucht vallen. Al van kinds af aan bezocht hij kunstgalerijen en gaf hij rondleidingen in musea voor vrienden. ‘Mijn ouders hadden een grote kunstcollectie. Daar heb ik veel van geërfd, maar ik ben zelf ook kunst gaan verzamelen. Momenteel heb ik 135 works of art.’ Lewin deelt zijn liefde voor kunst verder via de sociale media. ‘Iedere twee dagen laat ik daar een kunstwerk zien en mogen mijn Facebook-vrienden raden wie het heeft gemaakt en in welk jaar.’ Is het belangrijk dat mensen kennis van kunst hebben? Is het ‘mooi vinden’ van iets niet voldoende? ‘Man, dat is flinterdun! Dat is hetzelfde met de natuurkunde. Stel: jij zit op de fiets en ziet een regenboog. Je denkt ‘‘wat een mooie kleuren’’ en rijdt verder. Dan heb je naar de boog gekeken, maar je hebt hem niet gezien. Je mist namelijk de kennis om daadwerkelijk iets te zien. Alles in het leven gaat om kennis, het verrijkt je leven. Anders blijf je toch een keuterboer in Drenthe!’ U bent niet officieel onderwezen in kunst, hoe bent u toch wegwijs geworden in...
Lees meer

[INGEZONDEN] 'Onderschat direct contact tussen studenten en docenten niet'

Tom Hoven is voorzitter van studentenvakbond AKKU en vindt volledig online studeren geen goed idee. Jan Derksen, hoogleraar Klinische Psychologie aan de Radboud Universiteit, stelt dat hoorcolleges vervangen moeten worden door online studeren. Hierbij worden de colleges opgenomen zonder dat studenten de mogelijkheid krijgen aanwezig te zijn. Studenten zijn tijdens college vooral druk hebben met gapen, eten en drinken. Ook kost het zowel docenten als studenten veel energie zichzelf hier elke dag naar toe te slepen, aldus Derksen. Toch moet het directe contact tussen studenten en docenten niet onderschat worden. Immers, studenten hebben bij enkel online studeren geen mogelijkheid meer tot het persoonlijk stellen van vragen aan de docent. Ook zal er geen ruimte meer zijn voor discussie, studeren wordt weer eenrichtingsverkeer waarbij de docent informatie verschaft aan de student. Het is naïef om te denken dat de kwaliteit van het onderwijs omhoog gaat door studenten op hun kamer achter een laptop colleges te laten beluisteren. Juist de ruimte voor vragen en discussie is belangrijk in het huidige academische klimaat waarin studenten bij elkaar komen om kennis met elkaar te delen. In dit opzicht is het online studeren van Derksen verre van revolutionair. De academische gemeenschap zou juist teruggaan naar de tijd dat de leermeester vertelt en de studenten enkel meeschrijven. Natuurlijk is het goed om het onderwijs te moderniseren. Een beter idee zou echter zijn om hoorcolleges, zoals ze in de huidige vorm worden gegeven, op te nemen en online beschikbaar te stellen voor studenten die door persoonlijke omstandigheden zoals ziekte een keer niet lijfelijk aanwezig kunnen zijn. Op deze manier krijgen de afwezigen niet alleen het college maar ook de gestelde vragen mee. Daarnaast kunnen studenten de colleges voor het tentamen nog eens doornemen of als naslagwerk gebruiken. De opnames zijn op die manier een mooie aanvulling, maar mogen nooit dienen als vervanging van de reguliere hoorcolleges.

 

Lees meer

Alexander Klöpping verzorgt openbare webcolleges

Nederlandse tophoogleraren gaan videocolleges geven die open toegankelijk zullen zijn via het web. Internetondernemer Alexander Klöpping heeft de 'Universiteit van Nederland' gesticht en 18 hoogleraren gestrikt die inleidende colleges over hun vakgebied zullen doceren voor eenieder die geïnteresseerd is. Dat gebeurt niet in een twee uur durende verhandeling in een collegezaal, maar in vijf sessies van een kwartier in poppaleis Paradiso. De site waar de colleges op zullen verschijnen is al online. De universiteit zal nog achttien hoogleraren aan het docentenbestand toevoegen en studenten kunnen suggesties aandragen voor de meest inspirerende leermeesters. ANS belde Klöpping op om hem te bevragen over zijn opvallende initiatief. Wat is de belangrijkste drijfveer achter het project? 'Ik zat in de trein na te praten met een vriend over een college van Michael Sandel, een rechtsgeleerde op Harvard. We hadden het online bekeken en waren super onder de indruk. Het college werd in een mooie zaal gegeven en die docent heeft echt de gave om zijn publiek bij de lurven te grijpen. In Amerika worden zulke colleges op het web gezet en we vonden het jammer dat zoiets in Nederland nog niet bestaat.' Wie willen jullie bereiken? Studenten of ook bakkers en automonteuren? 'Iedereen kan voor zichzelf een reden zoeken om naar de colleges te kijken. Zie het als een grote tapasbar, met een enorm verscheiden aanbod. Alle wetenschap kan boeiend zijn. Ik zag laatst een college over de hechting van plastic aan enzymen. Heel interessant! Een vwo'er kan straks uit elk gebied dat hem interessant lijkt een college kijken en zien wat het vakgebied precies inhoudt, nog voor hij op de universiteit zit.' Het is dus zelfs te gebruiken voor de studiekeuze? 'Haha. Als die behoefte er is kunnen scholieren het daarvoor gebruiken ja.' Wil je de universiteiten met dit project aansporen om zelf ook meer colleges openbaar aan te bieden? 'Heel veel universiteiten zijn al erg goed bezig. Delft zet bijvoorbeeld colleges op iTunes. Het blijft helaas nog hangen bij experimenteren, ik hoop dat mijn project het maken van videocolleges een stap verder kan helpen.' Vanaf september 2013 zal er iedere avond een nieuw college van een kwartier online verschijnen. Via mediapartners Ziggo en NRC hoopt Klöpping het grote publiek te bereiken. De belangrijkste doelstelling, benadrukt hij, is het zo vrij mogelijk aanbieden van de colleges. 'Alle uitzendingen verschijnen op YouTube en blijven daar altijd beschikbaar. Iedereen kan ze straks delen.' Foto: Boy van Dijk

 

Lees meer

Januari-ANS: Walter Lewin over videocolleges

Deze week laaide de discussie over online videocolleges hoog op na het opiniestuk van RU-hoogleraar Jan Derksen in de Volkskrant. Ook Walter Lewin, hoogleraar Natuurkunde aan de Massachusetts Institute of Technology (MIT), denkt dat de universitaire wereld die kant opgaat. 'It goes viral. Het is een epidemie die ervoor zorgt dat je, mits je een laptop hebt, wereldwijd certificaten van de topuniversiteiten kunt behalen. Na vier maanden is het mogelijk examen te doen waarbij de computer beslist of je dit succesvol hebt afgerond of niet', zo vertelt hij in de januari-ANS. De in Nederland geboren Lewin is een pionier op het gebied van webcolleges. Als een van de eerste gingen zijn colleges in 2003 het wereldwijde web, deze filmpjes zijn inmiddels over de hele wereld miljoenen keren bekeken. Niet voor niets werd hij door The New York Times als 'Web Star' bestempeld. Hoe betrouwbaar is het examineren via de PC? Lewin: 'Het enige wat we niet kunnen controleren is of degene die het certificaat op zijn naam krijgt het ook daadwerkelijk heeft gemaakt. Op dit moment hebben we ervoor gekozen dat te accepteren, omdat je veel meer wint dan verliest. Voor miljoenen mensen zal de wereld veranderen en misschien is er tien procent die de zaak bezwendelt, maar zij vallen vroeg of laat toch wel door de mand.' Lees hier het hele interview met Walter Lewin. Verder in de januari-ANS: Merk Nijmegen, een reportage over sappige stadsslogans, medicinale machtsstrijd, een 'Issue' over de farmaceutische industrie, en een 'De Graadmeter' waarmee je kerstkilo's eraf kunt laten vliegen.

 

Lees meer

Meer videocolleges en minder pauze op de RU

Volgend jaar zal het aantal videocolleges toenemen. Daarnaast zullen vanaf 2013/2014 colleges worden ingepland in de pauze tussen 12.30 en 13.45. Dit heeft het College van Bestuur (CvB) in een brief bekend gemaakt aan de Universitaire Studentenraad (USR) en de Ondernemingsraad (OR). Er bleek binnen de Faculteiten der Managementwetenschappen, Sociale Wetenschappen en Rechtsgeleerdheid te veel vraag naar de drie grootste collegezalen van de campus. Daardoor zag het CvB zich genoodzaakt om bij drie hoorcolleges, twee van Sociale Wetenschappen en een van Rechtsgeleerdheid, een tijdelijke 'videodoorkoppeling' toe te passen. Daarnaast zal over twee jaar tussen 8.30 uur en 18.00 uur worden gewerkt met vijf in plaats van vier tijdsloten, wat betekent dat colleges in de pauze geen uitzondering meer zullen zijn op de desbetreffende faculteiten. Het beleid van het CvB staat haaks op een eerdere uitspraak van Kortmann tijdens de Gezamenlijke Vergadering van CvB, USR en OR in het begin van dit collegejaar. Toen beloofde de rector met de faculteiten te gaan praten om het aantal videocolleges te verminderen. Wel waarschuwde hij toen al dat dit moeilijk te realiseren zou zijn voor de voltooiing van het Grotiusgebouw in 2013. De komende tijd zijn we dus nog niet van de belabberde popcorncolleges af.

 

Lees meer

Nijmeegse hoogleraar wil colleges op internet

De Nijmeegse hoogleraar Klinische Psychologie Jan Derksen heeft het gehad met de 'gapende, etende en pratende monden' in zijn colleges. Opdonderen met die lui, in de Volkskrant pleit hij voor internetcolleges. 'Waarom zou ik jonge mensen die digitaal, individueel en narcistisch zijn groot geworden dwingen met zijn allen in een kooi te zitten en naar mij te luisteren?', schrijft de hoogleraar in een opiniestuk van afgelopen zaterdag. 'Dat is geen verloedering, maar iets waar je op moet inspelen', vult hij vandaag aan. Zijn oplossing: zet alles op internet. Hoorcolleges en tentamens, het kan volgens de Klinisch Psycholoog allemaal online. 'Leuke bijkomstigheid is dat er flink kan worden bezuinigd op managers en gebouwen.' Derksen is niet bang voor een verloedering van het contact tussen docent en student, want 'de hoogleraar zal altijd een gids blijven.' In ieder geval is duidelijk dat wij onze rubriek Het Laatste Oordeel wel kunnen aanpassen.

 

Lees meer