De grote ANS Introquiz 2010 (4)

Studeren is meer dan zuipen, er is ook enige kennis voor vereist. ANS-Online legt de aankomende eerstejaars langs de intellectuele meetlat en vast op de gevoelige plaat. Wie is klaar voor het jaar en wie valt genadeloos hard door de mand? Deze keer: Uitwisselingsstudenten op de bowlingbaan

1. Wie heeft de palts van het Valkhof laten bouwen? De uitwisselingsstudenten kijken me vragend aan. 'We've never been there!' Robin: 'De Romeinen toch?'

Hoewel het idee van mentorpapa Robin dicht in de buurt van het antwoord kwam, de Romeinen hebben immers een castellum laten bouwen op de plaats van het huidige Valkhofpark, wordt er met de eerste vraag geen punt gescoord. Karel de Grote gaf in 776 opdracht tot de bouw van een palts. De uitwisselingsstudenten zouden er daarnaast goed aan doen hun kennis over Nijmegen tijdens hun buitenlandverblijf sterk uit te breiden.

2. In welk café vindt Wodka Woensdag altijd plaats? Carol: 'Ik geloof dat mij dat is verteld deze week!' Mark: 'Het is naast de kroeg waar we Strongbow hebben gedronken, denk ik.' Ben: 'Naast de Billabong.' Mark: 'Daar waren al die leuke eerstejaars Psychologie en Pedagogiek. Van mij hadden we daar wel langer mogen blijven, haha.'

De naam van de kroeg De Bijstand is de buitenlanders ontgaan, maar het noemen van de locatie volstaat voor een half punt. Ze hebben immers pas één woensdagavond in Nijmegen verbracht. Het vermaak door het vrouwelijke schoon heeft niet voorkomen dat belangrijke zaken als Wodka Woensdag herinnerd worden.

3. Hoeveel studenten studeren aan de RU? Sarah: 'Ik dacht op de website 15.000 te hebben gelezen.' Carol: 'Heeft de burgemeester tijdens onze ontvangst niet het aantal genoemd?' Macarena: 'Hij zei dat er 30.000 studenten studeerden.'

De studenten zitten fout, de RU telt ongeveer 18.000 studenten. Burgemeester Thom de Graaf zal overigens geen fout hebben begaan. De uitwisselingsstudenten was ontgaan dat de beste man sprak over het aantal studenten én medewerkers, wat inderdaad opgeteld in een aantal van ongeveer 30.000 resulteert.

4. Wat betekent Carolus Magnus? Carol: 'Carlomagno.' Sarah: 'What?' Robin: 'In het Engels heet hij Charles the Great.'

Zelfs onderlinge verschillen in taal zorgen er niet voor, dat er geen punten worden binnengesleept. Een antwoord in Italiaans én Engels volstaat voor een geheel punt.

5. Hoeveel geld hebben jullie al uitgegeven tijdens deze introductie? Robin: ‘De vraag moet eigenlijk zijn hoeveel geld we vanaf nu nog gáán uitgeven.' Mark en Ben: 'Ik geloof dat wij alleen aan bier al 100 euro hebben uitgegeven.' Mark: 'I'm broke.' Sarah (met dikke enkel en op krukken): 'Ik denk dat ik alleen al aan medische middelen 100 euro zal moeten uitgeven...'

Zelfs een avond zuipen weerhoudt de internationale studenten er niet van als volledige groep op te dagen op de bowlingavond. Ook geldgebrek blijkt overkomelijk. Pech heeft de groep echter achtervolgd, waardoor voor deze originaliteitsvraag overtuigend een punt wordt binnengesleept.

6. Foto

Omdat de tijd ontbrak om een geschikte groepsfoto op de gevoelige plaat te leggen, besloten de buitenlanders bovenstaande impressie van de bowlingavond in te zenden. Hoewel de geweldige sfeer sterk wordt vastgelegd en de sportieve prestaties duidelijk niet centraal stonden, kan de jury het niet maken om punten toe te kennen voor het vage beeld met de matige belichting.

Een plaats in de top van het klassement is niet weggelegd voor de uitwisselingsstudenten, maar met 2,5 punt wordt er niet onverdienstelijk gescoord. Als de taalproblemen en de korte aanpassingstijd in ogenschouw worden genomen, kunnen de mentoren slechts tevreden zijn. Een kans op eeuwige roem en de ANS Introquiz Wisselbokaal gaat wel aan het gezelschap voorbij. Volgende week hebben nog twee groepen de kans Nederlands en Pedagogiek van de troon te stoten. Zullen deze groepen het (LowlANS)weekend voldoende overleefd hebben om uitstekend te scoren in de Introquiz? Lees het volgende week op onze site.

Tussenstand Nederlands 4 Pedagogische Wetenschappen 4 Uitwisselingsstudenten 2,5 Geneeskunde 2