Schatje

'Ik ben je schatje toch?' Dit was het startschot van zoveel moois dat ik het jullie niet kon onthouden. Sterker nog, ik heb de column die ik al klaar had weggezet voor een andere keer. Ik sta in de Hema, met een mandje vol goedkope, maar duurzame t-shirts en maillots (want het wordt immers weer winter), en achter me staat een nietsvermoedende man te bellen. Het is een beetje een zielig type, net iets te oud voor het hippe mutsje dat hij over zijn ongewassen haar heeft getrokken, en zich net iets te lang niet geschoren. Nadat hij 'slaap lekker schatje' in de hoorn heeft gemompeld hangt hij op. Achter hem staat een vrouw van grote proporties. Haar afrokapsel doet haar figuur geen goed en ze heeft een trainingspak aan. De man kijkt een beetje leeg haar kant op. 'Hallo! Ik zeg iets tegen je sukkel, ik was toch je schatje? Ja toch?' De man knikt een beetje lijzig. Zijn ogen staan op horrormodus. Betrapt. In de Hema. 'Nou wie is dan dat andere schatje?' Tjah. Wat moet hij daar nou op antwoorden. Hij denkt na. Te lang voor de vrouw, want ze blijft maar vragen wie het andere schatje is, terwijl ze haar borsten steeds dieper in zijn buik begraaft. Haar vinger wijst beschuldigend naar zijn neus. 'Je moet niet denken dat je me gaat lopen playen jongen!' Ze gooit haar mandje op de grond. 'Kijk nou wat je doet!', zegt ze terwijl ze op haar mandje wijst. De man weet inmiddels helemaal niet meer wat hij moet doen en gaat op zijn knieën om de spulletjes weer in het mandje te doen. 'Sorry' mompelt hij. 'Sorry? Sorry!? Ik vraag je wat eikel, wie is dat schatje? Zeg, anders maak ik je telefoon kapot! Jij vuile rondneuker. Rotzak. Je bent een lul.' Je snapt dat inmiddels iedereen in de omtrek van ons gangpad is komen kijken. Dat maakt de vrouw niets uit. De man zal publiekelijk sociaal vermoord worden en schuld betuigen. Hoe meer bekijks hoe beter. Ergens vind ik het een beetje zielig worden. 'Schatje ik kan het uitleggen, maar niet hier. Zullen we even ergens gaan zitten?' Hij heeft zijn stem weer gevonden en probeert de vrouw bedeesd weg te leiden. Ze laat zich echter niet leiden en geeft hem een klap. 'Smeerlap. Ik durf te wedden dat je dat tegen al je vriendinnetjes zegt. Hoeveel heb je er? Nou?' Hij haalt zijn schouders op. 'Schat, dat was mijn dochtertje. Ze wilde me nog even spreken voordat ze ging slapen.' De vrouw wordt stil. Iedereen probeert weg te kijken van de gênante situatie. 'Oh, je dochter. Ja. Dat is waar ook', zegt ze zachtjes. 'Ja', zegt hij. Omstanders druipen voorzichtig af en ik kan niet langer doen alsof ik twijfel tussen twee verschillende pannenlappen, dus ik loop richting de kassa. Een minuut later lopen ze samen de winkel uit.