Onderwijs Orakels: 'Tijd voor reflectie op onderwijs is er weinig'

Aanstaande dinsdag vindt Onderwijs Orakels plaats, een initiatief voor innovatieve ideeën voor het hoger onderwijs. In de aanloop naar dinsdag vertellen sprekers over hun idee op ANS-Online. Deze keer: Daniel Wigboldus, hoogleraar Sociale Psychologie en onderwijsdirecteur Psychologie en Kunstmatige Intelligentie. Als onderwijsdirecteur aan de Radboud Universiteit houd ik mij vrijwel dagelijks bezig met universitair onderwijs. Ik geef onderwijs, ik praat over onderwijs en ik organiseer onderwijs. Het enige wat ik eigenlijk niet doe is het zelf volgen van onderwijs. De toenemende studentaantallen, de onderwijsintensiveringen, de druk om wat onderzoek betreft topprestaties te leveren, de gemiddelde docent aan de universiteit heeft tijd tekort. Tijd voor reflectie op onderwijs is er weinig. Dit is zonde. Als onderwijsdirecteur heb ik de afgelopen jaren gemerkt dat er, verspreid over de hele universiteit, een schat aan kennis over goed onderwijs aanwezig is. Er zijn docenten die boeiende, motiverende, uitdagende hoorcolleges geven. Er zijn werkgroepbegeleiders die een werkgroepbijeenkomst tot een intellectueel feestje maken. Er zijn scriptiebegeleiders die het onderste uit de kan halen bij hun scriptiestudenten. Er zijn echter ook docenten waarbij dit minder vanzelf lijkt te gaan. Wat kunnen we als docenten nog veel van elkaar leren aan de universiteit en wat zonde dat dit zo weinig gebeurt. Wat mij betreft krijgt elke universitair docent om te beginnen een paar uur per maand de tijd om onderwijs te volgen bij een collega. Er is weinig leerzamer dan een collega aan het werk te zien en samen na te bespreken wat goed gaat en wat juist minder goed gaat. Als onderzoekers zitten wetenschappers regelmatig bij elkaar om mee te denken over elkaars onderzoek en om elkaar kritische vragen te stellen. Zou het niet mooi zijn als we als wetenschappers ook regelmatig bij elkaar zouden zitten om feedback te geven op elkaars onderwijs? Het onderwijs kan er wat mij betreft alleen maar beter van worden. Goede studenten verdienen goede docenten (en omgekeerd). Meer weten? Daniel Wigboldus spreekt morgen op Onderwijs Orakels in CC3.

 

Lees meer

Onderwijs Orakels: Een verandering die niemand geld kost

Aanstaande dinsdag vindt Onderwijs Orakels plaats, een initiatief voor innovatieve ideeën voor het hoger onderwijs. In de aanloop naar dinsdag vertellen sprekers over hun idee op ANS-Online. Vandaag: Pepijn Eymaal, bestuurslid van Studentenvakbond AKKU en lid van de USR namens AKKUraatd. De laatste tijd is er veel aandacht besteed aan studiefinanciering en de invoering van een leenstelsel. Ook wordt getracht een alternatief voor die twee opties te vinden. Het onderwijs zelf dreigt echter vergeten te worden. Er wordt geroepen dat de rendementen moeten verbeteren; vervolgens komen studenten daartegen in opstand. Bezuinigingen worden doorgevoerd en eveneens worden studenten dan terecht kwaad. Maar wat ik niet onbelangrijk vind, is dat ook gekeken wordt naar de inrichting van het onderwijs en het systeem van onderwijs dat we nu kennen. Studenten worden in een keurslijf geduwd en door rendementsmaatregelen bewogen hun studie af te ronden. De geldigheidsduur van behaalde vakken wordt beperkt en er worden bindende studieadviezen gegeven, ook al ben ik de sterke mening toegedaan dat ‘bindend advies’ een contradictio in terminis is. Maar speelt de motivatie van studenten nog wel een serieuze rol? Hoe kijken we naar de interactie tussen docent en student? Komt de boodschap van de docent aan en vergaren studenten daadwerkelijk nieuwe kennis? In september 2009 ben ik begonnen aan een dubbelstudie Rechtsgeleerdheid en Bedrijfskunde. De grootste zalen van de campus blijken soms te klein; beide studies trekken veel studenten aan. Zij beginnen na het behalen van een vwo-diploma aan een wetenschappelijke opleiding. Dat is vrijwel een gegeven; vwo is immers de afkorting voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Wat ik echter zie, is dat veel studenten helemaal niet willen studeren om wetenschappelijke theorieën te vergelijken en daaraan een eigen conclusie te verbinden, maar een leuke baan in het maatschappelijke leven willen krijgen. Met andere woorden stel ik dat het onderwijs dat zij willen ontvangen beroepsonderwijs is! Dat is een volkomen legitieme keuze. Vwo-scholieren gaan echter niet vlug naar het hbo, want daar gaan havisten naartoe. Studenten die beroepsonderwijs willen volgen en van het vwo afkomen vinden op het hbo nu ook lang niet altijd een thuis, omdat het niveau van uitdaging voor hen toch te laag blijkt te liggen. Maar gegeven die reden om te willen studeren vinden ze ook geen thuis op de universiteit, want Bedrijfskunde blijkt dan een theoretische, abstracte studie te zijn. Wanneer de vraag ‘wat kun je nu?’ na het behalen van een master gesteld wordt, is het antwoord ‘vrijwel niets’; de student heeft niet leren organiseren, heeft niet per se leren samenwerken, maar is blijven hangen in de theorie. Niet voor niets worden nevenfuncties en bestuursfuncties door het beroepsveld gewaardeerd! Ik zou willen zeggen dat we moeten kijken naar de inrichting van het onderwijs en ons model. Laten we ervoor zorgen dat studenten het onderwijs krijgen dat zij verwachten. Docenten moeten een boodschap brengen die studenten wakker schudt en niet in slaapt wiegt. Dan krijgen we gemotiveerde studenten en docenten en dan worden rendementsmaatregels overbodig. Het beste van alles is bovendien dat mijn voorstel niemand geld kost.

 

Lees meer

Onderwijs Orakels: Eerlijker beurzensysteem bij teruglopende middelen?

Aanstaande dinsdag vindt Onderwijs Orakels plaats, een initiatief voor innovatieve ideeën voor het hoger onderwijs. In de aanloop naar dinsdag vertellen sprekers over hun idee op ANS-Online. Vandaag: Lisa Westerveld, lobbyist van de Algemene Onderwijsbond en János Betkó, medewerker van het Netherlands Quality Agency. In de ideale wereld is er genoeg geld beschikbaar om iedereen die gemotiveerd en slim is te laten studeren. In deze wereld is er voldoende tijd voor studenten om extra vakken te volgen, bestuurs- en medezeggenschapswerk te doen en daarnaast de studie met hoge cijfers af te maken. In de wereld waarin wij leven is echter besloten dat hoge rendementen belangrijker zijn dan kwalitatief goed onderwijs en dat 1,2 miljard aan bezuinigen op de studiebeurs nauwelijks ten koste gaat van de toegankelijkheid. Deze gedachten zijn niet nieuw. Ironisch genoeg is het huidige stelsel van studiefinanciering in 1986 ingevoerd als bezuiniging en is er sindsdien bij iedere bezuinigingsronde wat van afgesnoept. Ter vergelijking; in 1986 was de basisbeurs 266 gulden voor thuiswonende en 604 gulden voor uitwonende studenten. Het collegegeld was 1292 gulden. De hoogte van de beurzen is nagenoeg gelijk gebleven, in een tijd waarin levensonderhoud, de huurprijs en andere kosten stijgen. Het collegegeld is ongeveer drie keer over de kop gegaan. Toch is het huidige beurzensysteem moeilijk te verdedigen. Niet eens zozeer omdat veel mensen geloven in het sprookje van ‘de slager die betaalt voor de advocaat’. Wel omdat het systeem achterhaald is. De bedragen zijn al lang niet meer voldoende om studiekosten, huur en levensonderhoud te kunnen betalen. Geld om die bedragen naar een reëel niveau op te trekken is er niet, integendeel. Daarnaast gaat het huidige beurzensysteem uit van een flinke bijdrage van de ouders, en is het de vraag of jong-volwassenen wel afhankelijk van hen moeten zijn. Dat het hoger onderwijs toegankelijk moet blijven, staat voor ons vast. Dat het vooruitzicht op een torenhoge schuld in tijden van baanonzekerheid daar niet aan bijdraagt, lijkt ons ook evident. Tegelijkertijd beseffen wij ook heel goed dat hoogopgeleiden gemiddeld genomen meer verdienen dan anderen. Een oplossing voor bovenstaand dilemma is studietaks: een systeem waarbij alle studenten een beurs krijgen als gift, die hoog genoeg is om van te leven. Als compensatie dragen afgestudeerden een klein percentage van hun inkomen af zodra ze werk hebben, gedurende een deel van hun leven. Niet iedereen zal blij zijn met deze verkapte belastingverhoging, maar studenten hoeven geen tijdrovende bijbanen te hebben, zijn ouderonafhankelijk en leenangst verdwijnt. Bovendien wordt de rekening ook nog eens eerlijk verdeeld en kan een dergelijk systeem zelfs ingevoerd worden bij een bezuiniging. Dit zal er toe leiden dat goedbetaalde chirurgen en bankdirecteuren wat meer afdragen dan verplegers en de leraren. Dat is niet erg, want laatstgenoemde groepen hebben een minder hoog salaris en we hebben hen net zo hard nodig. Meer weten? Klik dan hierof kom morgen naar Onderwijs Orakels. Daar spreken Lisa Westerveld en János Betkó.

 

Lees meer

Onderwijs Orakels: Massaliteit is geen keuze, massaliteit is een taak

Vandaag vanaf 12.30 uur vindt in Nijmegen Onderwijs Orakels plaats, een initiatief voor innovatieve ideeën voor het hoger onderwijs. In de aanloop naar dinsdag vertellen sprekers over hun idee op ANS-Online. Deze keer: journalist Henk Strikkers. Laten we eerlijk zijn. Er is maar één manier waarop Nederland economisch kan overleven en dat is kennis. Al onze vroegere economische briljanten zijn inmiddels vertrokken. Landbouw wordt tegenwoordig grootschalig uitgevoerd in het Oostblok of in de Verenigde Staten en onze landbouwsector overleeft slechts dankzij de Europese subsidies die haar jaarlijks worden toegestopt. De Rotterdamse haven is nog wel de grootste van Europa, maar op wereldschaal wordt ze ieder jaar weer voorbijgestreefd door nieuwe opkomende regio’s in het Verre Oosten. De textielindustrie, ooit de trots van Brabant en Twente, is allang vertrokken naar lagelonenlanden. Er is nog maar één economische factor waardoor Nederland zich op het wereldtoneel staande kan houden en dat is kennis. Tot nu toe doen we dat redelijk goed. De regio rond Eindhoven is uitgeroepen tot slimste ter wereld en steeds meer Nederlanders zijn hoogopgeleid. Het aantal studenten is in vergelijking met 1950 ongeveer vertienvoudigd, terwijl de bevolking in die periode met slechts 60 procent groeide. Toch is het hoger onderwijs in gevaar. Waarom? Het toenemende aantal studenten zet de huidige systemen, die sinds 1950 grofweg niet zijn veranderd, onder druk. Collegezalen puilen uit, het budget dat universiteiten per student beschikbaar hebben is ongelooflijk gekrompen en studenten hebben nu andere verwachtingen van hun studie dan zestig jaar geleden. Er moet dus iets gebeuren. De reflex die veel universiteitsbestuurders en beleidsbepalers hebben is het beperken van de instroom. De Radboud Universiteit wil bijvoorbeeld al jaren ‘niet groter, maar beter worden’. Halbe Zijlstra, de voormalige staatssecretaris van Onderwijs, pleitte voor selectie aan de poort bij universiteiten en hogescholen. Minister Bussemaker voert die selectie nu in voor mbo’ers die willen doorstuderen aan hogescholen. De Erasmus Universiteit stuurt iedere student die in eerste studiejaar niet alle studiepunten haalt naar huis en dat inspireerde de eerdergenoemde minister om ook een bindend studieadvies in het tweede en het derde bachelorjaar voor te stellen. Er is maar één passende reactie op al deze voorstellen, namelijk een keihard NEE. Beperking van de instroom is de nagel aan de doodskist van de kenniseconomie. Massaliteit is namelijk geen keuze, massaliteit is een taak. Benieuwd naar een betere oplossing? Henk Strikkers spreekt aanstaande dinsdag tijdens Onderwijs Orakels om 15.15 uur in CC3.

 

Lees meer

Orakels willen frisser debat over onderwijs

Het is wel of geen leenstelsel, wel of geen basisbeurs en wel of geen OV-kaart. Het debat over het leenstelsel in de Tweede Kamer vandaag bewees het nog maar eens. De Kamer loopt veelal achter de minister aan, studentenorganisaties zijn fel tegen, maar echt nagedacht wordt er niet. Studenten van de groep Onderwijs Orakels zijn er klaar mee en starten een protestactie. 'Er is zoveel meer dan alleen de redenatie óf basisbeurs óf leenstelsel. Uiteindelijk willen we allemaal graag goed onderwijs, dat kan ook via andere wegen', aldus woordvoerder Max Patelski, die overigens oud-ISO bestuurder is. Keiharde aksie is voor Patelski echter geen optie. 'Je zult mij niet "boe" zien roepen en luisteren naar politici op het Malieveld die toch vastzitten in hun eigen verhaal. Je kunt ook op een andere manier wat bereiken, bijvoorbeeld door na te denken over andere onderwerpen zoals het digitaliseren van het onderwijs.' Dat nadenken gebeurt op 23 april met een ideeënmarathon. In duizend minuten zullen de onderwijsorakels vier universiteiten aandoen, waar er wordt gesproken en gebrainstormd over de toekomst van het hoger onderwijs. Concrete plannen worden daarna aan de minister en Kamerleden aangeboden. Naast Amsterdam, Utrecht en Delft doet ook Nijmegen een duit in het zakje. Hier leidt Niek Janssen het project: 'Over de inhoud kan ik nog weinig zeggen, maar ik denk dat er landelijk bekende sprekers zullen zijn, hoogleraren en hopelijk ook veel studenten. Ik hoop in ieder geval dat we eens op een positieve manier over het hoger onderwijs kunnen spreken.'

 

Lees meer