Bussemaker lanceert pilot voor instellingsaccreditatie
Minister Bussemaker laat in een brief aan de Tweede Kamer weten dat vanaf 2017 drie hogescholen en drie universiteiten de accreditatie van hun opleidingen in eigen hand mogen nemen.
Tot nu toe heeft de onafhankelijke Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO) deze kwaliteitsbeoordeling altijd gedaan. Als het experiment na drie à vier jaar een succes blijkt te zijn, zal de overheid de nieuwe vorm van accreditatie waarschijnlijk door meer instellingen zelf laten uitvoeren. In het huidige stelsel beoordelen externe deskundigen van het NVAO elke zes jaar iedere afzonderlijke opleiding. Slechts opleidingen die worden goedgekeurd, kunnen uiteindelijk diploma's verstrekken. Ook bij Bussemakers nieuwe keuring worden opleidingen om de zes jaar beoordeeld, maar de accreditatie geldt in tegenstelling tot nu voor onbepaalde tijd. Daarnaast geven deskundigen in de pilot advies aan instellingen zonder dat de NVAO daarbij een rol speelt. Het doel van de minister is om zo de verantwoordelijkheid van de kwaliteit te leggen bij de docenten en studenten. Zij wil bovendien de hoeveelheid papierwerk halveren die de instellingen moeten aanleveren, omdat deze in het huidige systeem te veel last zou geven.
De Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) keurt Bussemakers vervanging voor de opleidingsaccreditatie af. De organisatie betreurt dat externe controle verdwijnt en dat opleidingen moeilijker zullen te zijn vergelijken. Persvoorlichtster Ellen Schepens ligt toe waarom Bussemakers plan studenten aangaat: 'Studenten betalen steeds meer en verdienen goed onderwijs. Instellingen zullen nooit zo kritisch zijn als externe partijen en door het nieuwe plan wordt de kwaliteit van opleidingen niet gegarandeerd.' Ook zijn volgens de LSVb de administratieve lasten voor instellingen hoog, omdat ze zelf veel documenten aanleveren en niet zozeer omdat het systeem niet werkt.