Sesam, open u!

De hoge uitval onder studenten vormt een groot probleem. De commissie-Veerman ziet selectie aan de poort als ideale manier om studenten bij de juiste studie te krijgen. ‘Motivatie moet een soort universeel toelatingsrecht geven.’

Het rapport van de commissie-Veerman adviseerde in april dit jaar over de toekomst van het hoger onderwijs. Investeren is noodzakelijk, maar er is meer nodig dan alleen een smak geld, aldus Veerman. Simpele hervormingen kunnen in een enkel geval namelijk grote winst boeken, zoals bij het grote aantal studenten dat stopt met hun opleiding. Selecteren aan de poort is een voorbeeld van zo’n hervorming. Dit kan worden onderverdeeld in centrale selectie (loting) en decentrale selectie. Bij deze laatste vorm bepalen opleidingen zelf de criteria waarop ze studenten selecteren. Omdat motivatie dan ook een factor wordt, beschouwt de commissie deze toelatingsvorm als ideaal middel om de 'juiste student bij de juiste opleiding te krijgen’. Bij studies als Geneeskunde is decentrale selectie reeds gebruikelijk, maar wordt selecteren in de toekomst voor alle studies de norm?

Universeel toelatingsrecht ‘Van mij mag het allemaal wel wat strenger’, aldus Ron Bormans, voorzitter van het College van Bestuur (CvB) van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen en voorheen lid van de commissie-Veerman. ‘Instellingen in het hoger onderwijs moeten in staat worden gesteld te selecteren wanneer het profiel van de opleiding dat wenselijk maakt. Economie zou bijvoorbeeld kunnen selecteren op wiskundige kwaliteiten. Als studenten niet voldoen aan de criteria moet je een duidelijke lijn trekken en hen niet toelaten.’ Uiteindelijk moet motivatie echter bij alle opleidingen het belangrijkste selectiecriterium worden. ‘Wanneer iemand nog niet over specifieke kwaliteiten voor de betreffende opleiding beschikt, maar wel een enorme motivatie toont om deze te doorlopen, dient hij te worden toegelaten. Motivatie moet jonge mensen een soort universeel toelatingsrecht geven.’ Bormans benadrukt dat de selectiecriteria niet van bovenaf moeten worden opgelegd, maar dat opleidingen deze zelf moeten bepalen. Universiteiten klagen over overvolle opleidingen en zien selectie als oplossing. De commissie-Veerman onderkent de noodzaak voor capaciteitsbeperking, maar decentrale selectie zou hiervoor in beginsel geen middel moeten zijn. Het is slechts bedoeld om studenten op de juiste opleidingen te krijgen en daardoor de uitval te beperken. Bormans: ‘Er moeten betere alternatieven komen voor vwo’ers, bijvoorbeeld door hbo-opleidingen te verbeteren en aantrekkelijker te maken. Het is lange tijd heel normaal geweest dat je als vwo’er naar het hbo ging. Bij sommige opleidingen was bijna een derde van de scholieren afkomstig van het vwo.’

Een perfecte match? De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) beaamt dat er iets moet gebeuren aan de hoge studieuitval, maar voorzitter Sander Breur vindt dat de verantwoordelijkheid van een studiekeuze uiteindelijk bij de student moet blijven liggen. ‘Zelfreflectie en -selectie zijn belangrijke eigenschappen van een toekomstig academicus, dus een verantwoorde studiekeuze moet hij zelf kunnen maken. De universiteiten houden zich slechts bezig met instroombeperking en niet met de hoge studieuitval. De echte problemen worden dus niet opgelost, daarom is het huidige voorstel van decentrale selectie een zwaktebod. Het is zelfoverschatting van de onderwijsinstellingen, die onterecht beweren hun ideale student te kunnen selecteren.’ Breur heeft een ander idee om de hoge studieuitval te beperken. Hij vindt motivatie belangrijker dan een goede cijferlijst en is daarom voorstander van zogenaamde ‘matchinggesprekken’. Hierin wordt de scholier duidelijk gemaakt wat de opleiding precies inhoudt. Daarnaast moet in zulke gesprekken moeten gevraagd wat de potentiële student verwacht van de studie en waarom hij deze heeft gekozen. Indien er problemen met bijvoorbeeld motivatie aan het licht komen, mag slechts geadviseerd worden en niet geselecteerd. De opleiding moet niemand kunnen weigeren. Breur: ‘In de praktijk blijkt dat opleidingen puur op eindexamencijfers selecteren en niet op motivatie. Onderzoek heeft uitgewezen dat mensen na selectie helemaal niet vaker op de juiste opleiding terechtkomen. Studenten moeten simpelweg beter worden voorgelicht.’

Met je zwarte band naar de uni Natuurlijk is er na de presentatie van het rapport-Veerman ook aan de RU nagedacht over selectie aan de poort. Willem Hooglugt, woordvoerder van het CvB, vertelt dat de universiteit niet zonder meer voorstander is van een harde selectie. ‘Slechts een zorgvuldige invoer van decentrale selectie behoort tot de mogelijkheden, omdat de loting van centrale selectie te weinig zegt over succesvolle afronding van de studie. Motivatie moet zwaarder gaan meetellen dan op de middelbare school behaalde cijfers.’ Hooglugt denkt dat motivatie prima herkend kan worden in een intakegesprek, mits er door deskundigen een oordeel wordt geveld. Nevenactiviteiten kunnen bovendien een pre zijn. ‘Als iemand een zwarte band in karate heeft, zegt dat iets over zijn focus.’ Op de RU staat ondanks de mooie woorden echter beperking van instroom centraal in de overweging decentraal te selecteren. ‘De universiteit wil minder instroom, maar wel evenveel uitstroom. Zij wil simpelweg mensen die hun studie afmaken.’

Al met al bestaan er dus te veel onzekerheden over decentrale selectie om te kunnen stellen dat het een effectief middel is tegen hoge studieuitval. Het is te vroeg om deze selectievorm, met motivatie als maatgevend criterium, op een groot aantal studies in te voeren. Dit kan ten koste gaan van gemotiveerde studenten. Zij lopen de kans onterecht niet te worden toegelaten voor de opleiding van hun keuze door een falend toelatingsbeleid. Het voorstel van de LSVb is de aanstaande student het meeste van dienst, omdat universiteiten hierin geen bindend advies kunnen geven. De decentrale selectie zoals die nu wordt voorgesteld, wordt door Breur dus terecht resoluut afgewezen. ‘Selectie door universiteiten heeft met motivatie tijdens de studie uiteindelijk weinig te maken.’

Tekst: Mart Waterval en Mitchel Wijnen Illustratie: Marieke Meijer

Klik hier voor alle artikelen van de ANS van november 2010.