Trillende trommelvliezen zijn verleden tijd

Staatssecretaris van Volksgezondheid Martin van Rijn tekent vandaag een overeenkomst met organisatoren van festivals en concerten dat de muziek zachter moet. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat van 810.500 Nederlands bekend is dat zij gehoorschade hebben opgelopen. Van Rijn kon deze geluiden niet meer aanhoren en besloot dus dat de muziek niet meer zo hard mocht zijn. Verder bleek dat 60 procent van de jongeren wel eens een piep hoort na het uitgaan en bij 20 procent deze irritante toon niet meer weggaat. De overeenkomst met de poppodia moet er niet alleen voor zorgen dat de muziek zachter wordt gezet maar ook dat bezoekers actief worden voorgelicht over de risico's van (te) harde muziek. Op deze manier hoopt Van Rijn dat bezoekers van festivals zich kunnen beschermen tegen de gevaren het hoge volume. De staatssecretaris hoopt dat deze overeenkomst gehoor krijgt en dat meer partijen zich nog aansluiten. In Nijmegen zal er echter weinig veranderen. Poppodium Doornroosje let al langer op dat de oortjes van het publiek niet kapot gaan en houdt zich al een tijd aan het convenant. Ook Mojo Concerts, dat onder andere het metalfestival Fortarock organiseert, houdt het netjes.

 

Lees meer

TV Buddhas

Het garagerocktrio TV Buddhas komt oorspronkelijk uit Tel Aviv, maar is tegenwoordig gevestigd in Berlijn. Niet dat de drie muzikanten daar vaak te vinden zijn, de TV Buddhas brengen een groot deel van hun tijd door in de tourbus. Sinds hun oprichting is 2007 traden zij meer dan zeshonderd (!) keer op. Op twee gitaren en een minimalistische drumkit en geïnspireerd door The Ramones maakt TV Buddhas snelle, psychedelische, melodische en naar eigen zeggen loser-georiënteerde new wave. Deze live sensatie moet je meemaken, ook als je géén loser bent. Entree gratis CultuurCafé, Mercatorpad 1 www.tvbuddhas.com

 

Lees meer

Uit de Oude Doos: Spinvis

Iedere twee weken rakelt ANS herinneringen op door een artikel uit de archieven te plukken. Deze week in de nostalgische rubriek: e-mailcontact met Spinvis Hij kwam afgelopen jaar met een nieuw album en speelde vorige week twee keer in een uitverkocht Doornroosje. ANS interviewde Spinvis deze maand over zijn manier van optreden, zijn teksten en zijn succes. Dat was niet de eerste keer: tien jaar geleden sprak ANS hem ook, toen hij debuteerde met zijn titelloze plaat. Is er veel veranderd in het voorbije decennium? Destijds vertelde Erik de Jong hoe hij in zijn huisje in Nieuwegein achter zijn computer liedjes zat te bouwen en tussendoor voor zijn kinderen zorgde. Over zijn muziek is hij heel stellig. 'Spinvis is geen optredende act. Wat ik maak, komt uit je speakers. Basta!' Lees hieronder het artikel van juni 2002

'Dromers zijn nog geen losers'

Datum: 3/5/2002 14:05:27 Van: Spinvis Naar: "Arnout Baas" >Arnout.Baas@ans-online.nl< Onderwerp: Re: e-mail voor Spinvis >Om maar met een cliché te beginnen: Waar komt de naam Spinvis vandaan? Geen idee... op een dag, een jaar of drie geleden, dook hij op in mijn hoofd. 'Wat ben jij nou?', vroeg ik. 'Ik ben een Spinvis!', was het antwoord. (Ondertussen weet ik dat een spinvis ook een soort kunstaas is, een spinnend rubber kunstvisje). >Waar kom je zelf vandaan? Omdat mijn vader een rondreizende wiskundeleraar was, hebben we in heel veel plaatsen gewoond. Uiteindelijk ben ik in Utrecht aangespoeld, waar mijn honderd-en-één bandjesverleden ligt. Toen was ik 14, nu ben ik 41. >Bestaat Spinvis uit meer mensen dan jij alleen? Nee, Spinvis is een zeer persoonlijke en individuele vorm van popmuziek. Natuurlijk speel ik ook met anderen, maar dat is heel wat anders. Het Spinviswerk ontstaat door elke dag een beetje te bouwen, te schrappen en te schaven, zoals eenschrijver of een schilder dat doet. Daarbij gebruik ik computers en samplers. Omdat ik al zo lang met die apparatuur omga, kan ik er snel en intuïtief mee werken. Zodanig dat de techniek zelf geen rol van betekenis meer speelt, en ik me alleen nog bezig hoef te houden met de zeggingskracht van mijn muziek. >In verschillende interviews en recensies wordt het beeld geschetst van een huisman >die tussen het huishouden door muziek maakt aan de keukentafel. In hoeverre klopt >dit beeld? Nou, dat beeld klopt heel aardig. Toen ik nog geen gezin had, en dus veel meer tijd voor mijn muziek had, was ik achteraf gezien helemaal niks productiever. Het zorgen voor de kinderen en de dagelijkse verplichtingen dwingen zelfdiscipline af, iets wat ik van nature niet heb. >Hoe lang ben je al met muziek bezig? Nou, ik kan me herinneren dat ik als kleuter tot tranen toe geroerd was door de tweede stem in 'Joepie Joepie is gekomen', maar dat bedoel je misschien niet. Ik was zestien jaar, mijn oudere broer had een punkbandje The Duds. Daar was ik zo'n beetje de jongste bediende, als de drummer er niet was mocht ik drummen en als de bassist het af liet weten, mocht ik bassen. Daarna volgden er heel veel meer bandjes uit de Utrechtse punk- en new-wave-scene. Na een jaar slagwerk en compositie te hebben gedaan op het Conservatorium van Rotterdam, heb ik de computer ontdekt. Eerst de onvolprezen Commodore 64 en de geweldige Atari 1040, nu Protools. >Je muziek is moeilijk te vergelijken met anderen. Probeer je opzettelijk anders te >zijn? Heb je helden of voorbeelden? Als je twintig bent, probeer je te klinken als je helden. Als je wat ouder bent, kun je alleen maar klinken als jezelf. Mijn muziek is de optelsom van alle invloeden die zich in de loop van de tijd hebben aangediend. Ik probeer niet opzettelijk anders te klinken, ik probeer wel opzettelijk alle elementen commentaar op elkaar te laten geven. Je hoeft modieuze elementen niet te schuwen zolang je ze maar eigen maakt en ze nieuw leven inblaast door ze een ongebruikelijke positie te laten innemen. >Wat probeer je te bereiken met het maken van muziek? Beweging, onthechting, troost. Maar eigenlijk is het maken van muziek een doel op zich. >Volgend jaar op of een ander groot festival? >Of geef je er de voorkeur aan zelf vol te zingen? Spinvis is geen optredende act. Wat ik maak, komt uit je speakers. Basta! We ben ik bezig om sommige stukken uit te voeren met oudere musici, mensen van een jaar of zeventig. Dat zou op Crossing Border in première kunnen gaan, maar dat is nog onzeker. >Reeds bezig met nieuw materiaal? Elke dag. De dertien nummers op deze cd waren een keuze, een mooi boeketje, uit veel meer nummers die al flink in de grondverf staan. Wat niet wil zeggen dat ik er nog rustig een jaar aan kan prutsen. >Mike Clark is het enige Engelstalige nummer op het album. Heb je meer plannen met >andere talen (waaronder Engels)? Nee, een beetje Spinvis kan alleen Nederlands zingen (en heel misschien een beetje Frans). >Herfst en Nieuwegein, de titel van één van de nummers op de cd; in mijn oren en ogen >de meest treurige combinatie die je kunt verzinnen. Wat is jouw associatie hiermee? Het is minder droevig bedoeld dan het lijkt. Een man staat bij een plattegrond bij het begin van de bebouwde kom. 'U bevindt zich hier', leest hij, en hij beseft met een schok dat dat zo is. De rest van het liedje is een foto van dat moment. Geen vrolijke foto, maar ook niet buitengewoon treurig. >Zou je willen reageren op het volgende: >'Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht.' Welnee. Er zijn mensen zat die perfect gelukkig zijn met het dromen van tien prachtige volges, liever dan met dat schamele musje dat dan toevallig echt is. Dromers zijn nog geen losers. >De studententijd is de mooiste in je leven! Nou, als je zo later op je leven terugkijkt, heb je het echt allemaal grondig verknald. >Tot slot nog een greep uit je eigen teksten: >'Kijk niet om ga steeds vooruit goeie reis en hou je haaks en kijk goed uit astronout.' (uit: 'De astronout') Niet bang zijn....springen!!! >'t is altijd wat en altijd spijt van het geld en alle tijd op de onverharde wegen die je >naar hier hebben geleid' (uit: 'Bagagedrager') Maak jezelf maar niks wijs; zelfs de beste zeiler heeft niks te zeggen over de wind. >'...en dan lach ik elke keer maar weer mee; ik ken een raadsel over eenzaamheid, het >gaat als volgt: wat doet pijn en telt voor twee.' (uit: 'Smalfilm') Sorry, hier kan ik echt niks over zeggen zonder de tekst te beschadigen. Oké? Groeten uit Nieuwegein, Erik de Jong spnvs

 

Lees meer

Wie zijn het kaf en het koren? - Ohlsen

Eind mei vindt de finale van de Nijmeegse studentenbandwedstrijd Kaf en Koren plaats. ANS maakt kennis met de vier finalisten in aanloop naar het slotstuk in poptempel Doornroosje. De muzikale formatie Ohlsen, een van de vier finalisten, bestaat uit Jens van de Meulenhof (21), Jurian ter Horst (22) en Tjeu Mutsers (21). ANS sprak met zanger en gitarist Jens van de Meulenhof. Tekst: Evy van der Aa Foto: Nadia ten Wolde Hoe is Ohlsen ontstaan? ‘We kennen elkaar al vanaf groep 3 en in groep 8 bleek dat we dezelfde muziek leuk vonden. Toen was dat punkrock á la Blink 182 en Sum 41. De band is in 2006 opgericht, dus inmiddels spelen we alweer bijna 10 jaar samen. De eerste jaren speelden we covers van onder andere Greenday, maar kregen op zeventienjarige leeftijd meer interesse in Britse muziek Die muziekstijl gaat meer de indiekant op en wijkt dus af van de tienerachtige emotionele poppunk die we daarvoor maakten. Nu spelen we vooral eigen nummers.’ Beschrijf jullie muziekstijl eens. ‘Ik zou onze muziek omschrijven als een combinatie van warme, catchy indie-rock en pop. Het is voor ons belangrijk dat de muziek dansbaar is. Je moet los kunnen gaan, dat hoort bij Britse indie. Dat proberen we in onze muziek uit te dragen, omdat dat ons alle drie aanspreekt. Hoe komen jullie nummers tot stand? ‘Soms zit ik op de fiets en heb ik ineens een melodielijn in mijn hoofd. Helaas lukt het me bijna nooit om dat te onthouden. Nieuwe nummers komen dan ook vrijwel altijd voort uit repetities, als we samen spelen of wanneer ik gewoon mijn gitaar oppak. Dan zijn we gewoon aan het jammen en zegt een van ons ineens dat het vet klinkt. Daar proberen we dan iets uit op te bouwen. De teksten schrijven we er later bij. In principe zorgt de rest van de band dat zij de week na de jamsessie de melodielijn onder de knie hebben en verzin ik de teksten. Onze nummers zijn meestal licht, want we hebben geen last van liefdesverdriet, waar de meeste muzikanten over schrijven. Ik ga geen zware verhalen zingen, dat pas ook helemaal niet bij ons. We zingen over de basisdingen in het leven, zoals over een fucking vette tijd met vrienden op vakantie.’ Wat is het gekste dat jullie op het podium hebben meegemaakt? ‘Laatst zat er een man met een gekleurde poncho en een sombrerohoed bij ons op het podium. Volgens mij had hij zelfs klompen aan. Ik weet niet waarom hij daar zat, maar hij bleef daar een kwartier zitten en verliet daarna het podium. Dat was wel heel opmerkelijk.’ Jullie muzikantenleven zal niet alleen over rozen gaan? ‘Het is moeilijk om als onbekende band optredens te krijgen. Wij komen uit de buurt van Eindhoven. Deze stad wordt ook wel eens Rockcity genoemd, maar dat valt voor ons tegen. Je moet veel spelen om boekingen te krijgen en dat lukt niet altijd, omdat we alle drie veel tijd kwijt zijn aan school, stages en hobby’s. Hier in Nijmegen gaat het ons een stuk beter af. Doordat we meedoen aan de Roos van Nijmegen en Kaf en Koren, hebben we meer optredens kunnen regelen. Daarnaast blijft het opbouwen en afbreken van je spullen een kutklus, maar dat hoort er helaas bij.’ Via deze linkkun je luisteren naar de muziek van Ohlsen.

 

Lees meer

Wie zijn het kaf en het koren? - The Mothmen

Eind mei vindt de finale van de Nijmeegse studentenbandwedstrijd Kaf en Koren plaats. ANS maakt kennis met de vier finalisten in aanloop naar het slotstuk in poptempel Doornroosje. De muzikale formatie The Mothmen, een van de vier finalisten, bestaat uit Erik Muijsenberg (27), Peter Muijsenberg (31) en Mike Peeters (22). ANS sprak met de zanger en gitarist Peter Muijsenberg. ‘Onze songteksten gaan allemaal over spookverhalen, cryptozoölogie en ufo’s.'

Tekst:Tijs Sikma
Foto:
Jeffrey van Poppel

Hoe is The Mothmen ontstaan?
‘Tijdens een verjaardagsfeestje van onze drummer besloten we spontaan een band te beginnen. De andere gitarist is mijn broertje. Ik mag eigenlijk geen broertje meer zeggen, want hij is al 27. De drummer is een vriend van mij. Geen van ons wou basgitaar spelen en we wilden ook niet nog iemand erbij zoeken. We spelen daarom nog steeds met twee gitaren, drums en zonder bas. Nu is het ook een soort gimmick, want mensen kennen ons als ‘die band zonder bas’. Daarnaast is dit muzikaal ook een leuk experiment, omdat je het gemis van de bas moet compenseren. Dat doen we onder andere door een baritongitaar te gebruiken. Deze zit qua hoogte precies tussen een bas en een normale gitaar in.’

Beschrijf jullie muziekstijl eens
‘Dat is een heikel punt, veel muzikanten willen niet in een vakje worden geduwd. Dat vind ik bullshit, maar ik weet niet zo goed in welk vakje wij passen. Aan de ene kant zou ik ons plaatsen binnen de muziek van de jaren tachtig door onze post-punk, new wave-achtige stijl, maar aan de andere kant passen we ook bij de jaren vijftig. Eerst dachten we dat we garagerock maakten. Afterpartees - een andere band uit de gemeente Horst aan de Maas, waar wij ook vandaan komen - die de koningen van garagerock in Nederland aan het worden zijn en een beetje de bewakers van de garagerock in Nederland, zeiden: “Jullie zijn geen garagerock, jullie zijn garagepunk.” Een ander bijzonder kenmerk van onze band is dat alle songteksten gaan over spookverhalen, cryptozoölogie en ufo’s, dat soort dingen. Dat is een mooie manier om je te presenteren, dan heb je als band meteen een duidelijk concept.’

Het muzikantenleven zal niet alleen maar over rozen gaan?
‘We moesten in een bar in Hasselt, België, spelen. De eigenaar wist niet eens dat er een band kwam. Toen moesten we zelf de lichten ophangen, het podium opbouwen en zelf bij de deur zitten voor de inkomsten. Dat was echt te bizar voor woorden. We hadden een vast bedrag afgesproken, maar het leek er even op dat we zelfs dat niet zouden krijgen. In België is het of gigantisch goed geregeld of totaal niet goed geregeld. Het publiek is daar wel altijd goed. In België laten ze hun waardering meer blijken. Wij komen uit Noord-Limburg en als je het publiek daar kunt beroeren, kun je dat overal. Daarnaast vind ik het muzikantenbestaan sowieso soms wel zwaar. Ik heb een gezin en had ook met mijn dochter kunnen gaan wandelen in het bos. Dan moet je om drie uur 's nachts na twee uur rijden je spullen uitladen en alle spullen weer de trap op naar boven sjouwen. Mijn schoonmoeder zegt ook altijd: “Waarom doe je dit in vredesnaam nog?”’

Waarom doe je het dan nog?
‘Omdat dit het leukste is wat er is. Op het podium staan is gewoon ontzettend leuk. Liedjes maken uit het niets is geweldig, die zijn van jou en op een gegeven moment leren andere mensen het dan ook kennen. In de studio werken is ook fantastisch, dan heb je zoveel vrijheid. Ons grootste doel is nog om een soundtrack voor een James Bond-film te maken. Hopelijk is het dan de remake van Moonraker, dan kunnen we het mooi combineren met een science-fictionthema.’

 

Lees meer

Zwaar gelukkig

Op 17 oktober zullen de folk-vocalen van muziekduo Tangarine in het nieuwe Doornroosje weerklinken. Hun nieuwste cd Move On is een ode aan een fantastisch jaar en vormt de vrolijke noot die in het vorige album vol zware nummers grotendeels ontbrak. ‘Wij zijn eigenlijk helemaal niet zo serieus.’ Tekst: Marit Willemsen Foto's: Pleunie de Wild Dit artikel verscheen eerder in de intro-ANS 'Je wordt gewoon aan het werk gezet man', lacht Sander naar een journalist die wat onhandig aan komt zetten met twee koppen koffie voor hemzelf en Sander. De persdag van Tangarine, een vrolijk en excentriek uitziend duo bestaande uit de tweelingbroers Arnout en Sander Brinks, is druk bezocht. Het duo blijft er rustig onder, drinkt buiten in het zonnetje hun bakkie troost en steekt in de ‘pauze’ even een peuk op. Een paar jaar geleden was er van enig management, laat staan interviews, geen sprake. ‘Niemand wilde onze muziek’, vertelt Arnout. De tweeling richtte hun eigen maatschappij op en regelde zelf hun optredens, toen bleek dat niemand interesse had in de demo’s van hun eerste cd Between the lines (2008). Echt rouwig zijn de broers daar achteraf niet om. ‘Ik vind onze eerste plaat absoluut niet goed. Hij staat ook niet online en dat is prima’, aldus Sander. Vijf cd’s en jaren van hard werken later, keerde in 2013 het tij, toen het duo doorbrak met Seek & Sigh. Toen zij voorgesteld werden als huisband van De Wereld Draait Door maakten de krullenbollen pas echt furore. Als kers op de taart werd in augustus van dit jaar de vrolijke plaat Move On uitgebracht, een ode aan een geweldige tijd voor het duo. ‘We denken soms, fack man, wat hebben we het toch goed’, grijnst Arnout. De gebroeders Brinks groeiden op in Assen, binnen een strenggelovige gemeenschap. ‘We komen uit vrij gesloten omgeving en heel veel muziek werd er niet gedraaid’, vertelt Arnout. ‘Het was een hele kleine wereld.’ Dit bleek achteraf een grote impact te hebben gehad op de muziekstijl die Tangarine nu zo uniek maakt, namelijk folk. De broers ontbrak het door hun strenge opvoeding aan de vele invloeden van buitenaf en moderne muziek die anderen wel te horen kregen. ‘Veel muzikanten die we kennen zijn opgegroeid met heel veel muziek en een vader met kasten vol lp’s en wij hadden dat gewoon niet’, verklaart Arnout. ‘Af en toe luisterden we radio, dat was het’, valt Sander in. De tweeling begon opvallend genoeg juist in die tijd met eigen liedjes schrijven. Hoe kan het dat jullie toen zijn begonnen met muziek maken? Arnout: ‘We zijn begonnen uit een soort onwetendheid. Op de christelijke camping waar we altijd kwamen was een oudere jongen die zijn eigen teksten schreef, wij waren dertien en hij was zeventien. Dat vond ik erg stoer en ik ben dat toen na gaan doen. Sander begon in die tijd met gitaar spelen, want dat deed ook iemand daar.’ Sander: ‘Ik kende drie akkoordjes op de gitaar, en maakte liedjes bij de teksten die Arnout schreef.’ Arnout: ‘Toen ik net begon met liedjes schrijven, pakte ik een cd’tje van Diana Ross en ben ik die teksten over gaan nemen. Ik liet het zien aan Sander, “kijk eens wat ik heb gemaakt!”.’ Sander: ‘Die teksten gingen allemaal over hoe erg hij van mannen hield, en het Engels was ook niet bepaald super. Ik dacht echt: “Gast, wat doe je?”.’ Waren de meeste liederen die jullie toen leerden spelen niet juist religieus van aard? Arnout: ‘Niet per se, het waren ook best veel traditionals, hele oude folk-liedjes en dergelijke. Folkmuziek is wel gebaseerd op religie. Het is hele makkelijke muziek, maar wel mooi en oprecht. Ik kan dat nog steeds waarderen. Dat we nu folk maken komt deels daardoor denk ik.’ Tangarine wordt door hun muziekstijl vaak in één adem genoemd met folk-duo’s ‘van toen’, zoals Simon and Garfunkel of The Everly Brothers. ‘Daar ben ik het zelf echt niet mee eens hoor’, reageert Arnout stellig. ‘Ik las laatst een recensie waarin we met dertien verschillende artiesten werden vergeleken. Elke keer worden er weer andere artiesten bijgehaald en in totaal zijn het er wel vijftig, dus eigenlijk probeert iedereen gewoon te zeggen dat onze muziek origineel is.’ Aan het vergelijkingsmateriaal te zien, worden jullie wel vaak in het hokje ‘ouderwetse’ muziek geduwd. Sander: Je hebt natuurlijk een stempel, mensen gaan je altijd benaderen op een manier die ze kennen. Dat jaren zestig geluid daar doe je niets aan, omdat je nu eenmaal op een bepaalde manier klinkt. We kiezen bewust voor bepaalde instrumentaria bijvoorbeeld. Arnout: We kregen dat vroeger al te horen toen we demo’s opstuurden. De platenmaatschappijen dachten dat we veertig waren, in werkelijkheid waren we twintig. In de jaren zestig en zeventig was alle muziek gewoon heel puur en daar houden wij van.’ tangarine Is moderne muziek dan niet puur? Arnout: (lachend) ‘Laatst speelden we op 3FM, en daar moet je een liedje coveren uit de top 50. Dan ga je dat doorluisteren en dan denk je echt: “shit man”. Soms staan er goede dingen tussen, maar er zijn heel veel nummers waar ik niet zoveel mee kan. Dat ligt vooral aan de insteek van de muziek. Het heeft geen inhoud, maar het moet wel dansbaar zijn.’ Sander: ‘Tekstueel is het vaak ook heel plat, heel makkelijk. Enige creativiteit lijkt te ontbreken.’ Dat de tweeling erg serieus is wanneer het aankomt op songteksten schrijven, blijkt vooral uit de nummers op het album Seek & Sigh. Een fragment uit het gelijknamige nummer illustreert de leidraad van deze cd: zware teksten en verdrietige songs. Leave me in the shade So I can hide away From the saints and the sin From the loss and the win Cause they expected me to be like them From the cradle to the grave Leave me in the shade So I can hide away ‘We hadden nog af te rekenen met dingen uit het verleden’, zo verklaart Sander de zware kost. ‘Dit ging heel diep, maar het heeft ons enorm geholpen bepaalde dingen te verwerken.’ ‘We speelden op deze manier voor eigen psycholoog’, beaamt zijn broer. Welke vroegere ervaringen de broers achter zich moeten laten, vertellen ze liever niet. ‘We leven in een tijd waarin mensen zich niet echt interesseren voor teksten, dus al die vragen van de pers over ons verleden hadden we niet verwacht’, bekent Arnout. ‘Ik vind ook niet dat we dat moeten uitleggen, vooral goede teksten moet je soms gewoon aan de luisteraar overlaten.’ Inspiratie voor teksten vindt het diepe duo vooral in zichzelf, maar ook anderen zetten de broers aan het nadenken. Zo schreven zij een protestlied voor de onterecht veroordeelde Lucia de Berk. ‘We meenden niet dat we er iets mee konden bereiken, want we waren niet bekend, het verhaal raakte ons gewoon’, aldus Arnout. Met de nieuwste plaat Move On laat het duo, zoals de titel het al weggeeft, alle ellende en verdriet achter zich door middel van vrolijke, luchtige nummers. De clip van het lied It’s allright, illustreert dit prachtig. De jongens dansen minuten lang op een komische en ietwat spastische manier in het rond. ‘We hebben een fantastisch jaar gehad en dat zie je echt aan deze plaat. Aan de buitenkant zijn wij ook veel meer de jongens die je in It’s allright ziet dan de jongens die heel zwaar zijn’, aldus Arnout. ‘Zwaar?’ Lacht Sander, terwijl hij naar zijn magere evenbeeld kijkt. ‘Oké, depressief dan. Wie denkt dat het duo na Move On ook echt ‘klaar’ is, heeft het mis. De broers denken serieus aan een ‘experiment’ om solo te gaan. Of dit gaat werken? ‘Natuurlijk wel!’ Arnout lijkt een totaal andere weg inslaan bovendien geen gek idee. ‘Ach, wie weet maken we nog wel een rockplaat.’ Klik hier voor de overige artikelen uit de oktober-ANS.

 

Lees meer