Nick Helderman: 'Ik wil geen kant-en-klare plaatjes schieten, maar vragen oproepen.'

'Oprechtheid', er is geen thema dat hij vaker aanhaalt. Of Nick Helderman het nou over illustere Poolse en Mexicaanse festivals, over de muziekindustrie of over zijn eigen werk heeft, volgens de popfotograaf is het altijd van belang dat het 'op persoonlijke basis gebeurt'. Een introductie in zijn expositie in het Collegezalencomplex.

Tekst: Timo Pisart Foto's: Boy van Dijk Foto's Patrick Watson en Bowerbirds: Nick Helderman

'Sorry, ik heb echt een ontzettende jetlag', verexcuseert Nick Helderman zich wanneer hij wat laat bij zijn appartement in Amsterdam aankomt. De drieëntwintigjarige popfotograaf is pas een dag terug uit New York, waar hij foto's heeft geschoten op CMJ, één van de belangrijkste showcasefestivals van de Verenigde Staten. 'Maar ik heb er vooral mijn kop laten zien, en contacten onderhouden en gemaakt', bekent hij terwijl hij een pot koffie zet. Door de kamer verspreid liggen nog halfvolle tassen van het verblijf aan de andere kant van de oceaan. Alleen de laatste twee weken daarvan was Helderman in New York, daarvoor deed hij het Canadese festival Pop Montreal aan en logeerde er bij de bandleden van Patrick Watson. 'Ik wilde al heel lang naar Montreal', vertelt de fotograaf, 'en ik had superveel redenen om het festival te bezoeken. Women en Les Savy Fav speelden er, Patrick Watson deed er iets bijzonders, en de regisseur Vincent Moon hield er screenings.'

Hoe persoonlijk word je met de bands, als je zelfs bij ze blijft logeren? 'Behoorlijk persoonlijk. Voor mijn vrije werk focus ik me telkens volledig op één band met wie ik iets heb, die ik wil begrijpen. Als er dan een goede klik is krijg ik veel meer vrijheid. Ik werk op een persoonlijke basis, hopelijk zie je dat terug in de foto's. 'Patrick Watson leerde ik kennen via Voicst, al gauw ging ik telkens mee wanneer ze in Nederland waren en op een gegeven moment zat ik na de shows ook in hun nightliner bier te drinken met de band. 's Nachts reden ze dan door, zo werd ik plots wakker in België. Dat levert weer een goede foto op.'

Stap je zo'n nightliner ook in met een bijzondere foto in je achterhoofd, of is dat een bijkomstigheid van de gezelligheid? 'Eh..' Hij is even stil. 'Dat is moeilijk om uit te spreken. Het is tof als er een vriendschap ontstaat, maar ik ben toch echt mee om foto's te schieten. Ze nemen me ook niet alleen mee om te hangen. De basis waarop de vriendschap is gebaseerd is altijd: zij maken fantastische muziek, ik maak een bepaald soort foto's.'

Wat voor soort foto's? Je foto van Watson, waar hij over de backstage van Lowlands loopt met een baby in zijn arm, en geïrriteerd de camera inkijkt, is ontzettend intiem. Is het je doel zo dichtbij mogelijk te komen? 'Nee, dat is helemaal niet waar ik naar op uit ben.'

Waar ben je dan wel naar op uit? Hij lacht: 'Als ik dat eens wist.' Vervolgens, serieuzer: 'Ik wil muziek fotograferen op een manier dat er geen kant-en-klare plaatjes ontstaan. Op mijn website heb ik een oude foto staan van Iggy Pop, dat is gewoon een hele vette livefoto met veel energie, maar niet meer dan dat. Die verheft rock 'n roll tot een cliché, en zulke foto's wil ik helemaal niet meer maken. De muziek die ik zelf luister is veel spannender dan dat, en dat wil ik vastleggen. Ik probeer foto's te maken die vragen oproepen, waar een randje van mysterie in zit. Ik wil dat mensen denken: "Waarom loopt Patrick Watson met zijn kindje het podium af? Wie is die vrouw die achter hem aanloopt? Waarom kijkt hij zo in de lens?" Dat kun je niet in scène zetten. Daarom moet ik zorgen dat ik zoveel mogelijk in de buurt kan zijn. 'Zo logeerde ik afgelopen jaar een week bij de Bowerbirds [een Amerikaanse band die bestaat uit het stel Phil Moore en Beth Tacular], dat zijn onwijs goede vrienden van me. Na een nacht ontzettend met zijn drieën door te halen werd ik de volgende middag wakker. Ik liep de kamer van Phil en Beth in om even te vragen waar de aspirines lagen, en ze lagen er ontzettend mooi te slapen. Het licht uit het raam viel precies op hen, de hond lag ernaast en alle koffers van het touren lagen om het bed. Toen heb ik een foto gemaakt, maar ik voelde me er onmiddellijk schuldig over. Meteen liet ik de foto zien en ze hadden er helemaal geen problemen mee, ze vonden hem erg mooi.'

Ik kan me voorstellen dat je op zulke momenten soms ook té dichtbij komt. Hebben artiesten dat wel eens tegen je gezegd? 'Natuurlijk, sommigen vinden het vervelend als ik vlak voor de show fotografeer, of als ik überhaupt backstage komt. Soms hoor ik het ook pas achteraf, zo was ik met Pissed Jeans in Londen, waar ze met Halloween optraden. De zanger had zich verkleed als vrouw. Ik heb een hele serie waarin hij langzaam transformeert, make-up opdoet, een jurk aantrekt en zich in een maillot hijst. Hij vond de foto's te gek, maar vroeg me ze nergens te publiceren omdat hij het té raar vond. Met die foto's heb ik dus niets gedaan. Het gaat me om de menselijke connectie en vertrouwen.'

Werkt dat bij concertfotografie ook zo? 'Het liefst leg ik dan een totaalplaatje vast, van de band maar ook het publiek, en hoe zij op elkaar reageren en met elkaar communiceren. Ook vind ik bewegingen die een muzikant maakt om muziek te maken, en dus niet bedoeld als showelement, erg mooi.'

Is het belangrijk om dat showelement niet.. Opgewonden onderbreekt Helderman de vraag: 'Ja! Ik haat dat showelement! Mensen halen het zo door elkaar, muziekmaken en het cliché dat ervan bestaat. Zo'n band als Moke, de bandleden dragen leer, gooien gitaren in de lucht, en het publiek vindt het te gek, terwijl hun muziek helemaal niet spannend is. Ik word er zo moe van dat alles op elkaar lijkt. De muziek komt dan compleet los te staan van het pure doel dat iemand muziek maakt voor een ander, de reactie daarop en de magie die dan ontstaat. Ik hoop dat ik die show steeds meer uit mijn foto's kan bannen.'

Maandag 8 november om 16:00 opent Nick Helderman zijn expositie in het Collegezalencomplex en in een open interview zal hij zijn werk verder toelichten.