In het kader van het Wintertuinthema ‘kunst van het verzamelen’ stelt ANS-Online vijf vragen aan verscheidene gastsprekers en muzikanten. Ditmaal: Hanneke Hendrix.
Hanneke Hendrix debuteerde afgelopen zomer met
De Verjaardagen, waarin ze de opbloeiende liefde tussen de destructieve Boris en de breekbare Lies beschrijft. De roman weerspiegelt Hendrix’ kijk op het menselijk bestaan. ‘Met dit boek moeten mensen goed voelen dat het leven geen enkele zin heeft. Iedereen leeft maar gewoon, alsof er niets aan de hand is. Ik ook hoor, daar niet van.’ Vlak voor ze het podium in de Lindenberg betreedt, vindt de schrijfster een paar minuten om de vragen van ANS te beantwoorden. ‘Dat kan wel tijdens het roken, toch?’
Ben je een jager of verzamelaar?
‘Een verzamelaar. Ik kan niet richten, dus daarom geen jager. Als je bij de Kersentuin gaat kijken, zie je mijn oude servies staan. Ik sleur mijn kopjes en schemerlampen overal mee naartoe. Als ik ergens moet voordragen waar het erg kaal is, wil ik nog wel eens een bak spullen in de auto gooien. De meeste schrijvers zijn erg neurotisch, denk ik. Je denkt dat je spijt krijgt als je iets weggooit.’
Wat is het pronkstuk uit jouw verzameling?
‘Vroeger had ik al mijn schemerlampen in mijn kamer staan. Ondertussen heb ik ze daar, mede door mijn vriend, langzaamaan weggehaald. Er staat er nog één, dat is misschien wel een pronkstuk. Hij is van porselein, een hele mooie.
‘Van mijn eigen werk ben ik het trotst op mijn boek. Ik ben een echte blogger, dus ik gooi alles online. Mijn boek is het enige waar je voor moet betalen.’
Waarvoor moet je moed verzamelen?
‘Duiken. Zwemmen vind ik heel leuk, maar ik durf echt niet met mijn hoofd onder water. Ik heb ooit gezwommen met dolfijnen, maar dat was geen succes. Iedereen riep: “Ik heb ze aangeraakt!” terwijl ik daar een beetje aan de oppervlakte dreef. Ik ben maar tot zwemdiploma A gekomen, ik werd steeds teruggezet naar het pierenbad.’
Hoe raapt je je inspiratie bij elkaar?
‘Ik geloof niet dat je moet wachten tot je inspiratie krijgt. Zelf ga ik altijd op een plek zitten waar ik niet weg kan en dan begin ik maar gewoon met waar ik ongeveer heen wilde. Wat ik schrijf moet wel een bepaalde urgentie hebben, al vind ik urgentie een heel vies woord. Met
De Verjaardagen wil ik mensen door de strot duwen dat het leven geen zin heeft. Omdat ik dat vind. Je kunt veel meemaken, uiteindelijk sterf je toch in je eentje. Ieder mens zit alleen in zijn eigen hoofd.’
Hoe maakt je jezelf winterklaar?
‘Sowieso door een extra dekbed te kopen, ik heb het altijd heel erg koud. Lekker de verwarming aan, met een dekentje op de bank. En de kroeg in. Glühweintje erbij? Nee, liever met koffie en taart.’