Het begrijpelijk maken van wetenschap voor leken is iets wat maar weinig onderzoekers onder de knie hebben. Wiskundemeisje Ionica Smeets weet als geen ander hoe het moet. ‘Een verhaal over cyclohexaan is gewoon verschrikkelijk om te lezen.’
Na haar studie Technische Wiskunde in Delft en een promotie in Leiden verruilde Ionica Smeets (32) het wiskundig onderzoek voor wetenschapsjournalistiek. Samen met haar medepromovenda Jeanine Daems startte ze het gevierde blog
wiskundemeisjes.nl, waarop de dames exacte wetenschap met journalistiek combineerden. Ze verwierf landelijke bekendheid door optredens in
De Wereld Draait Door en haar columns in onder meer
de Volkskrant. Inmiddels heeft Smeets twee boeken met leesbare wetenschap op haar naam staan en komt ze donderdag in het kader van het Wintertuinfestival college geven in Nijmegen over het aan de man brengen van lastige theorie. Op de vraag of haar voorkeur uitgaat naar wiskunde of naar de journalistiek, is de wetenschapsjournaliste duidelijk: ‘Dan kies ik journalistiek, maar wel over wiskunde. Ik vind het echt fantastisch om me met wiskunde bezig te houden, maar het onderzoek is zwaar en eenzaam. Dat trek ik niet.’
Afgelopen oktober kwam het laatste boek van Smeets uit,
Ik was altijd heel slecht in wiskunde, opnieuw een samenwerking met Jeanine Daems. Hierin leggen de dames wiskundige wetten op behapbare wijze uit. De onderwerpen moesten voldoen aan twee eisen: leuk genoeg om op feestjes aan vrienden te vertellen en niet te moeilijk voor je moeder.
Smeets stoort zich aan het nerdy imago van wiskunde. ‘Als je toegeeft dat je nog nooit van
Hamlet hebt gehoord, ben je een cultuurbarbaar, maar wanneer entropie geen belletjes laat rinkelen ben je geen wiskundebarbaar. Mensen lijken er wel trots op te zijn om slecht te zijn in wiskunde.’
Waar komt die trots op een onontwikkelde wiskundeknobbel vandaan?
‘Misschien is het zo dat mensen het goed moeten praten dat ze slecht waren in wiskunde. Daarom zeggen ze dat het niet zo belangrijk is, anders moet je je eigen kunnen in twijfel trekken. Als jij jezelf heel fantastisch vindt is dat natuurlijk heel onhandig.’
Is wiskunde wel sexy genoeg om er mee te koop te lopen?
Of sexy het juiste woord is weet ik niet, maar wiskunde heeft een soort zuiverheid en puurheid die je niet zo snel bij andere gebieden ziet. Dat is wat wiskunde fantastisch maakt. Je kunt exacte theorieën mooi of minder mooi vinden, maar het is altijd waar.
‘Wiskundigen worden in de literatuur vaak heel plat en eendimensionaal neergezet, dat doet het imago geen goed. Ook in series als
The Big Bang Theory worden bètastudenten als enorme nerds afgebeeld. Die sitcom zorgt grappig genoeg in Amerika wel voor significant meer aanmeldingen voor exacte studies.’
Ben je een ambassadrice van de wiskunde?
‘Ik wil niet als een soort zendeling erop uit trekken om het heilige woord van de wiskunde te verkondigen, ik ben geen fundamentalist. Ik ben meer iemand van zo’n boodschappenbus zoals die vroeger bij mij in de straat kwam. Als je iets moest hebben, kon je bij hen terecht. Op dezelfde manier moet je bij mij zijn wanneer je wat over wiskunde wilt weten.’
Je werkt samen met schrijver en filosoof Bas Haring aan een Postdoc over hoe je wetenschap het best aan het algemeen publiek kunt uitleggen. Zijn hier al conclusies uit te trekken die je bij het schrijven van je artikelen helpen?
‘Dat onderzoek is nooit echt een onderzoek geworden, we moesten samenwerking vinden met taalwetenschappers en dat is niet gelukt. Ik heb dus nog geen wetenschappelijke, maar wel een informele conclusie uit eigen ervaring. Je moet vooral een vorm zoeken die bij je past. Voor mij is dat een heel persoonlijke stijl, ik merk dat lezers het leuk vinden om zoveel mogelijk van de auteur te zien en daardoor de moeilijke materie beter begrijpen.’
Wat gaat er fout bij het overbrengen van wiskunde op het grote publiek?
‘Het probleem van de meeste wiskundigen is dat ze de publiciteit onhandig opzoeken. Dat is vaak erg aandoenlijk. Af en toe komen ze mij om advies vragen en moet ik uitleggen dat zoveel mogelijk formules op een schoolbord schrijven niet werkt voor een populair praatje. Het allerergste is echter dat ze vaak theorieën die zij begrijpen simpel noemen. De mensen in de zaal voelen zich dan al gauw ontzettend dom, terwijl de wetenschapper misschien ook wel drie maanden nodig had om het te snappen.’
Gaat dat bij andere wetenschappen ook mis?
‘Mensen uit de Geesteswetenschappen zijn meer gewend om een narratief in hun praatje te brengen. Dan vertellen ze: “Nou, ik was heel verliefd op een meisje en wilde iets doen om indruk te maken.” Zo krijg je het publiek gemakkelijk mee. Bij bèta’s wordt het vaker een verhaal als: “Ik was geïnteresseerd in de structuur van het cyclohexaan en dat ging ik bestuderen in een lab.” Dat is gewoon verschrikkelijk om te lezen.’
Ben jij nog steeds een echt wiskundemeisje? Je houdt je nu met journalistiek bezig.
‘Dat is nogal stom, we zitten nu aan die naam vast. Ik ben 32 en heb een kind, op een gegeven moment ga je jezelf afvragen of je nog een meisje genoemd kan worden. Aan de andere kant: de
Beastie Boys zijn ook al dik in de 40, dus we hebben precedenten.
‘Meisjesdingen, zoals laarsjes en andere triviale zaken, zijn wel altijd belangrijk voor me gebleven. Ik studeerde in Delft, een enorm mannenbolwerk. Als meisje ben je daar al gauw een vreemde eend in de bijt.’
Vind je het belangrijk dat vrouwen beter worden vertegenwoordigd in de wiskunde?
‘Meisjes hoeven niet per se een bètawetenschap te doen, maar moeten wel de kans krijgen. Je ziet het overigens bij iedere studie misgaan. Bij de Geesteswetenschappen is 70 tot 80 procent van de studenten vrouw tegenover 12 procent bij de hoogleraren.
‘Een hoogleraar Pedagogiek zei deze week dat er weinig aanwijzingen zijn dat er een genetisch of hormonaal verschil zit in de aanleg voor wiskunde tussen jongens en meisjes. Het is cultureel bepaald, een
self-fulfilling prophecy. Een jongen met een zes voor exacte vakken wordt aangeraden een bètastudie te doen, maar als een meisje een zeven heeft voor dezelfde vakken wordt aan deze keuze getwijfeld.’
Tekst: Jip Mennen en Mickey Steijaert
Foto's: Mickey Steijaert