ANS luistert: Bob Dylan - The Times They Are A-Changin'

Als fan van Bob Dylan is het moeilijk om een beste album te kiezen uit zijn bijna 40 studioalbums. The Times They Are a-Changin' staat ongetwijfeld bovenaan mijn lijstje. Velen kennen waarschijnlijk het titelnummer van dit album, dat Dylan schreef als een hymne voor de mensenrechtenbeweging in de jaren zestig. Toen ik dat nummer voor het eerste hoorde, was ik om. De rest van deze plaat doet daar niets aan onder. Stuk voor stuk staan hier ongelooflijke muzikale parels op, die perfectie naderen.

In een klantrecensie die ik een tijd geleden las, schreef iemand: 'Dit album moet je kopen als je van protestliederen houdt.' Ik wist niet dat 'protestliederen' een genre was. Dit album vind ik geweldig, maar die opmerking vond ik nergens op slaan. In de teksten worden de roerige jaren zestig weerspiegeld, voor de hedendaagse jeugd zijn de teksten daarom misschien niet erg herkenbaar. Ondanks dit vind ik The Times They Are a-Changin' een van de beste albums ooit gemaakt. Dylan vertelt over thema's als armoede en racisme, thema's die tegenwoordig nog steeds relevant en aanwezig zijn. Dylan is naar mijn mening een ongeëvenaarde tekstschrijver. Elke zin is poëtisch geformuleerd, maar tegelijkertijd zijn de teksten direct herkenbaar. In North Country Blues zingt hij over een mijnbouwbedrijf dat zijn productie overhevelt naar landen waar de mijnbouwers voor bijna niets werken:

They complained in the East They are playing too high They say that your ore ain't worth digging That it's much cheaper down In the South American towns Where the miners work almost for nothing.

Elke couplet zit prachtig in elkaar. Je voelt wat Bob Dylan probeert over te brengen, des te meer wanneer je het hem hoort zingen. Het is echter niet alleen de tekst waarvoor je luistert, maar bovenal Dylan's karakteristieke stem en manier van zingen in de ballades op dit album. De rustige stukken en oplevingen zijn perfect geplaatst. Het snerpende en soms bijna valse geluid van Dylan's mondharmonicaspel klinkt in mijn oren beter dan de meest verfijnde klanken van de beste mondharmonicaspelers. In The Lonesome Death of Hattie Carroll vertelt hij het verhaal van een zwarte serveerster, die overleed na een slag met de wandelstok van van een rijke, blanke man. Hij zingt op zo'n manier dat het me hypnotiseert. Inmiddels luister ik al een aantal maanden bijna dagelijks naar het album. Blijkbaar houd ik van protestliederen.

 

Lees meer

Column: Humorhaters zijn definitievervuilers

Laten we maar voorgoed afrekenen met racisme, want de term is dood. Wie dacht dat het Zwarte Piet-debat schrijnend was, heeft de afgelopen weken onder een steen gelegen. Daphne, Jack en Gordon deden een satirische duit in het zakje en wéér rolden er krokodillentranen, kwamen mensen met schadeclaims op de proppen en ontplofte Twitter door haat-aan-RTL-tweets. Uitermate triest wanneer je satire de kop in wilt drukken, omdat je een grap niet snapt, niet leuk vindt of omdat je simpelweg allergisch bent voor lachende mensen. Daphne Bunskoek een racist noemen, omdat ze een gewaagde poging tot humor deed, is een devaluatie van de term racisme. Gordon een racist noemen, omdat hij zijn flauwe grappen niet voor zich kan houden (ongeacht tegen wie: gekleurd, gelovig, gehandicapt), is definitieterrorisme. Gordon verdient zijn geld met onaangepast gedrag, en dat mag. Jack Spijkerman mag in een onderonsje met Humberto Tan zeker iets zeggen over Tan’s huidskleur. Dat Jack Spijkerman wat mij betreft nooit grappig was en met z’n klaplong lekker met pensioen moet doet daar niets aan af. Vrijheid noemen we dat: van gedachte, van meningsuiting, van media en al bevalt de artiest je niet, het is hoe dan ook artistieke vrijheid. Alles wat je niet zint labelen onder de noemer racisme doet zwaar afbreuk aan daadwerkelijk racisme. Mensen die op basis van huidskleur of afkomst maatschappelijk achtergesteld worden, geweld dat zich richt tot etnische groepen, dát is racisme. De Chinese kandidaat bij Holland’s Got Talent vond Gordon’s grappen vernederend, hij mag Gordon daarop aanspreken, want toegegeven, de actie was nogal lomp. Ik vraag me af waarom de discussie dan niet over Gordon’s oncontroleerbare drang naar het publiekelijk afzeiken van weerloze kandidaten en of dat al dan niet in het programma past? Meneer Heuckeroth’s gebrek aan empathie en zijn slechte humor maken hem weliswaar onuitstaanbaar, het maakt hem nog geen racist. Hem het zwijgen opleggen is het failliet van de vrijheid van meningsuiting, net als een excuus afdwingen. Nog niet zo lang geleden gingen er mensen dood omdat ze grappen maakten en hun mening gaven, de een was een filmmaker, de ander een politicus. Beiden heren namen geen blad voor de mond en taboes gingen ze nooit uit de weg. Helaas vonden hun fatsoenlijke opponenten discussie niet nodig; hen kapot demoniseren was genoeg. Waarom dit mij steekt is omdat ik nu al enige tijd onder mijn pseudoniem Bertus Huidschuiver de ANS-website bestook met hier en daar zwaar uit de bocht gevlogen stukken. Niet omdat ik daar altijd voor de volle honderd procent achtersta, wel omdat ik vind dat ik het recht heb iets controversieels of grofs te schrijven. Daarbij wakkerde het niet zonder uitzondering een discussie aan en dat was nu precies mijn bedoeling. Ik vind elke inperking van de vrijheid die ik nam een zeer enge ontwikkeling, elke roep om ‘fatsoen’ een stiekem voorwendsel om mensen te doen zwijgen. Óf je bent fatsoenlijk, óf je doet er niet meer toe. Vanuit je morele superioriteit in een vrije samenleving anderen de maat nemen is een gotspe en totaal niet fatsoenlijk maar daar hebben fatsoensridders maling aan. Ga dus in discussie met elkaar, maak flauwe, gore en harde grappen. Ik sta er voor. En voor iedereen die zich gekwetst voelt: ga ook grappen maken of slinger een goed debat aan en spuw vooral je gal over alles en iedereen. Het mag, we zijn vrij. Nog wel.

 

Lees meer

Enerzijds Anderzijds

De stelling van deze maand: De Nederlandse samenleving is racistisch. Door: Bas Dikmans en Sascha Wijnhoven Dit artikel verscheen eerder in de november-ANS Nu december weer voor de deur staat, raakt Nederland langzaam in de ban van bergen pepernoten, warme chocolademelk en het gepassioneerde zwartepietendebat. De afgelopen jaren lijkt de discussie rondom de ‘zwarte knecht’ van Sinterklaas steeds heftiger te worden, met vele Facebook-discussies en pietities als gevolg. De politiek correcte poging van Albert Heijn om de gekleurde Piet te introduceren stuitte op zoveel weerstand dat de winkelmagnaat al snel zijn excuses maakte. De beruchte ‘minder, minder’-speech van Geert Wilders en de heisa omtrent de ‘oer-Hollandse’ negerzoen zijn mooie toevoegingen aan dit lijstje van racismeperikelen. Terwijl er in onze wetgeving regels zijn afgesproken om racistische opmerkingen en uitingen te beteugelen, wekt het de vraag op of Nederland wel de tolerante en open samenleving is die het pleit te zijn. Hoe racistisch zijn wij nu echt in Nederland? Gina Plaggenborg, directeur Ieder1Gelijk, Bureau Gelijke Behandeling Gelderland Zuid ‘We hebben in Nederland zeker te maken met racistische uitingen en gedragingen. Historisch gezien vieren wij Nederlanders onze tolerantie, maar ik vraag me af of onderzoek dit nog steeds zou bevestigen. Sterker nog, de Europese Commissie voor Racisme en Intolerantie heeft vorig jaar een rapport uitgebracht waaruit blijkt dat racisme is toegenomen in Nederland. In dit rapport staat racisme voor discriminatie op grond van etnische afkomst, huidskleur, nationaliteit, godsdienst en taal. Dat kan tot uiting komen in dat de ene groep, bijvoorbeeld de autochtone Nederlander, zich superieur voelt tegenover andere groepen. Dit document riep nogal wat weerstand op, we willen nu eenmaal niet racistisch genoemd worden. Een dergelijk verdedigingsmechanisme zien wij op het bureau vaak ook terug: wanneer wij degene die discrimineert confronteren met een klacht, zorgt dit meteen voor heftige reacties. Bij discriminatie doet de bedoeling echter niet ter zake, het gaat om het effect van handelen. Slechts bij een kleine groep mensen is er sprake van bewust racisme. Door bijvoorbeeld actuele gebeurtenissen, zoals de dreiging van de IS of het conflict in Gaza, zien we dat groepen tegenover elkaar komen te staan. Deze polarisatie, ook een vorm van racisme, heeft invloed op de omgang van respectievelijk autochtone Nederlanders met moslims, Joodse mensen en mensen met een Arabische achtergrond, in dorpen en wijken, waar mensen daarvoor wellicht altijd met veel plezier naast elkaar hebben gewoond. Je krijgt door deze tweedeling een soort collectieve weerstand tegenover mensen met een andere culturele achtergrond. Er worden dan stellingen betrokken in plaats van dat er naar elkaar wordt geluisterd. De zwarte pietendiscussie is een goed voorbeeld hoe men collectief in de verdediging schiet, waarin sommige reacties ronduit racistisch zijn. Ook dichter bij huis komt er trouwens racisme voor: onlangs kreeg het bureau nog een klacht van een student van de Radboud Universiteit over discriminatie op grond van ras door een docent.’ Drs. Tine Davids, universitair docent Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies aan de RU ‘Ik ontken niet dat er wel degelijk racisme is in Nederland. We moeten echter niet alleen met de vinger wijzen, maar juist onderzoek doen naar de dynamiek achter dit fenomeen. Je kunt niet suggereren dat Nederland alleen maar bestaat uit een dominante ‘witte cultuur’ die discrimineert. Door hier impliciet naar te verwijzen sluit je bij voorbaat andere groepen uit, ze worden dan als het ware uitgesloten van het ‘Nederlands’ zijn. Dit maakt de stelling op zich al racistisch. ‘Racisme heeft te maken met ‘de macht van de vanzelfsprekendheid’: men bedoelt en herkent uitspraken niet altijd als racistisch. Je ziet, bijvoorbeeld bij de zwartepietendiscussie, dat mensen snel in de verdediging schieten om hun tradities en cultuur te waarborgen. Rassenideologie is echter niet het enige dat hierbij een rol speelt. Men voelt zich bedreigd door allerlei ontwikkelingen, zoals globalisering. Onze cultuur, wat deze ook mag inhouden, is constant aan verandering onderhevig. Men is op zoek naar wat het betekent om Nederlander te zijn, in het kader van Europa en bredere ontwikkelingen. Aan de ene kant kan dit leiden tot xenofobie, maar aan de andere kant kan de ‘ander’ ook ineens je buurman zijn. ‘Zij’ krijgen dan een gezicht en worden als ‘normaal’ beschouwd. Nederland kent bijvoorbeeld de polderislam, mensen die hun eigen islamitische cultuur aanpassen en zich erg thuis voelen in Nederland. ‘Ik denk dat onderwijs een belangrijke bijdrage kan leveren aan de herkenning van racisme en daar wordt in Nederland wel wat aan gedaan. Omgaan met racisme is een constant proces van bewustwording. De hele Nederlandse samenleving racistisch noemen is dus niet effectief en correct. Ik denk dat iedereen zich begeeft in racistische structuren, het gaat er echter om deze mechanismen te herkennen, te benoemen en je er bewust van te zijn hoe je deze internaliseert.’ Klik hier voor de overige artikelen uit de november-ANS.

 

Lees meer

Nieuwe hype op Facebook

De '... is racistisch' Facebookpagina's schieten als paddestoelen uit de grond. De meest bekende van deze pagina's is Pietitie, deze pagina bereikte binnen twee dagen meer dan 2 miljoen likes. Op het moment van schrijven zijn het er zelfs bijna 2,1 miljoen. De meest aansprekende pagina voor Nijmeegse studenten is toch wel 'Blackboard is racisme'. De makers van de pagina schrijven: 'De betiteling "black" i.c.m. een slecht functionerend onderwijsplatform is niet van deze tijd!' Ze stellen voor om als 'Board' verder te gaan. Ze zijn overigens ook blij met onze eerdere berichtgeving over het onderzoek van de USR naar een mogelijk alternatief voor BlackBoard.  
  Delftse studenten zijn tot de conclusie gekomen dat de 'Witte week', de week voor de tentamens aan de TU Delft racistisch is. Natuurlijk worden op de pagina de nodige andere voorbeelden genoemd van andere mogelijk racistische bedoelingen.  
  Dat een 'witte kerst' racistisch is, kon natuurlijk niet onopgemerkt blijven. Ook daarom is hier een Facebookpagina voor gemaakt. Om alles te relativeren is er een algemene pagina: 'Alles is racistisch en moet weg' Kortom er is genoeg om te liken en je mening er tegen uit te spreken.

 

Lees meer

Racistisch Oxford

De universiteit in Oxford laat structureel meer blanke studenten dan etnische minderheden toe tot haar opleidingen, ook al hebben ze dezelfde cijfers bij toelating. 25,7 procent van de blanke sollicitanten kreeg in 2010 en 2011 een plek aangeboden tegenover 17,2 procent van de studenten uit etnische minderheidsgroepen. Het onderzoek is uitgevoerd door The Guardian, die de cijfers van Oxford opvroeg onder de Freedom of Information Act. Dit is vergelijkbaar met de Wet van Openbaar Bestuur in Nederland, waarbij de overheid informatie moet geven over haar handelen. Cambridge wilde niet meewerken, maar uit oudere cijfers blijkt dat daar een vergelijkbare trend heerst. De twee prestigieuze universiteiten verklaarden het verschil voorheen met het feit dat studenten uit etnische minderheden vaker solliciteren voor de populairste opleidingen, waardoor meer studenten afvallen. Deze nieuwe cijfers waarbij voor het eerst gekeken is naar de verschillen binnen opleidingen, schoffelen dit argument volledig onderuit. Vooral bij geneeskunde zijn de aantallen dramatisch. Daar was het aantal blanke studenten dat werd aangenomen twee keer zo hoog. David Lammy, Labour MP voor Tottenham, spreekt van institutioneel falen. Rachel Wenstone, vice-voorzitter van hoger onderwijs in de National Union of Students zegt geschokt te zijn en noemt het structurele disciminatie.

 

Lees meer