Nijmeegse toewijding

Op 13 maart komt het nieuwe album Devotion van de Nijmeegse singer-songwriter Roy Santiago uit. Hoe toegewijd moet je zijn om als onbekende muzikant uit Nijmegen een album uit te brengen? ‘Het leuke aan muziek maken, is dat je nooit van tevoren weet wat er uit gaat komen.’

Tekst: Tijs Sikma
Foto's:
Simone Both

Dit artikel verscheen eerder in de maart-ANS

‘I’m always amazed that people take what I say seriously. I don’t even take what I am seriously’, schijnt David Bowie ooit gezegd te hebben. Roy Santiago noemt hem zijn grote muzikale voorbeeld. De Nijmeegse zanger heeft op het eerste gezicht weinig overeenkomsten met deze uitgesproken en extravagante zanger. In het hippe koffiecafé De Fuzz wordt geprobeerd om de schuchtere en slungelige zanger opmerkelijke uitspraken te ontfutselen. Tijdens het interview blijft hij terughoudend en bescheiden in zijn antwoorden. Wat is Roy Santiago’s sound and vision en in welke mate heeft hij deze als onbekende muzikant in zijn nieuwe album kunnen vormgeven? Santiago vertelt over de vaak moeizame maar ook enorm avontuurlijke weg die aan zijn nieuwe album voorafging.

Nuchter
Roy Santiago is niet de echte naam van de zanger. Bij de vraag of Roy Santiago een alter ego van hem is, a la Ziggy Stardust, antwoordt hij nuchter. ‘Nee, Santiago heb ik aangenomen van mijn oma. Ik vind het een goede artiestennaam. Het is niet mysterieus bedoeld.’ Al snel prikt hij ook een tweede muzikantenmythe door: ‘Ik weet niet of ik alleen maar muziek zou willen maken, dat zou ik heel saai vinden. Het is wel prettig als je de huur kan betalen. Met alleen muziek maken, gaat dat gewoon niet.’ Santiago heeft daarom een baan in de psychiatrie, maar haalt hier geen inspiratie uit. Waar hij zijn teksten wel op baseert, wil hij liever niet kwijt. Op deze vraag reageert hij enigszins onthutst en hij klapt dicht: ‘Veel teksten staan erg dicht bij mezelf. Bovendien vind ik dat luisteraars dat zelf moeten ontdekken’.

Santiago grootDevotion
Van jongs af aan groeide Santiago op tussen de muziek. ‘Mijn ouders luisterden vaak naar muziek en kochten veel platen. Mijn moeder sms’t mij zelfs nu nog wel eens nieuwe bands.’ Al snel wenste hij ook zijn eigen nummers te maken. ‘Toen ik zestien was, ben ik in een bandje gegaan. Ik vond er niet zoveel aan om nummers van andere mensen te spelen, daarom ben ik al vroeg zelf liedjes gaan schrijven.’ Santiago heeft inmiddels een indrukwekkende variëteit aan muziekstromingen op zijn menu staan. ‘Ik kon toen ik jong was niet heel goed gitaar spelen. Ik dacht: “Dan moet ik in ieder geval zorgen dat de liedjes goed zijn en dat mijn muziek anders is dan wat de meeste mensen maken.” Dit is altijd zo gebleven.’ Zijn debuutalbum The Great Pretender staat vol met zomerse popliedjes. De opvolger, Devotion, heeft juist een veel alternatievere stijl: synthesizers, ronkende gitaren, maar ook rustige liedjes. De muzikant speelde daarnaast onder andere in ‘A Soul-Jazz and Funky shit DJ project’, een lo-fi-rockband en een Pixies-coverband. ‘David Bowie heeft me geleerd dat het niet zoveel uitmaakt om inconsistent te zijn’.

 Nijmegen muzikantenstad
Santiago maakt actief gebruik van de kwaliteiten van de verschillende muzikanten waar hij mee musiceert. ‘Ik maak alle composities zelf, maar ik benut de stijl van de muzikanten waarmee ik samenwerk, dat hoor je terug.’ Santiago heeft voor zijn nieuwe album dan ook veel gehad aan zijn muzikantvrienden in Nijmegen. ‘Hier wonen veel muzikanten die door het hele land spelen. Zij vormen echt een kliekje en voetballen bijvoorbeeld ook samen. Iedereen weet precies van elkaar waar ze mee bezig zijn en hoe belangrijk het voor hen is.’ Zowel de mensen van zijn platenlabel (zangeres Marike Jager en drummer Henk Jan Heuvelink) als de personen waarmee hij opnam (o.a. Torre Florim van De Staat) en de muzikanten (o.a. Gitarist Sjors van der Meulen van de Kevin Costners en drummer Marcel van As van Spinvis) zijn goede bekenden van hem. ‘Muziek maken kan heel frustrerend zijn, maar ik ben tevreden met de mensen om me heen en de vrienden waar ik mee kan samenwerken. Dat is iets heel moois.’ Santiago vindt Nijmegen een leuke stad. ‘Ik heb het idee dat het hier altijd lekker weer is’. Het ons-kent-ons-sfeertje van de Nijmeegse muziekwereld wordt tastbaar wanneer de eigenaar van De Fuzz Santiago lachend een geheimzinnig briefje toestopt. ‘Wist je dat hij in de jaren negentig ook top 40 hits heeft gehad? Hij speelde in de Haagse band Burma Shave’, vertelt Santiago. De naam van het nieuwe album, Devotion, is volgens de artiest opgedragen aan alle muzikanten in Nijmegen. Het blijft lastig om als kleine muzikant je hoofd boven water te houden, daar is veel toewijding voor nodig. ‘Ik heb zelf ook wel momenten gehad waarbij ik dacht: “Ik kap er mee” en ik heb het opnemen soms een tijdje stil moeten leggen. Dat hoort er bij. Frustraties brengen je verder.’

Wollen trui
Voor zijn nieuwe album legde Santiago een opmerkelijke route af. Hij sloot zich met een aantal vrienden op in een klein huisje midden in het bos op de Veluwe, om zich volledig op de muziek te kunnen storten. ‘We pasten er net met zijn drieën in, want we hadden heel veel apparatuur bij ons. We hebben daar een week gezeten en werkten tot diep in de nacht door. Af en toe konden we de herten en wilde zwijnen langs horen lopen. Onder invloed van deze setting hebben we rustige liedjes gemaakt die klinken als een wollen trui.’ Het opnameproces werd vervolgd in verschillende thuisstudio’s van bevriende muzikanten. Het enige nummer dat tot nu toe van het nieuwe album is vrijgegeven, Jiffy Jaffy, werd bijvoorbeeld opgenomen bij Torre Florim, de zanger van de Nijmeegse band De Staat. Santiago mixte zijn album bij de bekende sound-engineer en producer Jon Low in Amerika. Low werkte mee aan de albums van onder andere The War on Drugs, Kurt Vile en The National. ‘Ik had hem gewoon een mailt gestuurd. Het mixen is niet veel duurder dan in Nederland en ik kon in de studio slapen.’ Zijn connecties hebben Santiago ook geholpen bij het financieren van zijn nieuwe album. Hij richtte een website op, waar fans en vrienden geld konden doneren voor het nieuwe album. ‘Een platenmaatschappij financiert niet alles. Als je veel dingen zelf doet, moet je ook veel mensen inhuren en dat is duur. Het was gelukkig een succes, vooral dankzij de social media.’ Zou Santiago een beroemdheid willen worden? ‘Ik ben niet zo bezig met bekend worden. Ik wil wel dat mijn muziek zoveel mogelijk bereik krijgt, maar ik heb wat dat betreft niet echt concrete doelen voor ogen.’ Net als Bowie lijkt het Santiago niet te boeien of hij beroemd wordt, zolang hij maar zijn eigen muziek kan maken met gewaardeerde medemuzikanten. Ook minder bekende muzikanten hebben in Nijmegen de mogelijkheid om hun eigen muzikale pad uit te stippelen. Daarvoor hoef je hier niet per se een superster te zijn.

Klik hier voor de overige artikelen uit de maart-ANS.