Paradepaardenmiddel

Als stokpaardje voor het Groot Dictee van 2013 koos Kees van Kooten ‘przewalskipaardenmiddel’. Dit is geen woord, zoals Microsoft Word mij op dit moment ook aan het vertellen is, maar een guitige samentrekking van het woord ‘przewalskipaard’ en ‘paardenmiddel’. Ha-ha Kees. Wat ontzettend jolig van je. En dat nog wel voor zo’n serieuze aangelegenheid als het Groot Dictee van 2013. Het was dan ook de enige makkelijke grap tijdens het dictee. Geloof ik. De rest van het dictee begreep ik namelijk eigenlijk niet. Ik heb lang nagedacht of ik dit zomaar zou toegeven, maar ik heb besloten dat mijn intellectuele inferioriteit vroeg of laat toch wel naar boven komt. Dus bij deze, ik begreep geen woord van het Groot Dictee van 2013.

Bij zin 1 begon de ellende. Met het zweet in mijn pennenhand en een blocnote in mijn andere hand luisterde ik naar het volgende: ‘niettegenstaande de taalcriticus Charivarius zijn macedoine 'Is dat goed Nederlands?', die verrukkelijke thesaurus vol linguïstische bêtises, publiceerde in 1940, zou het journaille anno hodie een raillerend exposé van onze pennenstrijd alsnog met dit piteuze zinnetje kunnen initiëren.’ Pas nu ik het over heb getypt van de website van de Volkskrant heb ik enig idee wat hier eventueel mee bedoeld wordt. Charivarius heeft een boek geschreven en ontketent hiermee een literaire strijd. Nou is mijn zin inderdaad een stuk minder spannend, maar ik begrijp tenminste wel wat ik opschrijf.

Bij zin 2 dwaalde ik even af en dacht ik met weemoed terug aan dat prachtige dictee van vorig jaar. Adriaan van Dis liet ons zweten op kasuarissen en onder-een-kapwoningwijken. Ook moeilijk, maar wel in zinnen die erg mooi waren en ook nog eens te begrijpen. Juichend zat ik voor de televisie vorig jaar, toen ik maar 13 fouten had.

Dit jaar zijn dat er 23. Een stomp in mijn figuurlijke maag (ha-ha, een woordspeling). Omdat ik polysyndetons niet kon spellen. Of zeugmata. Of Babels imbroglio. En omdat ik niet doorhad dat ‘mits’ in zin 7 onjuist gebruikt werd. Het was een grammaticale veldslag, bloederig en vernederend. Ken je die droom dat je een tentamen moet maken en de vragen zijn allemaal in het Chinees? Zo voelde ik mij, op de bank, kijkend naar Kees van Kooten die grijnzend als den Duivel handenwringend van genot achter zijn jurytafeltje intellectueel superieur zat te wezen. Je zou er bijna PVV van gaan stemmen. Bijna.