'Opbrengst leenstelsel enkel naar hoger onderwijs'

Universiteiten zijn van mening dat ze honderden miljoenen extra bij kunnen schrijven wanneer het leenstelsel wordt ingevoerd. Uit een brief die minister Bussemaker naar de Kamer heeft gestuurd, concludeert de Vereniging van Nederlandse Universiteiten (VSNU) dat de opbrengsten van het leenstelsel enkel ten goede komen aan het hoger onderwijs.

Bussemaker laat in de brief weten dat financiƫle ruimte die ontstaat met het leenstelsel bestemd is voor onderwijs en onderzoek, maar noemt vervolgens enkel het hoger onderwijs in de toelichting op deze uitspraak.'Investeringen zijn van belang, omdat het hoger onderwijs in Nederland een enorme groei heeft doorgemaakt, zowel in aantallen studenten als in de diversiteit ervan. Deze groei zal naar verwachting doorzetten en we moeten ervoor zorgen dat het hoger onderwijs deze ontwikkelingen kan bijbenen', aldus de minister.

Het zou een koerswijziging van het kabinet betekenen wanneer de interpretatie van de VSNU klopt. In het regeerakkoord wordt namelijk gesteld dat de vrijgekomen middelen vooral besteed zullen worden aan het verbeteren van het primair en voortgezet onderwijs. Daarvoor wordt in de oorspronkelijk plannen 344 miljoen vrijgemaakt. Slechts 20 miljoen zou naar het hoger onderwijs toegaan, om onbedoelde effecten van de maatregelen rond de tweede studie op te vangen.